Zeeuws Archief Inventaris van de Archieven van de Gemeente Arnemuiden
Inventarisnr. 85
Ingekomen Stukken over het jaar 1821
Selectie en/of samenvatting van P.J.Feij
Middelburg den 3 Januarij 1821
Ontvangen 4 Januarij 1821
Onderwerp: Reclame wegens te hooge aanslagen ongebouwde.
Ik heb de reclame welke UEd: mij bij deszelfs missive van den …. November l.l wegens te hooge aanslag uwer gemeente in de grondbelasting op het ongebouwde mitsgaders in het personeel en mobilair over 1820 gedaan heeft, onderzocht en dezelve mij ten aanzien van de eerstgemelde belasting, niet ongegrond voorgekomen zijnde, in zoover mij daarbij bleek dat de aanslag uwer gemeente in die belasting werkelijk over 1820 te hoog was gesteld geworden,ten gevolge eener verkeerde indeeling van het dijkgeschot,hetwelk van het onzuiver belastbaar inkomen uwer gemeente was afgetrokken, en waarbij ten onregte het geschot der gedeelten van de polders Nieuwerkerke en Suzanna,welke bevorens onder uwe gemeente geressorteerd hebben was in aanmerking genomen; heb ik dezelve reclame bij Heeren G.S. overgelegd met verzoek om daarop bij de voordragt der Repartitie van de provinciale aanslagen over den Jare 1812 te willen attenteren, hetgeen dan ook ten gevolge gehad heeft dat HEdGrAchtb: in aanmerking nemende hoe ten gevolge der rectificatie van het voorz erreur het belastbaar inkomen van Arnemuiden voor het ongebouwde over 1821 op f.5054:53 behoorde gesteld te worden, en dien ten gevolge dan ook hare aanslag over dat jaar op f.963 diende te worden verminderd;begrepen hebben bij hare voorzeide voordragt den aanslag van uwe gemeente in de belasting op het ongebouwde niet alleen op f.963 zijnde dit de aanslag welke uwe gemeente eigenlijk behoorde te dragen, te moeten verminderen, maar zelfs die op f.199 daar beneden te moeten stellen ten einde daardoor aan uwe gemeente teruggave te doen erlangen van de som van f.199 welke dezelve ten gevolge van het voorz: erreur in 1820 te veel heeft opgebragt.
Wijders hebben G.S. vermeend op de bezwaren welke door UEd: ook tegen den aanslag uwer gemeente in het personeel en mobilair zijn ingebragt niet te kunnen attendeeren, aangezien het G.S. bij examinatie gebleken is, dat dezelve in evenredigheid met de aanslagen der overige gemeenten in die belastingen volgens wettige gronden,waarvan gene afwijking kan gedoogd worden, is berekend geworden.
Ik heb de eer UEd hiervan in antwoord op deszelfs voorz:missive te informeren UEd verzoekende aan den gemeente Raad daarvan mede kennis te geven, en haar daarbij vooral ook opmerkzaam te maken,dat de gemeente aanslag in het ongebouwde over 1821 alzoo minder zijn zal dan het doorgaande ? bedrag daarvan zijn kan, aangezien het te veel betaalde in 1820 daarop is gekort geworden,zoodat men, bij eene evenredige verhooging van den aanslag over 1822, deswege geene billijke klagte zal hebben.
De Gouverneur
Van de Provincie Zeeland.
Van Doorn
Middelburg den 18 Januarij 1821
Onderwerp: Beschrijving voorhet Vee-fonds over 1821
Verzoek op den laatsten dag dezer maand, de gewone jaarlijksche opneming van alle in uwe Gemeente aanwezige Paarden, Runderen en schapen te doen bewerkstelligen, en daarvan eenen Staat volgens Model op te maken, welke voor den 5e Februarij aanstaande door UE aan den Controleur der Directe Belastingen van uw Ressort zal worden verzonden.
De Gouverneur van de Provincie Zeeland
Van Doorn.
Extract uit het Verbaal Van G.S. der Provincie Zeeland.
Vrijdag den 5 Januarij 1821
Volgens Z.M.’s Besluit zal aan de Maatschappij van Weldadigheid almede verlof verleend worden om onder nadere goedkeuring kontracten te sluiten met de administratiën der Godshuizen en Armbesturen tot overneming van Wees-en Armenkinderen en daarbij gevoegde behoeftige Huisgezinnen.
De Gemeenten zouden hieromtrent garantie moeten/kunnen verlenen. Daarom informatie.
De Griffier der Staten
Snouck Hurgronje
Middelburg den 23 Januarij 1821
Omtrent het duplicaat register betreffende de vrijwilligers.
Inlichtingen over de zich in Uw gemeente bevindende verlofgangers.
Dit duplicaat is niet volledig ingevuld of van een vorig jaar.
Verzoek een gerectificeerd exemplaar: dit elk jaar te doen na het eindigen van het groot verlof met precieze aantekening in de 9e kolom etc.
De gouverneur van de Provincie Zeeland
Van Doorn.
Middelburg den 24 Januarij 1821
Onderwerp: toezending van Alphabetische Lijsten
Ten einde UEd in staat te stellen om bij de aanvragen van attesten van voldoening der N.M. of andere werkzaamheden der Nat:Mil: Ued. Van de vereischte inlichtingen en opgave te verkrijgen,heb ik de eer UEd bij deze te doen toekomen de Alphabetische Lijsten der Ligtingen anterieur aan de wet van den 8 Januarij 1817 welke aan UEd volgens de toen bestaande wetten niet zijn geretourneerd.
De Gouverneur van de Provincie Zeeland
Van Doorn
Middelburg den 27 Januarij 1821
Onderwerp:Verkoop oud aankoop
Nieuw gewigt
Ter beoordeeling van de voordragt tot verkoop der oude maten en gewigten uwer gemeente en tot den aankoop van nieuwe;welke bij UwEd: missive van den 2de dezer maand aan HunEdGrAchtL GS dezerProvincie gedaan is; zal vereischt worden
1e Eenen Inventaris van de voorhanden zijnde oude Maten en Gewigten, welker verkoop bedoeld wordt, met aanwijzing van het waarschijnlijk provenue;en
2e Eene opgave van de Maten en gewigten die men zich verlangt aan te schaffen met vemelding van de prijzen waarvoor de aankoop kan worden bewerkstelligd.
Ik heb alzoo de eer UwEd: te verzoeken, mij die opgaven nader te doen toekomen.
De Gouverneur van de Provincie Zeeland
Van Doorn
Middelburg den 27 Januarij 1821
Onderwerp: op rekw: Flink en het
Aanstellen van eenen afzonderlijken
Veldwachter
De plaatsing en verplaatsing der veldwachters volgens de bestaande organisatie naar gelang de plaatselijke omstandigheden en het belang der policie dit vorderen, mijner zorge toevertrouwd beschouwende, ben ik, nadat de postweg verlegd en het Nieuw-en St.Joosland door den dam met Walcheren is vereenigd geworden achtervolgens de verkregene overtuiging van de noodzakelijkheid om den veldwachter op Nieuw-en St.Joosland te stationeren, bedacht moeten zijn daarop de nodige orde te stellen, hetgeen zonder eenige verandering in de gemeente quota ’s voor het veldwachters fonds hadt kunnen geschieden.
De overweging echter van het ongerief, hetwelk uwe stad door die verplaatsing zoude kunnen lijden, zoowel als van het voortdurend belang uwer gemeente in het behoud van den veldwachter daar ter plaatse, en van den toch altijd onvoldoenden dienst welke Nieuw en St.Joosland van eenen Veldwachter die tevens Arnemuiden en Kleverskerke zoude moeten bedienen, hebben zoude; heeft mij doen aarzelen de verplaatsing van den Veldwachter naar het Nieuw en St Joosland te gelasten, en genoopt alvorens aan den Burgemeester uwer stad en den Schout van Nieuw-en St.Joosland mijne gedachten dienaangaande mondeling mede te deelen, welke vooral na van hun Ed: de verzekering te hebben bekomen dat de plaatsing van den veldwachter te Arnemuiden bij voortduring als zeer wenschelijk en noodig moest beschouwd worden, en dat de policie in Nieuw-en St Joosland eenen afzonderlijken Veldwachter behoefde nog te meer daar henen gingen om voor Nieuw-en St Joosland eene afzonderlijken veldwachter aan te stellen,mits die gemeente aannam in de kosten van dien beambte te voorzien, en den tegenwoordigen veldwachter te Arnemuiden te laten, zoo maar immers de gemeente inkomsten uwer stad gedoogden om provisioneel en zoo lang de bestaande gemeente quota ’s voor het veldwachtersfonds gene verandering zouden ondergaan, de quota van Nieuw& StJoosland dewelke door de aanstelling van eene nieuwen veldwachter aldaar, van zelve zoude vervallen, af te dragen.
De deliberatiën der beide gemeente Raden op dit punt geprovoceerd hebbende, is mij daarop door Nieuw en St.Joosland aangeboden om eenen eigenen Veldwachter te zullen bekostigen, terwijl mij door UED bij missive van den 20 dezer maand, ofschoon de noodzakelijkheid van eenen Veldwachter binnen uwe gemeente gestationeerd te hebben daarbij erkend wordt, is voorgedragen den veldwachter naar Nieuw-en St. Joosland te verplaatsen, en zulks omdat de gemeente Inkomsten niet toelaten de quota van die gemeente in het veldwachtersfonds te dragen.
Dit laatste nu geensins kunnende toestemmen aangezien de Begrooting uwer gemeente over 1821 ofschoon in dat jaar nog buitengewonen uitgaven gevorderd worden, mij gebleken is eene meerder uitgave van f.160 zeer wel te kunnen lijden, en er dus voor het vervolg, en zoo lang die meerder behoefte zal moeten voortduren gene de minste vrees voor verhoogingen der belastingen kan bestaan; vinde ik mij door dien; die twee tegenstrijdige deliberatiën bezwaarlijk zijn overeen te brengen, evenmin als uwe conclusie met de daarbij erkende noodzakelijkheid om den veldwachter in loco te behouden, in de verpligting gebragt UEd over deze zaak andermaal te onderhouden, en uwe nader overweging daarop in te roepen UEd verzoekende daarbij onder het oog te houden: dat de policie in Nieuw en St.Joosland mij gebleken is eenen afzonderlijken veldwachter te vereischen;dat ik het evenwel alleszins wenschelijk beschouwe, den tegenwoordigen veldwachter te Arnemuiden gestationeerd te houden; en dat het mij alzoo in het belang uwer gemeente zeer aangenaam zoude wezen, wanneer UEd in het provisioneel afdragen van den meerderen last, welke de omstandigheden voor het oogenblik schijnen noodzakelijk te maken, konden toestemmen, hetgeen mij de financiële omstandigheden uwer gemeente nagegaan hebbende, gebleken is zonder verhooging van belastingen te kunnen geschieden.
Bij aldien UEd daartoe mogten besluiten komen de ondergeschikte bezwaren door uwen Veldwachter in het bijgaande rekwest voorgedragen van zelve te vervallen, en zal ik het zelve als dan met UEd’s antwoord op deze missive terugverwachten, in tegenovergesteld geval, verzoek ik UEd bij retour van dat rekwest daarop te dienen van consideratie, speciaal op de mogelijkheid om denzelven bij zijne verplaatsing de bediening van kloksteller te doen behouden.
De Gouverneur van de provincie Zeeland
Van Doorn.
Tussengevoegd document:
Zoo het belang van Arnemuiden de verplaatsing van de veldwachter naar Nw &St Joosland niet gedoogt, dan kan hij zijn veldwachter behouden mits f. 160- meer jaarlijks opbrengende.
Want dan zal N.&St J.Land eenen afzonderlijken veldw. Geheel alleen betalen, en men verliest dus de f. 160- welke die gemeente tot dus ver betaald heeft,
Is de verplaatsing met het belang van Arnemuiden bestaanbaar, dan zal Nw en St Joosland iets meer en Arnemuiden iets minder voor den veldwachter kunnen aangeslagen worden.
Middelburg den 29 Januarij 1821
Onderwerp: Aanvraag
Der Vrijstelling art.21
Der Wet
Van Uw Ed:gene aanvragen om ontslag uit den dienst des Nationale Militie krachtens art. 21 en 22 der wet van den 8 Januarij 1807 bekomen hebbende , moet ik veronderstellen datgene zoodanige aanvragen bij UwEd zijn ingekomen,dan daar bij circulaires van den 8 Maart en 13 December 1817 omtrend deze werkzaamheid in zoodanig geval een negatief berigt is gevraagd,heb ik de eer UwEd: uit te noodigen voor het vervolg zoodanig berigt casu quo aan mij na den 15 der maand Januarij te doen toekomen.
De Gouverneur
Van de Provincie Zeeland.
Van Doorn
Middelburg den 5 Februarij 1821
Onderwerp:toezending lijst
Van bevoegde Geneeskunstoefenaren
In deze Provincie
Middelburg den 6 Februarij 1821
Onderwerp: Bepaling der Zittingen van den
Militie-Raad en oproeping voor de
1e Zitting.
Zittingen: op 12 Februarij; 2 April
Op 16 April en op 1 Mei
Bij de eerste zitting compareren de Vrijwilligers en aldegenen die in vorige jaren voor 1 jaar zijn vrijgesteld, en dit jaar dit opnieuw verlangen.Getuigschriften meenemen.
Tweede zitting: onderzoek der reclames van alle geloothebbenden. Bij non-comparatie beschouwd als hebbende geen reclames
Derde zitting bestemd tot het aanbieden en goedkeuren der Plaatsvervangers
Vierde Zitting:afdoening van alle zaken die niet in het vorige zijn afgedaan.
Middelburg den 6 Februarij 1821
Onderwerp: Opgave van het Kontingent ligting
N.M. 1821
Kontingent volgens art.1 der wet van den 27
April1820 door Z.M. bij besluit van den 26 Jan.1821 bepaald op 381 man
Voor de Provincie.
Voor Arnemuiden : 4
Middelburg 8 Februarij 1821
De Militieraad in de provincie Zeeland hare werkzaamheden der 1e zitting bij A 126 der wet op de Nationale Militie van 8 Januarij 1817 no 1 omschreven bepalende voor het 3 kanton op dingsdag den 13 Februarij ’s morgens ter 10 uren.
Heb ik de Eer UEd hiervan kennis te geven ten einde de vrijwilligers casu quo en de voor een jaar vrijgestelde dienstpligtige lotelingen van 1817 1818 & 1819 en 1820 op de bepaalde dag en uur te doen kompareren
De Militie Kommissaris
Inde provincie Zeelamd
H. Keijl
Middelburg den 12 Februarij 1821
Onderwerp: Instructie wetten
N.M.
Ik heb de eer UEd: hiernevens toe te zenden eenige Instructiën omtrend de uitvoering der wetten op de Nat: Militie, gedurende het jaar 1820 bij mij ontvangen, welke Instructiën in denzelfden vorm zijn geredigeerd en gedrukt als die welke ik met of na het einde van de Jaren 1814. 1818 & 1819 heb doen rondzenden & waarop deze ten vervolge strekken
De Gouverneur van de Provincie Zeeland
Van Doorn
Gedrukt stuk
I NS T R U C T I E N omtrent de uitvoering der Wetten op de Nationale Militie
Wet van den 8 Jan 1817 met aanvullingen in de jaren 1820 en 1821
Middelburg den 17 Februarij 1821
Onderwerp: Oproeping der Manschappen
Tot de Reserve van 1820 behoorende
De manschappen Anthonie Kanaar en Blaas Jopse op de Nominativen Staat hiebij gaande vermeld dienen zich op den 1e Maart aanstaande onder de wapenen te vervoegen.
Indien er onder de gemelde Manschappen , zodanige gevonden worden welke niet kunnen opkomen, zal aan mij voor of uiterlijk op den dag der overgifte, opgave behooren te worden gedaan, op gelijke wijze als met opzicht tot de Verlofgangers bij mijn circulaire van den 1 September 1820.
De Gouverneur van de Provincie Zeeland
Van Doorn
Middelburg den 17 Februarij 1821
De Loting voor de Ligting der Nationale Militie van het jaar 1821 zal in de Hoofdplaatsen der Militie-Kantons plaats hebben, op de navolgende dagen, aanvang nemende ten 10 uren
Voor het 1. Kanton te Middel, den 1 Maart 1821.
De hoofden der Plaatselijke besturen zullen twee leden uit dezelve committeren, om de Loting bij te wonen, en aan dezelve ten dien einde de Inschrijvings-Registers en de Alphabetische Lijsten mede geven om daarin staande de Loting de noodige aantekening te doen
Etc
De Gouverneur
Van Doorn
GOUVERNEMENT van Zeeland
K.B.
Hebben goedgevonden onze Gouverneurs aan te schrijven om zonder eenig verwijl, de ingezetenen hunner provinciën te waarschuwen om tot voorkoming van hunne schade, het tijdperk der vernieuwing van de tienjarige hypotheeks-inschrijvingen niet uit het oog te verliezen; gelastende Wij aan Onze Gouverneurs, om aan die waarschuwingen door afkondiging en aanplakking in alle gemeenten de meest mogelijke publiciteit te doen geven.
Gedaan te Middelburg den 16 Februarij 1821
De Gouverneur
Van Doorn.
Middelburg den 1e Maart 1821
Ik heb de Eer UEd:kragtens Art 131 der wet van 8 Januarij 1817 no 1. op de Nationale Militie kennis te geven dat de Militie raad in de Provincie Zeeland, ingevolge Art:126 derzelver Wet hare tweede zitting tot onderzoek van alle geloot hebbende personen volgens Art 37 der Wet van 27. April 1820 no 11 welk vermenen mogte regt op vrijstelling te hebben, voor het 3e Kanton Arnemuiden zal houden op Zaterdag den 7e April 1821 en hare derde zitting tot aanneming van Plaatsvervangers en verwisseling van Nummers op vrijdag den 20e, daar aanvolgende, beide des morgens ten 9 ½ uren in de Abtdij te Middelburg.
De Militie Kommissaris
Der Provincie Zeeland
H.Keijl
Extract uit het Verbaal van Heeren G.S. van Zeeland.
Gehoord het rekwest van de Secretarissen der Gemeenten ten platten Lande van het 2e District om aangevoerde redenen om verhooging verzoekende van derzelver Jaarwedde
Is goedgevonden:
Dat Burgemeesters en Schouten worden geautoriseerd om op de Begrootingen de toegestane Tractementen op te nemen.
De Tractementen der Secretarissen ten platten Land over 1821, met ongeveer 1/3 te vermeerderen.
Voor Arnemuiden: Traktement over 1820 f.100 , daarbij een surplus van f.33-
De Griffier der Staten
J. Snouck Hurgronje
Vrijdag den 16 Februarij 1821
Middelburg den 3 Maart 1821
Regeling van de aanslagen uwer Gemeente in de Directe Belastingen over den jare 1821
Grondbelasting:Gebouwde Eigendommen f.594==
Ongebouwde Eigendommen f.764==
Personele en Hoofdsom f.414==
Mobilaire Belasting 40 pCt f.165=== = f 579==
Regt op de Deuren
En Vensters Hoofdsom f.240==
40pCt 96== = f.336==
Met het opmaken der Kohieren is reeds aanvang gemaakt en de navolgende verhoogingen worden gebragt:
5% op de Hoofdsommen der Grondbelasting en der personele en Mobilaire belastingen, en zulks ter bestrijding der Gemeente uitgaven
De navolgende algemeene en gewone additionele per centen,als
Op de Hoofdsom der Grondbelasting:
21% ter bestrijding der kosten van Administratie, Regtspleging en Eeredienst.
2% voor de kwade posten
3 1/3 % voor de kosten van het Kadaster.
Op de Hoofdsom der personele en Mobilaire belasting,
En op de 40% verhooging van dezelve
21 % voor de kosten van Administratie, Regtspleging en Eeredienst
2% voor de kwade Posten
15% ten behoeve van het Sijndicaat(Amortisatie-syndicaat)
Op het Regt van Deuren en Vensters, zoo Hoofdsom, als 40%
2% voor de kosten van opmaking der Kohieren
8%voor de kwade Posten
15%ten behoeve van het Sijndikaat (Amortisatie-syndicaat)
In de Districten Middelburg etc ten behoeve der Calamiteuse Polders
10% van de principalen aanslag der Grondbelasting op de gebouwde en ongebouwde Eigendommen
7% van den Principalen aanslag in de Personele en Mobilaire belastingen en in het Regt op de Deuren en vensters, mitsgaders van de 40% op deze Middelen..
In het District Middelburg dezelfde verhoogingen welke naar aanleiding van het K.B. van den 6 Maart 1817 tot dusverre zijn geheven op de Hoofdsommen der Grondlasten, der Personele en Mobilaire belastingen en van het Regt op de Deuren en Vensters, mitsgaders op de 40% van de laatstgemelde Middelen, tot vinding der jaarlijksche som van f.25000, benoodigd tot aflossing van het door den Lande verstrekte voorschot voor den aanleg en verbetering der Haven van Middelburg.
Etc etc.
De Gouverneur van de Provincie Zeeland
Van Doorn
Extract uit het Verbaal van Heeren G.S van Zeeland.
Vrijdag den 2e Maart 1821
Is gelezen eene missive van den Minister etc ten geleide van een afschrift van Z.M. besluit van den 12 Febr: l.l. no 49 houdende goedkeuring van de door deze vergadering bij missive van den 22e December l.l. gedane voordragt tot vermindering der plaatselijke belastingen te Arnemuiden met den aanvang van 1821 te weten die op het gemaal met de helft en die op het beestiaal met een vierde.
Waarop is goedgevonden de inhoud van hetzelve besluit door kopielijke toezending te brengen ter kennis van den raad der gemelde stad zoo als geschied bij deze met bijvoeging dat de provisionele autorisatie door deze vergadering bij resolutie van den 22 december 1820 no 20 verstrekt als nu moet worden aangemerkt te wezen.
Zullende afschrift dezer aan denzelven Raad worden toegezonden.
De Griffier der Staten
J. Snouck Hurgronje
Middelburg den 19e Maart 1821
Onderwerp: Benoeming veldwagter van
Nieuw- en St. Joosland
Ik heb de eer UEd: in antwoord op derzelver missive van den 31 Jan: l.l te informeren dat ik afziende van de verplaatsing van uwen Veldwachter naar Nw.en St.Joosland aan het bestuur van die Gemeente autorisatie heb verleend tot het aanstellen van eenen afzonderlijken veldwachter, ’t welk dan ook in de benoeming heeft voorzien door de aanstelling van Pieter Ammerant die zijne functie op den 13e dezer maand bereids heeft aanvaard.
Ten gevolge van deze nieuwe schikking is dan ook door Heeren Ged: Staten dezer provincie de post voor jaarwedde van den veldwachters op uwe Gew: Begroting voor het loopende jaar met eene som van f.45== verhoogd; en alzoo deze zaak in het belang van beide Gemeenten getermineerd
De Gouverneur
Van de Provincie Zeeland
Van Doorn
Middelburg 21 Maart 1821
In voldoening aan eene Aanschrijving van zijne Excellentie den Minister voor het Onderwijs etc heb ik de eer UE uit te noodigen mij te informeren of door den schoolonderwijzer uwer Gemeente ligchamelijk straffen aan de kinderen gebruikt worden, en zoo ja welke ?
De Schoolopziener
Van 1e District in Zeeland
Ant: van Deinse
Arnemuiden 25 Maart 1821
Mijn Heer!
Deze dient ter beantwoording Op UE: aanvrage of ik ligchamelijke straffen op mijne school uitoefene ?
Zie hier, Mijn Heer! Hoe ik op mijne school omtrend beloonen en straffen handel; belooningen heb ik ingevoerd even gelijk op de school van den Hr Snatich te Leeuwarden met eigene geschreven briefjes waarop staat opgepast , briefjes verwissel ik alle weken, te weten aan zoodanige die het best zich gedragen of in eene of andere kennis der letteren enz boven anderen uitgemunt hebben, door gedrukte briefjes welke door bovengem: Snatich in het licht gekomen zijn; ja zelfs deel ik soms ten mijnen kosten prijsjes uit aan naarstige leerlingen, tot aankweeking hunner vlijt en ter aansporing tot minder naarstigen.
Nu zal ik overgaan om UE de straffen te melde die ik aanwen? ter beteugeling van misdrijven die in de jeugd nadeelige gevolgen kunnen hebben, en waardoor zij hunnen kinderpligt vergeten en verzuimen, vermanen waarschuwen, met hen spreken over de zoo nadeelige gevolgen welke luiheid, praatzucht en andere losbandige misdaden ten gevolge hebben; hun de deugd zoo aanminnig schoon en prijzenswaardig voor te stellen, als naar hun begrip mogelijk zij; van mannen uit voorgaande en dezer eeuwen welke door deugd en braafheid tot luister en roem dezer zijn geworden veel te vertellen; hen een voorschrift na den schooltijd te laten schrijven, ten toonstellen ,hunne schaamte gaande te maken door hen bij hunne medeleerlingen te schande te stellen, en eindelijk moet ik het tot mijne innige smart erkennen, zoo zij naar alle bovengemelde straffen niet luisteren, hoe ongaarne ik het ook doe, moet ik tot ligchamelijke straffen overgaan, en dat zijn wel juist die kinderen waar de kinderen meester en de ouders ondergeschikt te huis zijn en zij dus geheel en in allen geval hunne volkomenen zin kunnen doen of laten naar hun eigen goedvinden, en die geene opvoeding hebben, waardoor zij tot nuttige leden der menschelijken maatschappij kunnen opgroeijen
Naar Waarheid UE aanvrage beantwoord
Wel Edele Heer
UwEd: onderwijzer der Jeugd
Hogerheijde.
WelEdel Heer!
Ik oefen de ligchamelijke straf uit met een dun Spaansch rietje waarmede ik de kinderen de letters op het letterbord aanwijs en vooral doe ik dit met overleg; meer om dezelve schrik aan te jagen dan hen pijn te veroorzaken
Ik heb de eer te zijn
UE Vriend en Onderwijzer der jeugd
Hogerheijde
A:den 28e Maart 1821
Middelburg den 22 Maart 1821
Alvorens over te gaan om ingevolge jaarlijksche usantie UEdA uit te nodigen om opgaaf te willen doen van zodanige personen welke verlangen begunstigd te worden met een billet tot het beweiden der kleiwegen. Is het ons belangrijk voorgekomen , om deswegens met alle de Heeren Schouten der gemeentens in overleg te treeden.- Wij hebben dus de eer UEA: te verzoeken om op Maandag den 2 April aanstaande in onze gewone Vergaderkamer des morgens ten Elf uuren te willen compareren ten einde als dan die zaak op eene behoorlijke wijze te behandelen
De Centrale Directie
Des Eilands Walcheren
Hurgronje
Middelburg den 26e Maart 1821
Onderwerp: Loteling voor de
Nat: Militie
De Militie Commissaris mij hebbende geinformeerd dat bij de Loting voor UEd: Gemeente door UEd: is verklaard dat de door UEd: gecommitteerde Leden van het plaatselijk bestuur tot het bijwonen dier loting zich hier aan hebben onttrokken & mitsdien de bepaling bij art: 75 der wet van den 8 Jan: 1817 niet is geobserveerd, heb ik de eer UEd: uit te noodigen mij te informeren wie de leden van het bestuur door UEd: hiertoe is benoemd geweest & welke redenen door dezelve voor hunne nalatigheid in dezen zijn bijgebragt; terwijl ik tevens observere dat ik van zoodanig verzuim of onwil dadelijk door UEd: had behooren te zijn geinformeerd, en dat UEd welligt deze non observantie der Wet zoude hebben kunnen voorkomen; bij verhindering of weigering van die gecommitteerden te zorgen dat hier in door een andere benoeming ware voorzien.
Ik zal uw rapport hieromtrend tegemoet zien.
De Gouverneur van de Provincie Zeeland
Van Doorn
Middelburg den 30 Maart 1821
Onderwerp: Ontslag der Ligting
Van 1816
De in bijgevoegde Staat vermelde Manschappen hebben hun tijd uitgediend en als nu derzelver Paspoorten moetende ontvangen, heb ik de eer UE uit te noodigen dezelve te gelasten om zich op Zaturdag den 7 April ten 4 uren, in Persoon te vervoegen ter Provinciale griffie om het aan mij toegezonden Paspoort af te halen.
De Gouverneur van de Provincie Zeeland
Van Doorn
Hieronder de desbetreffende Nominative Staat van Manschappen uit de
Gemeente Arnemuden
Welke tot bekoming van derzelver Paspoort, zich moeten vervoegen
Van Belsen Jacob 1eBatt: 2 afd Infanterie
Meulmeester Adriaan id
Extract uit het Verbaal van Heer G.S van Zeeland
Vrijdag den 23 Maart 1821
Missive ten geleide van Z.M. Besluit van 3 maart met ampliative van het vroeger besluit van 8 December 1820: de Gemeente Besturen gemagtigd tot het garanderen der door de Maatschappij van Weldadigheid aan te gane kontracten met de Administratie der Godshuizen en Armbesturen ter overneming van Wees-en Armenkinderen en daarbijgevoegde behoeftige huisgezinnen. De zaak zoveel mogelijk te bemoedigen
De Griffier der Staten
Hurgronje
Middelburg,den 5 April 1821
Onderwerp: Om brieven over Nationale Militie enz.
Behoorlijk te contrasigneren.
Dat is nodig om de brieven portvrij te kunnen versturen
Dat betreft de onderlinge correspondentie betrekkelijk de zaken van de nationale Militie, den Burgelijken Stand en de Akten van Indemniteit.
Middelburg den 11e April 1821
Onderwerp: toezending borderellen
Liquidatie fransche agterstand.
Ik heb de eerUEd: hiernevens te doen toekomen 1 Borderel van Liquidatie van den franschen achterstand ten behoeve van uwe gemeente op den nevensgaanden Staat vermeld, welken, ik, na voor ontvang geteekend te zijn van UEd: zal terugverwachten.
Het zal mij wijders aangenaam zijn van UEd: te vernemen, waarom deze pretensie niet in der tijd onder den achterstand uwer gemeente is opgegeven.
De Gouverneur van de Provincie
Zeeland
Van Doorn
Middelburg den 12 April 1821
Onderwerp: Medewerking ter uitvoering
Zr.Ma. besluit omtrent de Noodlijdenden
Te Paramaribo
Mededeling van ’s Konings besluit van den 15 Maart j.l., ten behoeve van de door den Brand ongelukkig geworden Inwoners van de Stad Paramaribo, en om tot de uitvoering van art.2 en 3 van hetzelve mede te werken, heb ik de eer UE te herinneren aan de Staats-Kourant van den 19 Maart 1821 no 67, waarin UE dat besluit zullen hebben aangetroffen; en UE uit te noodigen, om aan de aanvrage, welke de Kommissie van onderstand voor de Noodlijdenden ter voor: Plaatse, krachtens de bovengemelde artikelen, aan UE mogt doen, met welwillendheid te beantwoorden.
De Gouverneur van de Provincie Zeeland
Van Doorn
Extract uit het Verbaal van Heeren G.S der Provincie Zeeland.
Vrijdag den 6 April 1821
Bij resumptie gedelibereerd zijnde, op de ter sessie van den 30 Maart j.l. no 24 aangehoudene Suppletoiren Staat der door onderscheidenen besturen gevraagde autorisatiën, tot het doen van Betaalingen uit de post van onvoorziene uitgaven over het 4e kwartaal van 1820.
Is goedgevonden de in Voorsch: Staat voorgedragene onvoorziene uitgaven goed te keuren en de respective daar bij belanghebbende bestuuren tot de uitbetaling te magtigen zoo als geschied bij deze.
Ten welken einde een uittreksel van denzelven bij Extract dezeer, aan de in dezen geconcerneerde commissarissen in de Distrikten, als mede aan de Burgemeesteren en Schouten( de twee eerstgemelde bij geleidende brieven) zal worden toegezonden met uitnodiging om te zorgen dat daarvan een copie aan den Stedelijke of gemeente Ontvanger worde uitgereikt.
De Griffier der Staten
J. Snouck Hurgronje
Middelburg den 19 April 1821
Onderwerp: over beëediging van Personen
Met de opnemingen voor het Patent
Belast wordende
De beëediging van die personen zal kunnen geschieden voor het Bestuur der Gemeente, waar de opneming zal plaats hebben en
Dat gelijk van die beëediging door de gemeente besturen, kosteloos, Akte zal worden verleend, deze Akte ook aan geene registratie-regten zal onderhevig zijn.
Etc.
De Gouverneur van de Provincie Zeeland
Van Doorn.
Middelburg den 19 April 1821
Wij hebben de eer aan UEd: ter kennis te brengen dat Zijn Majesteit bij dispositie van den 20 febr.l.l. no 50 heeft gedifficulteerd; in het verzoek van Mr I.C. de Bruin om Octrooij tot heffing van een tol en strekkende Roede geld, tot het onderhouden van de weg van de Zaagmolens langs Arnemuiden naar des zelfs Kruidmolen den Gouden Draak.
Daar diensvolgens deeze weg moet blijven onderhouden als voor deeze, hebben wij de eer ons te refereeren aan onze missive van 15 decb. 1819 en UE te verzoeken, hier toe de nodige orders te willen geven.
De Centrale Directie van Walcheren
J. Snouck Hurgronje
Middelburg den 19 April 1821
Onderwerp: toezending van Stem-Biljetten
En Lijst der Stembevoegden
1 Stem-Biljet en 1 Exemplaar der lijst van de algemeene Alphabetische gestelde Kiesbevoegden in Uw district
Stembiljetten op te halen en het Proces-Verbaal in te zenden op de bepaalde tijdstippen.
Stipte nakoming van het Reglement.
De Gouverneur van de Provincie Zeeland
Van Doorn.
Middelburg den 24 April 1821
Onderwerp: Uitnoodiging tot het doen eener Kollecte
Ten behoeve der Inwoners van Paramaribo
Daar heeft een vreselijke brand gewoed
D e Gouverneur van de Provincie Zeeland
Van Doorn
Middelburg den 25 April 1821
De inlichtingen bij uwe missive van den 13e dezer gegeven omtrent het abusievelijk ter naam stellen van het borderel van Liquidatie nevens mijne missive van den 11 dezer gevoegd, mij niet voldoende toeschijnende ,verzoek ik UwEd: mij te dier zake nader ophelderingen mede te deelen, speciaal de ware of vermoedelijke reden op te geven,hoe dat et is toegekomen, dat in den beginne de reclamatiën ten name van het gemeente Bestuur is ingeleverd,terwijl dezelve op naam van den heer C. Crucq had behooren gesteld te zijn.
Voorts heb ik de eer UwEd: het bewuste borderel terug te zenden, als kunnende de betaling van hetzelve niet door mijne tusschenkomst verkregen worden.
De Gouverneur van de Provincie Zeeland.
Van Doorn
Middelburg den 21 Mei
Onderwerp: Toezending der Staten DD.
Het betreft de staten der ingelijfde manschappen.
Verzoek om de lijst volgens Model P der Wet van 8 Januarij 1817 van de wegens Buitenlandsche Zeevaart vrijgestelde Lotelingen van de Gemeente, indien daar toe termen zijn.
De Gouverneur van de Provincie Zeeland.
Van Doorn.
Extract uit het Verbaal van G.S.
Maandag den 21e Meij 1821
Gehoord het Rapport van den Griffier op de bij Resolutie van 12Mei l.l no 19 in zijne handen gesteld Missive van den Raad van Arnemuiden houdende voordragt tot het betalen van eene jaarlijksche toelage aan de leden van den Raad dier Gemeente bij wijze van presentiegeld.
Is goedgevonden om op den voorschr; voet aan de Leden van den Gemeente Raad van Arnemuiden eene Jaarlijksche toelage accorderen van f.75-voor het loopende jaar te vinden in den post van onvoorziene uitgaven en voor het vervolg op de plaatselijke begrooting in Uitgaaf voor te dragen.
Zullende hiervan bij Extract dezes aan voorm: Gemeente Raad worden kennisgegeven.
De Griffier der Staten
J. Snouck Hurgronje
Middelburg den 5 Junij 1821
Onderwerp: Opsporing van achtergebleven Lotelingen
Diverse Lotelingen zijn niet tijdig gecompareerd.
Er worden premiën uitbetaald voor het arresteren van Deserteurs der Landmacht aan hen die ze aanhouden.
De Gouverneur van de Provincie Zeeland.
Van Doorn
N.B. Alleen te Middelburg. Veere en Zieikzee was sprake van 3 deserteurs
Op de Nominative Staat van Lotelingen welke zich aan de Ligting der Nationale Militie hebben onttrokken.
Middelburg den 6 Junij 1821
Onderwerp: Vrijstelling van gehuwden bij dispensatie
Van art.144 van het Burgerlijk Wetboek
Dispensatie geldt niet voor diegene die voor hun 18e jaar een huwelijk hebben aangegaan of zich daartoe hebben aangegeven.
Middelburg den 15 Junij 1821
Onderwerp:toezending décharge gift
Van f.200
Ik heb de eer UEd ter decharge bij acte te doen geworden een Extract uit het Register van geldelijke Belastingen en Ontlastingen van de Algemeene Rekenkamer waarbij UEd:ontlast wordt van een som van f.200- die UEd ten jare 1817 ten behoeve van de weduwen & weezen van eenige toen op den Banjaard verongelukte visschers is verstrekt geworden.
De Gouverneur
Van de Provincie Zeeland
Bij deszelfs afwezigheid
F.Ermerins
Lid der G.S.
Middelburg den 16 Junij 1821
Onderwerp: oproeping
Eener plaatsvervanger
De plaatsvervanger Antonie Kanaar in dienst gesteld voor den loteling uwer gemeente Leendert Wisse, wegens begane moord gevonnisd zijnde, en dientengevolge op last van ZExc: den Commissaris Generaal van Oorlog uit de sterkte van het Corps gebragt, heb ik de eer UwEd: daarvan kennis te geven & naar aanleiding van art: 100:102 & 103 der wet van den 24 April 1820 uit te nodigen om opgemelde Loteling te doen aanzeggen dat hij binnen twee maanden na dato dezer eenen tweeden plaatsvervanger zal moeten aanbieden of zelve in dienst treden.
Ik verzoek dientengevolge UEd mij te informeren wanneer deze persoon van eenen anderen plaatsvervaner zal zijn voorzien, ten einde den tijd te kunnen bepalen waarop dezelve door hem ter goedkeuring zal kunnen worden aangeboden.
De Gouverneur van de Provincie Zeeland
Bij deszelfs afwezigheid
F:Ermerins
Lid der G.S.
Middelburg den 16 Junij 1821
Onderwerp: Onkosten voor de Registers van
Den Burgelijken Stand over 1821
Voor zegels f.26:25
Druk-,Bind-en Transportkosten 9:15
f.25:40
Verzoek deze som ter Provinciale Griffie voorzover het het 2e, 4e en 5e District betreft, aan de Heeren Kommissarissen in die Districten voor den15e Julij aanstaande te doen overbrengen
F. Ermerins
Lid der G.S.
Extract uit het verbaal van G.S.
Maandag den 25 Junij 1821
Bepaald dat de Arrondissementd en adjunct IJkers zich ten allerspoedigsten zullen moeten begeven :die voor het District Middelburg
Naar de gemeenten Arnemuiden etc.
Om onverwijld in elk der voorn: gemeenten ten minsten een à twee dagen te vaceren en aan de hoofden der besturen van voorn: plaatsen vooraf de dag of dagen bekend te maken, waarop zij binnen dezelve zullen komen, met gelijke opgave tevens aan alle de hoofden der besturen van hun District of arrondissement en goede informatie
Hierbij gaat een officiële Publicatie
In het District Middelburg : te Arnemuiden, Vere, West-Kapelle en Oostkapelle
Middelburg den 27 Junij 1821
Te Arnemuiden Maandag den 16e Julij des voormiddags van 9 tot 12 ½ uren
Nodig een bekwaam lokaal ter uitoefening van mijn functie.
Vrij van alle stoornis en noodeloozen aanloop en mijne standaards en ijktoestel behoorlijk en veilig wegsluiten kan.
De Arr. IJKer van Middelburg
Bourjé
Middelburg den 1e Julij 1821
Onderwerp:Verzoek om onderzoek
Te doen of chirurgijns
Lahr c.s inwendige Praktijk
Uitoefenen etc.
Ik ben in het vrij zekere onderrigt dat de Heelmeesters Lahr, de Man , Staat & Gillissen te Middelburg zich veroorloven om binnen uwe stad de inwendige praktijk uit te oefenen & aan de door hun inwendig behandeld wordende lijders geneesmiddelen af te leveren.
Deze handelwijze is volgens art.19 der wet van den 12e Maart 1818 en art:3 van de instructie der heelmeesters van den 31e mei deszelven jaars strafbaar,waar tegen overeenkomstig art:26 van het besluit van laatstgemelde dagteekening door de geconstitueerde magten met alle gestrengheid moet worden gewaakt.
Ik heb mitsdien de eer uw Ed te verzoeken om voor zo veel uwe stad aangaat scrupuleus te willen inquireeren wat hier van zij en om voorts zoo ten opzichte van de voorz: heelmeesters als met betrekking tot alle anderen;de bestaande geneeskundige verordeningen overtredende de daar tegen bij die verordeningen gemaakte bepalingen stipt en zonder oogluiking te handhaven.
Het zal mij wijders aangenaam zijn van UEd:het gevolg van het even gemelde onderzoek te vernemen met opgave van hetgeen er verder door uw Ed: tot beteugeling van de voorz: handelwijze is verrigt.
De Gouverneur van de Provincie Zeeland.
Van Doorn
Middelburg den 28 Julij 1821
Onderwerp:Gepasporteerd Milicien om
Ligchaamsgebreken.
Ik heb de eerUw Ed: bij deze te informeren dat de Loteling uwer Gemeente Blaas Jobse, herkomstig van de ligting van het voorgaande jaar wegens Ligchaams gebreken voor den Militairen stand ongeschikt is bevonden en uit dien hoofde gepasporteerd.( met een paspoort=vergunning om de militaire dienst te verlaten)
Ik heb de eer Uw Ed: te verzoeken van dit ontslag op de alphabetische lijst en het Register van Ingelijfde ModelJ. En GG. De noodige aanteekening te doen bewerkstelligen.
De Gouverneur
Van de Provincie Zeeland
Van Doorn
Middelburg den 20 Julij 1821
Onderwerp:Toezending der Instructiën
Voor schadevergoeding
Uit het Vee-fonds en
Voor de Veeartsen
Instructie omtrent hetgeen behoort in acht genomen te worden tot bekoming van schadeloosstelling uit het Vee-fonds, en, in het algemeen, in geval van gevreesde besmetting onder het Vee.
Hierbij gaat een exemplaar.
N.B. Dit stuk bevindt zich niet in dit inventarisnummer !!
Etc.
De Gouverneur van de Provincie Zeeland.
Middelburg den 4 Augustus 1821
Onderwerp: Bevolking 31 December 1820
Bevolking in 1818 983
Door Geboorten en Sterften 1819/1820 vermeerderd 34
Bevolking 31 December 1820 1017
Middelburg den 8e Augustus 1821
Onderwerp: keuring 2e Plaatsvervanger
Voor L.Wisse
De keuring van de 2e plaatsvervanger van L.Wisse
Is bepaald op den 15e Augustus aanstaande des morgens ten 10 uren.
Daarvan kennis te geven aan de gem: loteling met deszelfs Plaatsvervanger, daartoe op den bovengem: dag voor mij te compareren.
De Gouverneur
Van de Provincie Zeeland
Van Doorn
Extract uit het Verbaal van de Heeren G.S
Van Zeeland
Vrijdag den 24 Julij 1821
Is krachtens Z.M. besluit van den 21 October 1816 goedgevonden de navolgende Armbesturen te authoriseren zoo als geschied bij deze tot de aanvaarding der na te meldene Legaten als het Nederduits armbestuur te Arnemuiden van een Legaat groot Een gulden vijftig cents aan het zelve bemaakt door Alida Hubregtse- de Ridder.
Zullende Extracten dezer worden gezonden aan den Burgemeester van Arnemuiden, ten fine van verder kennisgeving aan het daarbij belanghebbend armbestuur.
De Griffier der Staten
J. Snouck Hurgronje
Extract uit het Verbaal van Heeren G.S. van Zeeland
Vrijdag den 3e Augustus 1821
Wat betreft de betalingen uit de fondsen van onvoorziene uitgaven op onderscheidene plaatselijke begrootingen over dezen Jare.
Is goedgevonden de in den voorschr: Staat voorgedragene onvoorziene uitgaven goed te keuren, en de respective daar bij belanghebbende besturen tot de uitbetaling te magtigen.
Zoo als geschied bij deze.
Hierbij gaat een uittreksel.
De Griffier der Staten
J.Snouck Hurgronje.
Middelburg den 23e Augustus 1821.
Onderwerp: om te delibereren over
Den aankoop eener
brandspuit
De ondervinding heeft reeds al te dikwijls doen zien welke schromelijke gevolgen uit het gemis van de noodige brandbluschmiddelen voor eene gemeente kunnen ontstaan;en daar tegen over meermalen bewezen van belang het bezit eener wel ingerigte brandspuit tot stuiting van brandschade voor eene gemeente is.
Het gemis van zoodanig eene spuit heeft zich, zoo ik onderrigt ben, bij den onlangs binnen uwe gemeente plaats gehad hebbende brand, mede doen gevoelen, en dit heeft mij genoopt om UEd: op het noodzakelijke der aanschaffing van de vereischte brandblusch middelen bij deze opmerkzaam te maken.
Wellicht zoudt UEd:dienaangaande met de Raden der bijliggende gemeenten van Nieuw &St.Joosland, welke daar aan gelijk gebrek hebben, in overleg kunnen treden, en zoo mogelijk , ter voorziening in dat gebrek gemeenschappelijk te handelen; in allen gevalle verlang ik dat UEd: dit point van behoefte in ernstige overweging neme en overlegge hoe en op wat wijze,daar in het geschikste zoude kunnen worden voorzien ; zullende het mij aangenaam wezen met het resultaat uwer deliberatiën te worden bekend gemaakt.
De Gouverneur van de Provincie Zeeland
Van Doorn.
Extract uit het Verbaal van Heeren G.S. van Zeeland
Vrijdag den 10e Augustus 1821
Gehoord zijnde het rapport op de stukken en begroting voor de spuisluis in het Arnemuidsche Kanaal over dezen jare
Is goedgevonden om
1e dezelve te arresteeren als
In ontvang op f.1400,88
-- uitgaaf f.1000,24
2e Den Raad van Arnemuiden te Arnemuiden te autoriseren zoo als geschied bij deze om op den voet bij deszelfs voordragt van den 26 Juni J.L. OMSCHREVEN AAN DE COMMISSIE VAN TOEZIGT VOOR HET GEMELDE Kanaal te betalen eene som van f.100= uit de onvoorziene uitgaven voor dezen Jare, en zulks ter gedeeltelijke vinding der buitengewone kosten aan die sluis benodigd.
Etc
De Griffier der Staten
Voor deze J.G. Hinlopen
Middelburg den 29e Augustus 1821
Onderwerp: Goedkeuring tweede plaats
Vervanger voor L.Wisse.
De Persoon van Jacob Derto, door den Militieraad op den 16e dezer als Tweede Plaatsvervanger voor den Loteling uwer Gemeente vande ligting van 1820 Leendert Wisse , goedgekeurd zijnde, wiens eerstgestelden Plaatsvervanger Anthonie Kanaar uit de Sterkte der 2e afdeling Infanterie is gebragt als zijnde , dezelve door het Hof van Assisen dezer provincie gecondemneerd om met de strop te worden gestraft wegens begane moord, is dien ten gevolge door mij in dienst gesteld.
UEd word hier mede bekend gemaakt onder toezending UEd berustende Register der Ligting van het gemelde jaar aanteekening te doen, als mede van het Korps , waarbij dezelve is in dienst gesteld en zulxs op het Register Model G:G:der ingelijfden voor die ligting.
De Gouverneur van de provincie Zeeland.
Van Doorn
Middelburg den 30e Augustus 1821
Onderwerp:Toezending adviesbrieven
Fransche achterstand
Ik heb de eer UWEd: te doen toekomen twee adviesbrieven ten name van
Roku groot f.16:26
H.Martinus f. 4:51
Wegens gelikwideerde Schuldvordering van de franschen achterstand.
Het is de bedoeling om dergelijke adviesbrieven kosteloos aan de belanghebbende uit te reiken met te kennengeving om indien zij dit verkiezen aan den voet derzelver kwitantie te stellen, waarvan de onderteekening behoorlijk moet worden gelegaliseerd , ten einde daarna door tusschenkomst der plaatselijke Besturen en der Gouverneur op deze adviesbrieven van de Komissie van Likwidatie te verkrijgen de voor hun bestemde Borderellen van verevening.
De belanghebbenden kunnen evenwel den hun vrijstaanden, doch meer omslagtigen weg inslaan,om op vertoon van de genoemde adviesbrieven zelve of door eenen afzonderliken zaak gelastigde hunne borderellen van verevening te ligten of te doen ligten.
Ik verzoek UEd met de bijgaande adviesbrieven de voorz: wijze van handelen te willen volgen en om ingeval de belanghebbende verkiezen mogten, dat hunne borderellen door uwe en mijne tusschenkomst worden verkregen de gem: adviesbrieven behoorlijk geteekend en gelegaliseerd terug te zenden.
Terwijl zoo de belanghebbenden de voorkeur mogen geven aan de andere voorgestelde wijze, om de Borderellen zelve of door eenen zaakgelastigde te verkrijgen, ik UEd: verzoek de adviesbrieven in hunne handen te laten en mij onder kennisgeving hiervan de receptie dezer accuseren.
De Gouverneur van de provincie
Zeeland.
Van Doorn
Middelburg den 1 September 1821.
Onderwerp: over tijdige indiening
Der Gemeente Begrootingen
De Begrooting uwer Gemeente over 1822 niet op tijd ingestuurd.
Nodig, deze volgens de bestaande voorschriften opgemaakt en ingerigt, onverwijld bij Heeren G.S. in te zenden.
Anders onaangename gevolgen.
De Gouverneur van de Provincie Zeeland.
Van Doorn
Middelburg den 1 September 1821
Onderwerp: Oproeping der Verlofgangers
Voor de Najaars-Exercitiën
Hierbij een Nominative Staat der Verlofgangers die voor Exercitiën moeten opkomen of niet.
P.van de Putte; J.S. Lentseling; M den Nooijer; H.I.van Heijl opkomen te Middelburg
R.Schroevers moet op 11 september des morgens 9 uuren overgeleverd worden aan den Gouverneur.
Van Doorn
Middelburg den 3 September 1821
Onderwerp: Opsporing der achtergeblevene Lotelingen
Opsporing verzocht van de nalatige Militiepligtigen. Die als loteling zijn achtergebleven.
Dit moet met alle vlijt en naauwgezetheid worden gedaan. Alle middelen moeten worden aangewend.
N.B. Hierbij gaat een dikke lijst met “deserteurs “.Merkwaardig dat daar geen Zeeuwen op voorkomen; Belgen vormden een kleine meerderheid.
De Gouverneur van de provincie Zeeland
Van Doorn
Middelburg den 6 September 1821
Onderwerp: Introductie van het eenvormig stelsel
Der nieuwe maten en gewigten
In de Provincie Zeeland
Zeer vele neringdoende Ingezetenen laten na de nieuwe Nederlandsche maten en gewigten aan te schaffen.
Daar moet door het bestuur controle op worden uitgeoefend
Bij ontdekte Contraventiën dient Proces-Verbaal worden opgemaakt en aan het publiek Ministerie opgezonden.
Het onderzoek nopens behoorlijke ijking zal zich kunnen bepalen tot het nazien, met welke ijk-letters de gewigten en lengtematen zijn bestempeld; welke waren, ten voorleden jare, de letter A, en, voor dit jaar, de letter B, behalve de bijzondere merken van de Arrondissements-IJkers.
De Gouverneur van de Provincie Zeeland
Van Doorn
Extract uit het Verbaal van Heeren G.S. van Zeeland
Vrijdag den 17 augustus 1821
Hierbij afschrift van Z.M. ’s besluit de dato 19e Julij dezes Jaars no 44, waar bij het Reglement voor het keuren van het Slagtvee binnen de Provincie wordt goedgekeurd enz.
Van kracht m.i.v. 1 october aanstaande. Publikatie etc. aan rechterlijke instanties exemplaren toe te zenden.
De Griffier der Staten
J.G. Hinlopen
Middelburg den 10 September 1821
Onderwerp: Uitoefening inwendige praktijk
Door onbevoegden.
Het is mij bijzonder aangenaam dat door de vestiging van den persoon van Josephus Hendrikus van Opdorp als Plattelands Heel- en Vroedmeester te Arnemuiden de voornaamste argumenten zullen komen te vervallen, dewelke door UEd: bij missive van den 25: Julij l.l. tegen het executeren der geneeskundige verordeningen opzichtelijk het uitoefenen der inwendige praktijk door onbevoegden zijn aangevoerd.
Met vertrouwen kan ik dan als nu in uw gemeente een stipte nakoming van hetgeen ten dien aanzien bij de onderscheidene besluiten van Z.M. is voorgeschreven, verwachten en blijf UEd: bij voortduring deswegens het meest zorgvuldigst toevoorzicht aanbevelen, terwijl ik door UEd: van den goeden uitslag der maatregelen , welke UEd: daar toe in het werk zal stellen, verlang geïnformeerd te worden gehouden.
De Gouverneur van de provincie Zeeland.
Van Doorn
Middelburg den 11 September 1821
Onderwerp:Voordragt der Zetters voor 1822
Verzoek om vóór den 20e dezer maand eene voordragt op te maken, van vijf zoodanige Personen, waar van twee, zoo maar immer mogelijk, buiten doch in de nabuurschap van de Gemeente dienen woonachtig te zijn; zullende deze voordragten door de Hoofden der Plaatselijke besturen, in het 1e, en 3e District aan mij, en door die in het 2e, 4e en 5e District aan de Heeren Kommissarissen hunner Districten, behooren te worden ingezonden.
De Gouverneur van de provincie Zeeland.
Van Doorn
Middelburg den 12 September 1821
Onderwerp: Maatregelen van Policie, omtrent
Het verbranden van overblijfsels
Van Veldvruchten
Het heeft mijne aandacht getrokken,dat sommige Landlieden de peulen van het koolzaad en andere overblijfsels van weggevoerde vruchten, na de inzameling, op het veld verbranden op zoodanige uren, dat daar uit ongerustheid en vrees voor de naburige eigendommen kan ontstaan, zoo als zulks nog onlangs in eene der gemeente van de Provincie heeft plaats gehad.
Ik heb diensvolgens geraden geoordeeld, om de Hoofden der Plaatselijke Besturen hier op indachtig te maken, en dezelve mijn verlangen te kennen te geven, zoo als ik de eer heb bij deze te doen, om door gepaste maatregelen van Policie te zorgen dat het verbranden van zaadpeulen en andere overblijfsels van weggevoerde vruchten, op het veld nimmer plaats hebbe, vóór den op-of na den ondergang der Zon, en zoodanig, dat het vuur vóór den avond behoorlijk en ten eenemale zij uitgebluscht.
Overweging tot het instellen van eventuele strafbepalingen.
Etc
De Gouverneur van de Provincie Zeeland
Van Doorn
Middelburg den 13 September 1821
Onderwerp: Belooning der Zetters voor 1820.
Zijne Excellentie de Minister van Staat belast met de generale directie der Ontvangsten, de belooning regelende der Zetters, wegens de klassificatie der Patentpligtigen en de uitgifte der patenten over den jare 1820, heeft daar bij aan de Zetters uwer Gemeente over dat jaar toegelegd f.9:=
Wilt U dit ter geven aan het kollegie van Zetters, en hetzelve daar bij aan te moedigen, om, met voortdurenden ijver en naauwgezetheid, de belangrijke werkzaamheden waar te nemen.
Etc.
De Gouverneur van de provincie Zeeland.
Van Doorn
Middelburg den 17 September 1821
Onderwerp: Vaste Verlofgangers niet
Onderworpen aan den
Militaire Regter
Z.M. ’s Besluit van 20 Julij j.l.:
Vaste Verlofgangers der Militie gedurende hun verlof niet onderworpen aan de judicature van den Militairen Regter.
De Gouverneur van de Provincie Zeeland.
Middelburg den 22 September 1821
Onderwerp: om de brieven aan
Dept van oorlog naar
’s-Gravenhage te expediteren
Z:Excell: de Kommissaris generaal van Oorlog zich ingevolge Z.M. intentie binnen kort wederom naar ’s-Gravenhage zullende begeven, heb ik de eer UwEd: bij deze te onderrigten, dat alle brieven en Depêches , welke UwEd: in het geval mogt wezen van en met den 23e dezer loopende maand aan ZExcell: te doen verzenden, aan deszelfs adres op ’s-Gravenhage zullen moeten worden geëxpedieerd.
De Gouverneur van de Provincie Zeeland
Van Doorn
Extract uit het Register der besluiten van den Gouverneur van de provincie Zeeland
DE GOUVERNEUR
Gezien art. t der Wet van 8 Januarij 1817 en de Missive van Zijne Excellentie den Minister van Binnenlandsche Zaken en Waterstaat van den 21e dezer M. 2673 no 2B.Z.
HEEFT GOEDGEVONDEN
De waarneming der functiën van Militie-Kommissaris in Zeeland, welke Post vakant is door het overlijden van den Heer H. Keijl, provisioneel en tot nadere voorziening, op te dragen aan den Heer J.H. Verschoor van Nisse, Lid van gedeputeerde Staten.
Gedaan te Middelburg den 27 September 1821
Van Doorn
Middelburg den 22 September 1821
De Gouverneur van Zeeland heeft de eer, aan den Raad van Arnemuiden
Bij deze te doen toekomen het nevensgaande rekwest van H.W. Hogerheijde onderwijzer aldaar, tot het erlangen eener toelage uit de plaatselijke kas, als indemniteit wegens huis & schoolhuur.
Met verzoek, om, met terugzending, daarop te dienen van berigt en advies.
De Gouverneur voornoemd,
Van Doorn
2 losse papieren met 3 soorten aantekeningen:
1801 Aan de koster voor schoonmmaken der Kerk jaarlijks somma f.10 : 18
en 37 ton turf en ook van 30 ?
1809 Voor Eers ? als koster ontvangen 18:--
1810 voor schoonmaken der Kerk 24:--
1811 als koster 36:--
18 Maart is Schipper Marinus Willemse met het schip poelwijcq met een goeden noortoosten wint na de Calabarij ’t Zeijl gegaan. Die godt beware.
Inkomsten van schoolonderwijzer Hogerheide:
’t Land f.60
De stad f.120
Kerk & armen 72
Schoonm. Kerk 24
Zitgeld 14
Onderwijs arme kinderen 20
Boekhouder 15
53 ton turf berekend 30
f. 360
Middelburg den 1e October 1821
Onderwerp:opmaking & dadelijke
Indiening stedelijke
Begrotingen 1822
De Regeering van een der steden mij hare twijfelingen medegedeeld hebbende nopens het opmaken der stedelijke begrooting voor het volgende jaar bij de veranderingen, welke uit de invoering van een nieuw stelzel van Rijksbelastingen volgens de wet van den12e Julij 1821 in de stedelijke inkomsten zouden kunnen resulteren, met verzoek om dien aangaande de noodige instructiën te mogen erlangen, heb ik de eer gehad zijne Excell: den Minister van Binnenlandsche zaken daar over te raadplegen, met dit gevolg dat het Zijne Exc: behaagd heeft mij te informeren dat het zijns inziens het gevoeglijkste wezen zal met het opmaken der plaatselijke begrotingen voor den Jare 1822 op den ouden voet voort te gaan, ten einde alzoo alle vertraging in de indiening derzelve voor te komen , onder bijvoeging nogthans dat het, ten einde die begrotingen daar na in overeenstemming te brengen met het nieuwe stelzel van belastingen, noodzakelijk zij zoude nevens dezelve over te leggen eenen staat van inkomsten gecalculeerd naar het geen bij art:15 & 16 van de Wet van 12 Julij 1821 bepaald is, en welke de tegenwoordige zou kunnen vervangen.
Uit de trage indiening der stedelijke begrotingen voor den jare 1822 meenende te moeten opmaken, dat de twijfelingen door gem: Regeering te kennen gegeven, welligt ook bij de overige stedelijk besturen bestonden, heb ik het niet ondienstig geacht hun Ed: bij deze circulaire met des Ministers voorz: bedoeling bekend te maken, en de eer hebbende dit bij deze te doen, verzoek ik hun Ed: dringende om de opmaking en indiening der voorz: begrotingen ten spoedigsten te bewerkstelligen ( voor zoo ver die indiening voor den ontvang dezer circulaire niet en mogt gedaan zijn) en in allen gevalle om voor of op den 15e dezer maand over te leggen de noodige staten houdende opgave en berekening der inkomsten welke bij de invoeren der Rijksbelastingen volgens de wet van den 12e Julij l.l aan derzelver steden zouden kunnen worden toegekend overeenkomstig hetgeen dien aangaande bij de gemelde wet is bepaald, welke staten ingerigt naar het hiernevens gevoegde model, tevens zouden behooren vergezeld te worden met een beredeneerde Memorie , de noodige inlichtingen behelzende nopens hetgeen in die staten zal zijn opgegeven, speciaal ook nopens de keuze van de Rijksaccijnsen, waar op men verlangt additioneel te heffen.
Ik zal de eer hebben om de gezegde staten & Memoriën aan Heeren Gedeputeerde Staten ter overweging voor te leggen ten einde HEGA: in staat te stellen derzelver gedachten op dit belangrijk onderwerp definitivelijk te bepalen, en bij het Gouvernement ten spoedigsten zoodanig maatregelen te prevoceren als noodig kunnen zijn om bij het invoeren van het nieuwe stelzel van belastingen alle nadeelige botzingen voor te komen en het zelve met de plaatselijke belangen in overeenstemming te brengen.
De Gouverneur van de Provincie Zeeland
Van Doorn
Middelburg den 19e October 1821
Onderwerp: Informatiën nopens
Verlofganger P.F van de Putte
Daar mij gebleken is dat de Militien verlofganger P.F. van de Putte, welke door mij aan Uw Ed: bij Circulaire voor den 1e September j.l. N.M. no 2706 was opgegeven, als moetende zijn corps tot het bijwonen der najaars exercitiën rejoigneren, daaraan echter tot heden niet heeft voldaan, heb ik de eer UwEd: te verzoeken mij ten spoedigsten te informeren, wat door UwEd: met opzicht tot den gemelden verlofganger ter executie van mijne bovengem: circulaire is verrigt en mij met de redenen, welke dien Verlofganger in het opkomen tot de bovengemelde exercitiën heeft kunnen verhinderen, zoo spoedig doenlijk bekend te maken.
De Gouverneur van de Provincie Zeeland.
Van Doorn,
Extract uit het Verbaal van Heeren G.S. van Zeeland
Vrijdag den 5 October 1821
Afschrift van Z.M.’s besluit van 28 Augustus via eene Missive van den Minister van Binnenlandsche Zaken en Waterstaat.
Daar worden de voorwaarden goedgekeurd op welke de Maatschappij van Weldadigheid voornemens is Weezen, Armenkinderen of Vondelingen, zonder bijvoeging van Huisgezinnen of Huisverzorgers in hare Koloniën, zo mede bedelaars in de nader aan te leggene Etablissementen in de Ommerschans over te nemen; verzoekende dezelve Minister, dat deze Vergadering den inhoud van het voorschreve besluit gelieve ter kennisse te brengen van de Plaatselijke besturen.
Etc etc.
De Griffier der Staten
J. Snouck Hurgronje
Aantekeningen bij de bovengenoemde voorwaarden(in de inventaris aanwezig)
Personen, door gebreken buiten staat om te werken en Kinderen beneden de 6 jaren zonder Ouders , kunnen niet worden geplaatst.
De Kontrakten kunnen worden aangegaan door Plaatselijke of de Arm-Besturen; ook door de Sub-Kommisien en door bijzondere Personen
De besteders zullen aan de Maatschappij betalen f.40 ’s jaars per hoofd, in twee halfjarige termijnen, de eerste 14 dagen na de overneming.
Kontrakten kunnen voor niet minder dan 16 jaren gesloten worden.
De Vervoerskosten voor rekening van de Besteders.
De Bedelaars moeten tot een werkzaam leven worden opgeleid en tot arbeiden worden genoodzaakt. Alle pogingen worden aangewend tot Godsdienstig-en School-onderwijs te beschaven
Van al hetgeen de Kolonist boven kosten van voeding en kleeding verdient zal hij genieten een derde om hem gedeeltelijk te worden uitgekeerd, gedeeltelijk in de Spaarbank.
De overige 2/3 zullen strekken aan de Besteders in mindering der f.40, zoodat, indien die 2/3 f.40 of meer bedragen mogten, er voor hem niets zoude behoeven betaald te worden.
De Kontrakten worden aangegaan voor een bepaald getal Bestedelingen; niet voor éé of meer bepaalde Personen.
De Kontraktanten zenden een nominative opgave:naam, voornaam, ouderdom, beroep en godsdienstige gezindheid
Een Certifikaat van gezondheid waaruit blijkt dat de persoon niet gebrekkig is
Indien de permanente Kommissie ontdekt dat één of meer Bedelaars door gebreken buiten staat zijn te werken, of in het jaar voor hunne overneming tot de bevolking van eenig Godshuis behoord hebben, zal het haar vrij staan dezelve terug te zenden.
Het is de bedoeling dat het platte-Land zo veel mogelijk van bedelaars wordt ontlast
Kleeding der Bestedelingen in dit Etablissement even gelijk die der Kolonisten, met de volgende onderscheidigen:
Geen Hoed, maar enkel een Pet
In plaats van de Mans en Vrouwen Boven-kleederen
Lange roode Broeken en groene Buizen van grove wollen stof.
Geele Rokken en roode Jakken, mede van grove wollen stof
Goedgekeurd bij K.B. van 28 Augustus 1821
De Staats-Raad belast met de directie der Staats-Secretarie
J,G. de Meij van Streefkerk
Etc
Aanwezig in de Inventaris een KONTRAKT van wege de Maatschappij
Van Weldadigheid, gesloten met etc etc
Mitsgaders 11 artikelen.
Extract uit het Verbaal van Heeren G.S. van Zeeland
Maandag den 22 October 1821
Door den Gouverneur overgelegd zijnde eenen Staat, houdende opgaven
1e van de Leden der Gemeente Besturen, welke na de plaatsgehad hebbende Loting, dit jaar zullen aftreden
2e gedane voordragten, tot vervulling der daar door ontstane vacatures,en
3e van de gemeenten, voor welke geene voordragten zijn ingekomen en in welker vervulling alzoo door G.S. behoort te worden voorzien.
Is goedgevonden:
Ingevolge de door de Plaatselijke besturen en Ambachtsheeren gedane voordragten, in plaats der Leden van de gemeente Raden, welke op den 2e November dezes jaars zullen aftreden, aan te stellen, gelijk geschiedt bij deeze
Te Arnemuiden
Abraham van Eenennaam
Cornelis Cramer
Adriaan Adriaanse
Extracten gezonden aan de Heeren Districts-Kommissarissen; de Schouten en aan de nieuw benoemde en afgetredene Leden van de gemeente Raden
De Griffier der Staten
J,Snouck Hurgronje
Extract uit het Register der besluiten van den Gouverneur
Van de Provincie Zeeland
DE GOUVERNEUR
Als vervolg op de voordragten door de onderscheidene Burgemeesters en Schouten der Steden en gemeenten in de Districten Walcheren en Goed
BENOEMT:
In het District Middelburg
Voor de gemeete van Arnemuiden ca
De Heeren Johannes de Marée
Paulus de Meulmeester
Jan Kramer
Ingel Baaijens
Willem Midavaine
Ze zullen zich stiptelijk dienen te gedragen naar de bestaande Reglementen en Instructiën van het Departement van Financiën
Gedaan te Middelburg, den 19 October 1821
Van Doorn
Extract uit het Verbaal van Heeren G.S. van Zeeland
Vrijdag den 19 October 1821
Gelezen zijnde eene missive van den Raad van Arnemuiden van de 9 Octob: l.l daarbij onder kennisgeving dat de diakenen der hervormde gemeente zekere Adriana de Ridder, huisvrouw van Marinus Schroevers op bekomen autorisatie der Rechtbank van eersten aanleg te Middelburg wegens het gemis harer verstandelijke vermogens in het huis der simpelen binnen gemelde stad hebben doen plaatsen; de autorisatie dezer vergadering verzoekende om ter goedmaking van de daaraan te impendeere kosten aan voorz; Diakonen een subsidie van f. 75== te verleenen
Is goedgevonden het bovengemeld verzoek te accorderen, gelijk geschied bij deze, en den Raad van Arnemuiden hier van kennis te geven, met aanschrijving om de voorsch: som van f. 75== uit de onvoorziene uitgaven van dezen lopende Jare te voldoen.
J. Snouck Hurgronje.
Middelburg den 6 November 1821
Onderwerp: Waterkeerende Werken
Z.M. heeft bij Besluit van 15 Octoberl.l. goedgevonden dat de Dijks-Kollegiën wanner zij vermeenen dat er voorziening zoude behooren plaats te hebben aan eenige onder hun Kollegie behoorende Waterkeering, die onder beheer staat van een publieke administratie of Departement van bestuur, op een voegzame wijze daar van kennis zullen moeten geven aan de Officieren of Ambtenaren onder wier onmiddellijke directie de Waterkeering zich bevindt, met uitnodiging de voorziening te laten plaatsvinden. Wanneer dat zonder gevolg blijft, dit te rapporteren aan het Departement van Binnenlandsche Zaken etc.
De Gouverneur van de Provincie Zeeland
Van Doorn
’s-Gravenhage den 17 November 1821
Ik heb de eer UwEd. Kennis te geven, ingevolge art.245 van het Wetboek van Criminele Instructie, dat het Hoog Geregtshof in ’s Gravenhage bij arrest, de dato den 14 November 1821, de persoon van Ewoud Baak wonende te Arnemuiden en thans in het huis van arrest te Middelburg gedetineerd
Heeft gesteld in staat van beschuldiging en gerenvoijeerd naar het Hof van Assises der provincie Zeeland.
De Prokureur Generaal bij het
Hoog Geregtshof voornoemd
Handtekening
K.B. om bij de voordragt van Officieren bij de Schutterij ter vervulling van bestaande vacatures af te wijken van automatische opvolging van de oudste in rang etc bij ongeschiktheid. Dan zelfs de mogelijkheid dat iemand die geen lid van de Schutterij is , bij geschiktheid te benoemen.
Etc.
’s-Gravenhage den 8 November 1812
W I L L E M
Van wege den Koning
J.G. de Meij van Streefkerk.
Extract uit het Verbaal van Heeren GS van Zeeland
Vrijdag den 23e November 1821
Gelezen zijnde eene missive van den Gem: Raad te Arnemuiden d.d. 5 Novb.j.l. is overeenkomstig het daar bij gedaan verzoek goedgevonden,om
1e Denzelven te autoriseren gelijk geschied bij deze,om aan de kommissie van Toezicht over de keersluis in het Arnemuidsche kanaal, bij wijze van voorschot te betalen eene som van f.23= uit de disponibele fondsen, om te worden geregulariseerd op de Begroting van 1822.
2e Bij alteratie der resolutie dezer vergadering d.d. 19 October:jl no 14 te bepalen zoo als geschied bij deze, dat de daar bij toegestane som van f.75= als extra subsidie aan den armen niet zoo als bij die resolutie is voorgeschreven uit de post voor onvoorziene uitgaven zal worden gevonden. Maar wel uit de disponibele fondsen, om te worden geregulariseerd op de Begroting van 1822.
Etc.
De Griffier van de Staten van Zeeland
Middelburg den 4e December 1821
Onderwerp: Nalatige Militeipligtige
P.J. Dillewaarde
Ik heb de eer UEd: bij deze te informeren, dat ik den bij Uwe missive van den 26 November j.l. vermelde nalatigen Militiepligtige Pieter Joseph Dillewaarde, op grond van uw berigt tot eene naloting voor uwe gemeente voor de 4e classe 1817 heb toegelaten.
Ik verzoek UED: zorg te dragen, dat hij daar toe voor mij op den 13 dezer des ’s morgens ten 10 Uren comparere, na alvorens ten aanzien van den zelven aan mij te hebben ingezonden den nevensgaanden staat Model H behoorlijk is ingevuld.
De Gouverneur van de Provincie Zeeland
Van Doorn
Middelburg den 12 December 1821
Ik heb de eer UwEd: hiernevens te doen toekomen een borderel van liquidatie van den franschen achterstand ter name uwer gemeente groot f.5:22 beantwoordende aan de geteekende adviesbrief bij uwe missive van den 9 November j.l. aan mij ingezonden.
Het zal mij angenaam zijn door UwEd: van den goeden ontvangst van het bovenstaande te worden geïnformeerd- en tevens te vernemen wat de rede is dat deze pretensie niet in der tijd onder den achterstand uwer gemeente is opgenomen.
De Gouverneur van de Provincie Zeeland
Van Doorn
Middelburg den 19 December 1821
Onderwerp:Plaatselijke Begroting 1822
Terwijl de ten gevolge van mijne missive van 1 October l.l. Reg:A 2e Afd: no 2855 ingekomen voordragten betrekkelijk de in verband met de wet van 12Julij l.l. in te voeren plaatselijke belastingen bij Heeren G.S. in deliberatie zijn, acht ik het van belang UEd: tot uwe informatie mede te deelen , dat het Z.M. behaagd heeft te bepalen, dat de Gemeentelijke Begrootingen voorlopig voor 1822 op den gewonen voet zullen worden opgemaakt ,uitgaande van de veronderstelling dat in de Plaatselijke Belastingen tengevolge van het nieuwe stelsel van Rijksbelastingen geene veranderingen voor den 1e Julij 1822 zullen worden daargesteld in welke bepaling UEd. Zekerlijk een nieuw bewijs zullen vinden van ’s Konings bezorgdheid voor de belangen der gemeenten, als wordende daar door de gelegenheid geboren om den overgang van het eene tot het andere stelzel op eene geregelde wijze te doen plaats hebben, en de verwarring te voorkomen, welke daar uit anderszins zoude kunnen voortspruiten.
De Gouverneur van Zeeland
K.B. 29 november 1821.
Op voordragt van de Minister voor de Marine:
Hebben goedgevonden en verstaan te bepalen dat in het vervolg alle Schepen komen de van zoodanige Plaatsen, alwaar zich gewoonlijk alle jaren besmettelijke ziekten openbaren, zoo als in de Havanna in Spanje, in Noord-Amerika en in de Levant, naauwkeuriglijk zullen worden gevisiteerd en onderzocht, of derzelver papieren in behoorlijke orde zijn, en de equipagiën dier Schepen zich volkomen gezond bevinden, ten einde wanneer het tegendeel mogt blijken, dezelve aan eene provisionele quarantaine te onderwerpen en verder, naar gelang der omstandigheden , volgens de bepalingen op de quarantaine in dezen, te handelen.
WILLEM
Extract uit het Verbaal van Heeren GS van Zeeland
Vrijdag den 14 December 1821
Is gelezen eene missive van den Gemeente Raad te Arnemuiden dato 30 Novb:j.l daarbij met besef van de nuttigheid en het belang voor de Gemeente voordragende dezelve van een brandspuit te voorzien en de kosten daar van ad f.400 benevens het verder benoodigde ad f.230 te voldoen uit het goed slot van de Jare 1820 of 1821 met bijvoeging wijders van een Reglement op het Brandweren aldaar.
Er moet echter bijgeleverd tot beter functioneren een z.g. zuigpomp die f.200 kost. Dit te doen als de fondsen van de gemeente dit toelaten
Goedgevonden:
De aankoop van een brandspuit met zuigpomp ad f.600 etc
Tot het laten in order brengen van de daartoe voorgedragen bewaarplaats
Ten slotte: om tot al het vorenstaande te mogen gebruiken eene som van f.880= waarmede het saldo der reeds gearresteerde begrooting over 1822 bij een suppletoir besluit zal worden vermeerderd.
Wil de Gemeenteraad om bijzondere reden een Brandspuit van f.440: dit laten weten.
Etc.
De Griffier der Staten
J.Snouck Hurgronje
14 december 1821
Er is bij de verkoop van de oude maten en gewigten een som overgeschoten.
Voegen bij buitengewoon ontvang
De Griffier der Staten
Gedrukt Stuk van 14Artikelen :wetten en Instructiën omtrent de inrigting der Nationale Militie
Middelburg den 26 December 1821
Onderwerp : naloting nalatige militie pligtige P:J: Dillewaarde.
Verzoek hem te plaatsen op het Inschrijvingsregister en de alphabetische lijst der ligting waartoe de nalatige behoort.
De Gouverneur van Zeeland.
Van Doorn
Extract uit het Verbaal van Heeren G.S.van Zeeland
Vrijdag den 23e November 1821
Gelezen zijnde eene missive van den gem: raad te Arnemuiden d.d. 5 Novb. J.l.
Is overeenkomstig het daar bij gedaan verzoek goedgevonden,om
1e Denzelve te autoriseren gelijk geschied bij deze, om aan de kommissie van Toezigt over de keersluis in het Arnemuidsche kanaal, bij wijze van voorschot te betalen eene som van f.23= uit de disponibele fondsen om te worden geregulariseerd op de begroting van 1822.
2e.Bij alteratie der resolutie dezer vergadering d.d. 19 Octob: j.l no 14, te bepalen zoo als geschied bij deze , dat de daar bij toegestaane som van f.75= als Extra subsidie aan den Armen niet zoo als bij die resolutie is voorgeschreven uit de post voor onvoorziene uitgaven zal worden gevonden, maar wel uit de disponible fondsen om te worden geregulariseerd op de Begroting van 1822.
Zullende afschrift dezes aan den voorn: Gem: worden toegezonden met uitnoodiging om te zorgen dat eene kopij dezes aan den Gemeente Ontvanger worde ter hand gesteld.
De Griffier der Staten
J.Snouck Hurgronje.
Middelburg den 4e December 1821
Onderwerp: Nalatige Militiepligtige
P.J.Dillewaarde
2e gedeelte
Middelburg den 19 Februarij 1821
Ik neme de vrijheid den Heer Burgemeester van Arnemuiden uit te nodigen, om den persoon van Adriaan Koets, die zich bij de Gemeente Raad aldaar heeft vervoegd, om in het jaar 1821 eenen hengst te houden te doen weeten,dat de Gedelegueerden ut de Kommissie van Landbouw tot de keuring der hengsten vaceere zullen Maandag de Zes en twintigsten dezer ’s morgens ten tien Uuren aan de Wooning van den Smit Warkens bij de Noordbrug te Middelburg ten einde hij zich aldaar op voormelden tijd met zijne hengst ter keuring vervoegen
G.D. Steengracht
Gedelegueerd Lid van de Kommissie van Landbouw.
PUBLICATIE van 15 Februarij 1821
Alle Ambachtslieden binnen de Provincie die eenige Maten en Gewigten gebruiken, zijn aangemaand om zich met deze bekend te maken en zich van nieuwe gewigten en lengte-maten te voorzien en deze ter ijking aan te bieden.
Dit geschiedt traag en wordt niet door iedereen als verpligtend gezien.
Dit dient nu onverwijld te gebeuren, hoezeer tot nu toe het Gouvernement met zachtheid en toegevendheid is te werk gegaan
N.B. Alle bedoelde Ingezeten dienen “ volkomene stellen onderdeelen van het Nederlandsche Pond aanschaffen en niet kunnen volstaan met de thans in omloop gebragt wordende, slechts uit 9 stuks bestaande onvolkomene stellen.
Van Doorn
Ter ordonnantie van Dezelve
J. Snouck Hurgronje
Middelburg den 24 Maart 1821
Hierbij een genoegzaam aantal exemplaren van de Notificatie betrekkelijk de sluiting der Visscherij
De Gouverneur van Zeeland
Van Doorn
Dit geldt voor de periode van 1 April tot den 31 Mei dezes jaars.
Tot de 21e April mogen beroepsvissers de voor den verbodentijd gevangen Visch verkopen.
Bij overtreding wordt gestraft volgens de Wet
Extract uit het Verbaal van Heeren G.S. van Zeeland.
Vrijdag den 30 Maart 1821
Voor den eersten Mei van elk jaar in te zenden eene naauwkeurige en volgens het daarbij gevoegd Model ingerigte opgave , van het geen in dat jaar tot onderhoud ,herstelling of aanleg dier Werken zoude worden verrigt en ten koste gelegd.
Daar wordt door sommigen de hand mee gelicht en dient voorkomen te worden
De Griffier der Staten
Hierna volgt een Beschikking van 17 Dec.1819 over bovengenoemde materie bestaande uit 15 artikelen en een Lijst der Objecten van den Waterstaat van o.a. Zeeland.
Hierna volgt een Model Begrooting van den Polder
Middelburg den 12 April 1821
Ik zende UEd: hier nevens de Kohieren der Directe Belastingen over Uwe Gemeente over den dienst van 1821, ten einde daarmede te handelen als naar gewoonte, terwijl ik UEd verzoek om mij op te geven den datum der te doene publicatie en die der Verzending van de voorz; Kohieren aan den Heer Ontvanger J. Boddaert te Veere
De Controleur der directe Belastingen
District Middelburg
C.I. Ritter
Middelburg den 12April 1821
Bij de laatste conferentie met alle Burgemeesters en Schouten der diverse Gemeenten is te verstaan gegeven dat wij het beweijden der kleijwegen door Koebeesten als allernadeeligst voor dezelve beschouwen en het als belangrijk zouden achten indien deze schadelijke gewoonte konde worden afgeschaft en door de onderscheide gemeentens op eene ander meer doelmatige wijze in de behoefte hunner armen kon worden voorzien.
Dan daar wij niet ontkennen kunnen dat zoodanig een maatregel niet voetstoots en op eens zoude kunnen plaats hebben , hebben wij ingevolge het geresolveerde bij de laatste conferentie als nu de eer UEd: te verzoeken.
Om aan ons opgaaf te doen van zoodanige persoonen welke in uwe gemeente de vergunning tot het weiden van een Beest verlangen, doch welker getal over het geheel dat van het voorleden jaar niet moet te boven gaan, daar bij tevens observerende dat van deze te verleenen permissien de Dijk en Veldwagters moeten zijn uitgesloten.
Het zal ons aangenaam zijn dat deze opgaaf aan ons worde ingezonden voor Donderdag den 19 dezer, tevens zullen wij van UEd: tegemoet zien, uwe opinie volgens welke deze vergunningen jaarlijks zoude kunnen worden verminderd en eindelijk geheel vervallen en zulks op eene wijze welke het minst schadelijk voor de belanghebbende zoude zijn.
Wijders is deze dienende om UEd: te informeeren dat op Maandag den 30e April door ons zal worden gevaceerd tot de afgifte der Permissie Billetten.
De Centrale Directie van Walcheren
Middelburg den 5 Mei 1821
Hier nevens toe te zenden de Ordonnantie hier onder vemeld, met verzoek dezelve aan de belanghebbende te doen toekomen.
Het zal hem aangenaam zijn van de ontvangst derzelve te worden geïnformeerd.
No 31007; 6 april 1821; G. Meerman te Arnemuiden; f.3.95
De Gouverneur van de Provincie Zeeland
Van Doorn.
Vere, den 6 Junij 1821
Hier onder bekomt UE: eenen opgave der overledenen in uwe gemeente waarvan tot op dit oogenblik nog geene Memorien van aangifte zijn ingediend, met vriendelijk verzoek van certificaten van behoeften/ genoegzaam aantal gaat hiernevens/ voor die genen op te maken, welke hunne erfgenamen onvermogend zijn, om eene Memorie van aangifte in te leveren, en de genen welke UEd: daartoe in staat berekend uit te noodigen, tot het nog indienen derzelve, zullende zij, bij gebrek van dien, zich te wijten hebben de gevolgen, welke hieruit zullen voortspruiten.
Karel de Gruiter Cornelis Blaasse Blaas Jobse
Jannetje de Rijke Blaas van Besen Johannes Cornelis Harthoorn
Grietje Kervinck
Pieternella Janse Johanna de Quelerij Anna Maartense
Elizabeth –Pieterse
De Nooijer Jan Kramer
Hermanus van Ingen
De spoedige voldoening aan deze zal mij bijzonder aangenaam zijn.
De Ontvanger der Registratie & Domeinen
P. Winkelman
Cleverskerke
Maatje de Bree
Neeltje Rijkse
Middelburg den 15 Junij 1821
Het is op grond van eene aanschrijving van den Heere Gouverneur van Zeeland, dat ik UEd: verzoek om mij uiterlijk binnen den tijd van acht dagen op te willen geven, waar de Landlieden Uwer Gemeente gewoonlijk de Producten of voorbrengselen van hunnen grond, ter markt voeren, en zulks reeds gedaan hebben gedurende de jaren 1786 tot 1796 ingesloten; als mede in 1797, 1798, 1799, 1800, 1802 en 1803.
De Controleur der Directe Belastingen
District Middelburg
C.J. Ritter
Arnemuiden 11 Junij 1821
WelEdele Heeren!
Wij hebben de Eer UwEd: bij dezen kennis te geven, dat door ons eene Nominatie gemaakt is voor twee nieuwe Diakonen bestaande uit de volgende personen:
Abraham Katte
Jacobus Maas en
Cornelis Meerman
Wij hoopen dat deze Nominatie ook UwEd: goedkeuring mag wegdragen en met een gunstig antwoord vereerd te worden.
Ook zij het mij bij dezen gegund UWEd: vriendelijk te verzoeken het Slop naast de Pastorie te laten schoonmaken uit hoofde zulks zeer noodzakelijk word.
Voortshebben de Eer mij met heilbede en hooachting te noemen
UwEd: Heilzoekenden Leraar
H.J. van Ingen
V.D.M.
Middelburg den 29 Junij 1821
Ik zende UEd: hier nevens het Kohier der Patentplichtigen Uwer Gemeente over den jare 1821 met verzoek om als naar gewoonte daarmede te handelen, en mij den datum der publicatie en verzending van het kohier aan den Heer Ontvanger J. Boddaert, te willen opgeven.
De Controleur der directe Belastingen
District Middelburg
C.J. Ritter.
Middelburg den 4 Julij 1821
Onderwerp:Buitenlandsche reis van
Burgemeester Arnemuiden
Om gevolg te kunnen geven aan uwe missive van den 30 der afgeloopen maand betrekkelijk de door UwEd: voorgenomen reis buiten het Rijk; verzoek ik UwEd: mij opgave te doen van de plaats werwaards UwEd: wenscht te vertrekken.
De Gouverneur
Van de Provincie Zeeland
Van Doorn
Middelburg den 13 Julij 1821
Aankondiging van het zenden van een genoegzaam aantal exemplaren mijner notificatie van den 9 dezer betrekkelijk de opening der Jagt
Ter publicatie
De Gouverneur van Zeeland
Van Doorn
Betreft de publieke Jagt op Ganzen, Eenden en watersnippen op den 1e Augustus en die der Groote Jagt op den 15e September. Wel op het Water langs de Stranden en Oevers van Waterplassen op lage moerassige Landen, maar bepaaldelijk gesloten blijft in en langs Bosschen, als mede op Bouw-en Weilanden, tot het gewonen Jagtveld behoorende.
Middelburg, den 9 Julij 1821
De Gouverneur
Van Doorn
Middelburg den 3 Augustus 1821
Onderwerp: Expeditie van Ordonnantiën
No Ordinantie 7872
Datum: 6 Julij 1821
Naam van belanghebbende: C Kraamer veerman te Arnemuiden
Bedrag: f.1.90
De Gouverneur van de provincie Zeeland
Van Doorn
Aan den Edel Achtbaren Burgemeester & Raden te Arnemuiden
Geeft met verschuldigden Eerbied aan UEd achtbaare te kennen Josephus Hendrikus van Opdorp, blijkens bijzijnde diploma tot wettig GeExamineert is geadmitteerd heelmeester en Vroed-meester.
Dat hij voorneemens zijnde zich te Arnemuiden te Etablisseren—Ued Achtbaare verzocht—hem tot de inwooning en uitoeffening zijner kunst toe te laten.-
Tevens verzoekende hem te willen accordeeren alle zoodanige Tractementen of Toelagen als aan een heel-& vroed-meester door de gemeente van Arnemuiden in overeenstemming met de gemeente van Kleverskerke zijn uitgeloofd.
’t T: welk doende
J.H. van Opdorp
Aan den Achtbaren Burgemeester
En Raden dezer Stede
Geef met met verschuldigden eerbied te kennen den persoon van Huibrecht Willem Hoogerheijde , onderwijzer der jeugd in deze gemeente dat hij suppliant vernomen heeft dat in onderscheidene gemeenten van dit gewest, als mede in dit eiland , de onderwijzers der jeugd schadeloosstelling in huur of wel vrijdom van woon- en school== huis, naar gelang het aan de plaats, particulieren behoort, of wel het hun eigen is geevenredigd naar de populatie hunner plaatsen; rede waarom de suppliant zich ootmoediglijk wendt , tot Uw Ed: Achtbare met nederig verzoek om ook schadeloosstelling geevenredigd naar de bevolking dezer stede te mogen genieten, even gelijk mijne zoodanig huur trekkende medebroeders; om rede dat door het verval of armoede die zoo groot is in deze gemeente , sommige ouders genoodzaakt zijn hunne kinderen, om der penningen te huis te houden, dat eene vermindering in bestaan ten gevolge heeft; daar komt nog bij, dat de meeste der geringe klasse dezer gemeente, dien prijs op het onderwijs niet stelt, die zij er op moesten stellen, en dus maakt dit het bestaan van een onderwijzer der jeugd gering; daarenboven heeft de suppliant gelijk aan UwEd Achtb: wel bekend zijn zal over een paar jaar een lokaal tot een school met derzelver meublement ten zijnen kosten tot nut der Arnemuidsche jeugd zich aangeschaft, hetwelk in allen deelen beantwoordt aan de verordeningen der schoolgebouwen.
De Suppliant solliciteert ootmoedig en nederig dat het in UwelEd: Achtbarens wijsheid behagen mogte zoodanig een dispositie te nemen, welke strekken kan ten faveure des suppliants.
’t Welk is doende
H:W:Hogerheijde.
DE GOUVERNEUR VAN DE PROVINCIE ZEELAND
Extract uit ZIJNER MAJESTEITS Besluit van 10 April j.l.
Etc etc.
Gezien het advies van onzen Minister van Justitie van den 14 Februarij 1821 no 161 etc
Art.5
De bestaande bepalingen, ten opzigte der uitbetaling van premien voor het arresteren van Deserteurs der Landmagt, worden mede toepasselijk gemaakt op de achtergeblevene of voortvlugtige Lotelingen der Nationale Militie.
Gedaan te Middelburg den 7e Augustus 1821
De Gouverneur van Zeeland
Van Doorn
Arnemuiden 25 Augustus 1821
WelEdele Heeren!
De kerkeraad heeft de eer UWWelEd: de copie der rekening des Jaars 1820 alsmede de Staat der begrooting voor het aanstaande Jaar 1822 toe te zenden; met vriendelijk verzoek tevens om de Honderd Guldens voor en ten behoeve onzer armen weder op de stedelijke staat van begrooting te plaatsen.
De Kerkeraad heeft de Eer met heilbede te zijn
UwEd: onderdanige Dienaren
H.J. van Ingen
Namens den Kerkeraad.
NOTIFICATIE
De Gouverneur van de Provincie Zeeland, brengt bij deze ter kennis van de belanghebbenden, dat door Zijne Excellentie den Opperjagermeester van Zijne Majesteit, Opperhoutvester voor de Noordelijke Provincien, met overleg van de Heeren G.S., de opening der Groote Jagt in deze provincie voor het loopende jaar; dewelke bij Notificatie van den 9e Julij laatstleden op den 15e dezer maand was bepaald; uit hoofde van den laat invallende Oogst, eerst op den 1e October aanstaande zal plaats hebben.
En zal ten einde niemand hiervan onwetenheid voorwende, deze worden afgekondigd en aangeplakt, waar zulks gewoon is te geschieden.
Middelburg, den 7 September 1821
Van Doorn.
De Lier Provincie Zuid Holland 24 September 1821
Mag ik UwEdele Achtbaare verzoeken, om tegen voldoening van ’t inleggend Wisseltje ter summa van f.1= mij per omgaande Post te doen geworden een DoopExtract van
Jacobus Hoek alhier
En Mejuffrouw Hesther Hessen
Den Schout Amptenaar van
Den Burgelijken Stand van de Lier
De Coninck
P.S. UWelEd: zal wel de goedheid gelieven te hebben, het verzogte
Extract door Mijn Heer den president der rechtbank van het Arrondissement
Voor afzending te doen legaliseren en addresseren aan den Schout van de Lier bij Delft.
Middelburg den 10 October 1821
Ik verzoek UEd: om mij zo spoedig mogelijk op te geven het getal zielen, welk Uwe Gemeente thans in zich bevat.
De Controleur der
Directe Belastingen
District Middelburg
C.J. Ritter
Middelburg den 6e November 1821
Onderwerp: om informatie nopens
Toezigt op uitoefening
Inwendige practijk
Daar ik tot heden op mijne Missive van den 10e September l.l. 1 afd. Reg.A.N. No 2757 UEd rapport blijf inwachten, nopens den uitslag der maatregelen door UEd: in het werk gesteld, tot de handhaving der bestaande geneeskundige verordeninegn, opzichtelijk de uitoefening der inwendige geneeskunde door onbevoegden, heb ik de eer UEd: hierop bij deze indachtig te maken.
De Gouverneur van de Provincie
Zeeland
Van Doorn
Vere den 8 Nov: 1821
Mijn Heer!
Aangeschreven zijnde. Eenige opgaven betrekkelijk de Gemeenten onder het ressort van mijn kantoor behorende te doen; neeme ik de vrijheid UEd vriendelijk te verzoeken, mij van uwe Gemeente op te geven
1e de bevolking
2e hoe vele bunderen of gemeten dezelve groot is.
3e de middelbare waarde per gemet of bunder der bouwlanden, weilanden, moesgronden, boomgaarden en boschgronden &
4e het bedrag der grondbelasting waarvoor de Gemeente over 1821 is aangeslagen
Waarmede zeer zult verplichten die zich met alle achting noemt.
UWEdDWDienaar
J. Keller
Een Kladbriefje
Cleverskerke 1238 192
Belastb: f.8098 11
Arnemuiden 886 m 228 R
Bel: som f.5488 19
Levinus Maartense in 1808
December
Willem Midavaine 58/
P.Rogest 56
A. Adriaanse? 72
Leijn Ingelse 74
Elisabeth van Vlaanderen
In 1811 wed. L. Maartense
Voogd Frans van Vlaanderen
Na de acte te zien
Middelburg den 13 November 1821
Onderwerp: Expeditie van Ordonnantiën
No: 15274: datum 6 Oct 1821 Naam C. Kraamer veerman te Arnemuiden
Bedrag: f.2:15
Het betreft ordonnantie van betaling
De Gouverneur van de Provincie Zeeland
Van Doorn
Publikatie
Het is noodzakelijk dat door gepaste maatregelen worden voorzien tegen het ontijdig vangen van oesters op de Zeeuwsche Stroomen. Dat mag niet geschieden voor 16 Oktober aanstaande
Arnemuiden 27 December 1821
Wel Edele Achtbare Heeren !
Onvoorziene uitgaven en het groote aantal behoeftigen stellen ons buiten staat om in den nood der Armen te kunnen voorzien.
Het is daarom dat wij UwWelEd: op het vriendelijkste verzoeken ons de Som van een honderd en vijftig Guldes uit Stadskas te accorderen die wij waarlijk nodig hebben in deze zoo dringende omstandigheden.
Ons overtuigd houdende van Uwe welwillendheid in deezen en hartelijke deelneming in het ongelukkig lot veler onzer plaatsgenoten zoo vleijen wij ons met eenen gewenschten uitslag en hebben de Eer met allen eerbied en zegenbede ons te onderschrijven
WelEdele Achtbare Heeren!
UwEd:onderdanigen Dienaar
H.J. van Ingen
Namens den Kerkenraad.
Aan Burgemeester en Raden der Stede Arnemuiden
Geeft met Eerbied te kennen Johannis Schets wonende binnen deze Stede .
Dat den suppliant voornemens zijnde voor zijn bedrijf een schuur te doen bouwen op zijn Erve naast zijn Huis op de Markt L.B. no 29
Dat hij genegen zoude zijn om dezelve op een regte lijn te trekken op en aan de muur van Zijn Erve grensende aan de Noordstraat en komende zeer digt bij het Wagenhuis van zijn moeder de weduwe I.Marteijn.
Dat om dat oogmerk te bereiken den suppliant ter zijde van zijn huis op de markt zoude moeten uitspringen 10 à 11 voet in eene schuinsche afnemende rigting van een terrein van circa twee Roeden tot aan genoemde regte muur bij en aan de Noordstraat hier voren gemeld
En daar den suppliant daar toe is noodig hebbende Uwe Achtbare toestemming .
Zo wend hij suppliant zich tot UwAchtbare Eerbiedig verzoekende dat het Uwe Achtbare mogt behagen het voormelde uitspringen en inneemen van dat gedeelte Stadsgrond gunstig te accorderen.
’t Welk doende Johannis Schets.
Aan de Heeren Burgemeesters, Schouten, Predikanten, pastoors enz in de Provincie Zeeland.
Mijne Heeren
Ik neem de vrijheid UED. Uit te noodigen, om uwe onderhoorigen en gemeenten mijne aankomst bekend te maken, die wezen zal den 21 dezer, in het Heeren Logement van Oranje te Middelburg, alwaar ik echte niet lang zal blijven; zoo dat de blinde lieden,of diegenen, welke met oog-kwalen bezocht zijn en mijnen bijstand noodig hebben, verzocht worden zich zonder tijdverlies aan te bieden.
Ik verzoek u,, Mijne Heeren, dit te willen aankondigen
LUSARDI, Oog-Arts.
PUBLICATIE
Zijne Excie den Minister voor het Publiek Onderwijs, de Nationale Nijverheid en de Koloniën besluit eene Vee-Artsenij School in de nabijheid der Stad Utrecht te stichten. Ook in Zeeland zou daarvoor “toelatingsexamen”gedaan kunnen worden.
Opening: den aanstaande Winter.
Er kan gestudeerd worden voor rekening van het fonds van den Landbouw
Leeftijd: boven 16 en onder de 22 jaar.
Kennis van vreemde talen, van hoefsmederij of van Vee-Artsenijkunde
Leertijd: 4 jaren
Mogelijkheid om in de 1e of 2e klasse gebrevetteerd te worden om binnen dit Rijk Vee-Artsenijkunde uit te oefenen
Vergelijkend examen voor aspirant-kwekelingen ten einde daaruit een keuze te kunnen maken.
Op maandag 17 September aanstaande: dit examen in een der lokalen van het Gouvernement
Handtekeningen van
Ermerins, Steengracht, van Deinse Pous Risseuw Hinlopen
Lantain< die is Vee-Arts der 1e Klasse.
18 Augustus 1821
Van Doorn
PUBLICATIE
De Bakkers winsten in de steden Middelburg etc. voor het grof Tarwenbrood op twee Guldens en zestig Cents, en voor het Roggebrood op twee Guldens en tien Cents zullen worden verminderd. Etc.
Handtekeningen van Gouverneur en Griffier