Zeeuws Archief Inventaris van de Archieven van de Gemeente Arnemuiden
Toegangnummer 1200; Inventarisnummer 82; Missiven en brieven van 1818


Middelburg den 31. December 1817
Ontvangen 5 Jan: 1818
Onderwerp Inspectie der Verlofgangers
Van de Nationale Militie.

De Militie-Kommissaris heeft een rapport ingediend over de in de maand November gedane inspectie van de Verlofgangers van de Nationale Militie. Daarbij bleek dat een zeer aanzienlijk deel bij de inspectie afwezig was.
Ook bleek dat verschillende Plaatselijke Besturen in het oproepen van die Verlofgangers nalatig zijn geweest.
Krachtens mijn circulaire van 14 November j.l riep ik alle verlofgangers binnen uw Gemeente op rekening te houden met strenge maatregelen als iemand zonder wettige reden afwezig is .
De nalatige besturen zullen de kosten van een nadere uitgestelde inspectie moeten dragen.
Sommige gemeentebesturen hebben ook nagelaten “berigt omtrent de naar hunne Gemeente gedirigeerde Verlofgangers te hebben doen toekomen” Dat dient onverwijld te geschieden.

De Vice-President der Gedeputeerde Staten van Zeeland
Gouverneur ad interim
Van DOORN

Middelburg den 7. Januarij 1818
Ontvangen 8 Januarij 1818

De Gedeputeerde Staten hebben bepaalde inlichtingen verzocht omtrent de huurwaarde van de gebouwde en ongebouwde eigendommen en ook wat de dagloonen in deze provincie betreft.
Op grond daarvan worden kopieen gezonden van circulaires met uitnodiging als Hoofden der gemeenten samen te komen om “de noodzakelijke renseignementen”te verkrijgen
In het District Walcheren is geen Districts-Commissaris aanwezig, daarom is ondergetekende de Griffier der Staten aangewezen “tot het opzamelen der voorschr. Nader inlichtingen.
Verzoek om op Zaterdag 10 Januarij om10 uur zich te vervoegen aan de “zoogenaamde Staten Kamer in de Abdij te Middelburg, ten einde tot bovengenoemd resultaat te komen.
Etc.etc.
De Griffier der Staten
J.SNOUCK HURGRONJE

Aan den Heer Schout van de Gemeente Arnemuiden

Middelburg den 13. Januarij 1818
Ontvangen 15 Januarij 1818
Onderwerp: Personeel en Ambtsverrigtingen Schouten

Het Schoutsambt ten plattenlande is onverenigbaar met de post van Vrederegter
In afwachting van nadere bepalingen is het volstrekt verboden om “eenige Notariële of Regterlijke verrigtingen, zooals het houden van verkoopingen, het doen van verpachtingen en verhuringen, het passeren van akten van overdragt, hijpothekatie of eenige andere bemoeijing van dien aart, uit te oefenen
Etc.
De Vice-President der Gedeputeerde Staten van Zeelnad
Gouverneur ad interim
Van DOORN
Aan de Burgemeesters en Schouten der Steden en Dorpen
Ten platten Lande in de Provincie Zeeland



Middelburg den 17 Januarij 1818
Ontvangen 22 Januarij 1810

Ik heb préalabel de staat van Begrooting geExamineerd, welke door UEd: over den Jare 1818 van uwe Gemeente aan den Heer Gouverneur is toegezonden, en mijne aanmerkingen op dezelve in de nevensgevoegde Nota opgegeven waar aan ik mij referere, met verzoek om mij de daar bij versogte inligtinge onverwijld te willen toezenden.
Daar bovendien over het algemeen de posten van Fabricage , het onderhoud van Straten en wegen en dergelijke , als mede de voordragten om subsidien voor de armbestuuren niet genoegzaam zijn toegelicht, zende ikUEd hier nevens een dubbeltal modellen.
Zoo van begrootinge van kosten voor Gemeentewerken, als van Begrootingen van de Inkomsten en uitgaven van den armen naar welke modellen de in bovengenoemde Nota opgegevene stukken, welke of gerectificeerd of nog ingezonden moeten worden, zullen dienen te zijn ingerigt
Eindelijk is mij nog nodig te weten of er door de gemeente een huis en een School locaal of een van beiden aan den Schoolmeester gratis word bezorgd. En zoo neen:
Welke indemniteit de Gemeente Raad oordeeld , dat voor dat object aan den Schoolmeester zoude kunnen worden toegelegd.
Ik zoude aan uwen ijver in de bevordering der belangen uwer Gemeente moeten twijffelen om niet eene spoedige voldoening aan dit mijn verzoek van UEd te verwagten. Evenwel vind ik mij verplicht er bij te voegen, dat bij aldien ik onverhoopt uwe rescriptie niet voor het eind dezer maand mot terugontvangen, dezelve door een expresse bode ter uwen kosten, zullen moeten worden afgehaald.
De Griffier der Staten van Zeeland

J. Hurgronje

Nota van Aanmerkingen op den Begrooting van Arnemuiden voor 1818
Ontvang

No5 Verhuring van huizen
No 6 Pacht van Landen
Bij elk dezer posten eene Staat over te leggen houdende aanwijzing
1e van den aart en legging der Eigendommen
2e van de Huur of Pacht-prijzen
3e Van de Huurders of Pachters.

No 7
Grondrenten en Intressen. Eene staat dezer grondrenten of Intressen over te leggen.
Uitgaaf

No 7 Onderhoud der fabricage
8 Onderhoud der Straten & wegen.
De Memorie van Kosten ter justificatie dezer voordragten overgelegd, zijn niet in de verlangde orde. Het Plaatselijk Bestuur wordt dus verzocht dezelve te doen vervangen door Begrootingen van Kosten naar het nevensgaande voorbeeld ingerigt.
No 9 Onderhoud Schuiten Ponet enz.
10. Idem der Klokken enz.
Deze posten te justificeren door Begrootingen naar het opgemelde voorbeeld opgemaakt.

Hierbij een Voorbeeld
Tabel

Begrooting der kosten van Reparatie
Der Eigendommen der Gemeente
Voor den dienst van het jaar 181..

Middelburg den 23. Januarij 1818
Ontvangen 26 Januarij 1818

De Gouverneur van Zeeland versoekt UEd: zich op den 29e dezer des voormiddags tusschen 10.en 12. uren, in zijn cabinet in de Abdij alhier te willen vervoegen.

De Vice President bij de Gedeputeerde Staten
Van Zeeland.
Gouverneur ad interim
Namens Zijn Hoog Ed: Gestrenge
De Referendaris
J.G. Hinloopen

Middelburg den 28 Januarij 1812
Ontvangen: 29 Jan: 18118

Ingevolge de laatste zinsnede van het 24e artikel der wet op de Nationale Militie/ Staatsblad 1817 no 4 heb ik de Eer UEd: te informeeren dat het gewoon Contingent uwer Gemeente over het lopende jaar, bepaald is op twee(2) man, en dat aan dezelve geen buitengewoon Contingent is opgelegd.
De Vice President der gedeputeerde Staten van Zeeland
Gouverneur ad interim

Van DOORN

Middelburg den 5 Februarij 1818
Ontvangen 5 februarij 1818
Onderwerp: Vrijstelling van dienende
Tot de eerste zamenstelling der Militie behoorende.

Over den geregelden afloop van het ontslag der Manschappen die tot de eerst zamenstelling der Nationale Militie behooren.
Daarin persé begrepen o.a hen die in de Franse Conscriptie gevallen reeds 5 volle jaren hebben gediend etc.

Gouverneur ad interim
Van DOORN
Hierbij gaat een formulier Nominatieve opgave

Middelburg den 5 Februarij 1818
Ontvangen: 5 Februarij 1818

De eerste zitting van den Militie-Raad van 1818 zal zijn op 9 Februarij a.s. om 10 uur

EXTRACT UIT HET REGISTER
DER RESOLUTIEN VAN DEN
MINISTER VAN FINANCIEN

Ontvangen: 5 Februarij 1818.


Middelburg den 5 Februarij 1818
Ontvangen: 5 Februarij 1818

Onderwerp: voldoening agterstallige
Kustbewaardersgelden.

Uit het examen van de bij uwe Missive van den 21e dezer maand toegesondene stukken betrekkelijk de invordering der agterstallige kustbewaardersgelden van uwe Stad, is het mij gebleken: dat wel verre dat uwe Ingezetenen buiten de Visschers zich vrij algemeen voor hunne verpligting tot afbetaling hunner aanslagen ter gemelden zake zoude hebben gekweten, de meeste integendeel hier in zeer in gebreke zijn gebleven waar van de nominative staat der Contributiepligtigen de grootste bewijsen oplevert—wat vissers betreft zie ik ook niet, dat deze eene gegronde aanspraak hebben op vrijstelling der Kustbewaardersgelden, terwijl bovendien indien de opinie gegrond wezen mogt,dezelve dan niet door UED: op de rol van omslag hadden behoren te wezen gebragt.
Het komt mij dan voor,dat men zich in plaats van alles aan te wenden om ten gevolge van ’s konings besluit van den 4e October 1814 no 4 en nu dat van deb Gouverneur van den 11e Januarij daaraanvolgende, de ongelukkige kustbewaarders het hunne te doen calangen,desselven belangens weinig aangetrokken heeft.
En ik moet UEd: dus ernstig aanschrijven nu onverwijld tegen de nalatige Contributie pligtigen ’t zij vissers of andere ingezetenen te beginnen tegen de meest gegoeden de nodige middelen van vervolging te doen aanwenden, en zodoende te willen zorgen, dat er aan de herhaalde vorderingen en de billijke vertogen van de voorschreve Kustbewaarders om hunnen agterstand te ontvangen, eenmaal een einde kome, ten ware evenwel het UEd: mogt gelukken, om buitendien met de nog aanwezige kustbewaarders ende agt verkrijgende der overledenen een minnelijk vergelijk te treffen.
Ik moet dus al weer UEd: nader rapport afwagten alvorens ik mij bevoegd mag rekenen, om de door Zijne Majesteit zoo goedgunstig tot kwijting van het verschuldigde aan de kustwagters verleend ter uwer beschikking te kunnen stellen.
De Vice President der gedeputeerde Staten van Zeeland
Gouverneur ad interim
Van DOORN.


OPPER-HOUTVESTERIJ
Provincie Zeeland
Tweede District

Middelburg den 20e Februarij 1818
Ontvangen: 21e Februarij 1818
Also ter mijner kennisse is gebragt, dat onderscheijdenen ingezetenen der gemeente Arnemuijden zich niet ontzien dagelijks te jagen, zo op de Schorren, als binnendijks niet tegenstaande zijl. Van geene jagt Akten zijn voorzien, en de Jagt reeds binnen deze Provintie zederd den 30e December 1817 is gesloten; ( zoals blijkt uit nevensgaande Notificatie)
Zo vinde ik mij verpligt UEdAchtb: Vriendelijk te verzoeken, de Inwoneren Uwer gemeente te doen waarschuwen, zich te onthouden van deze overtreding der wet—alzo de Heer Gouverneur, mij ten sterksten heeft uitgenodigd inzonderheid door de onder mijne bevelen staande bedienden te doen waken, dat dezelve door niemand ongestraft worde overschreden—zoals ik daar omtrent op heden de stelligste orders gegeven heb.—
Ik heb de Eer UEdAchtb: van mijne Achting te verzekeren

De Houtvester in het tweede Jagt-Distrikt
Van de Provincie Zeeland

Van Sonsbeeck

NOTIFICATIE

DE Gouverneur van Zeeland brengt ter kennisse dat ………. De Jagt in deze Provincie, met den avond van den 30. December aanstaande( 1817) zal gesloten zijn
…………………
Middelburg, den 17. December 1817
De Vice-President der G.S. van Zeeland
Gouverneur ad interim
Van Doorn

Middelburg, den 28 Februarij 1818
Ontvangen: 2 maart 1818

Ik heb de eer het Gemeente Bestuur van Arnemuiden, Nieuwerkerke en Mortiere, kragtens Art. 131 der Wet op de Nationale Militie, kennis te geven, dat de Militieraad in de Provincie Zeeland, hare Tweede Zitting tot onderzoek der Reclames der Lotelingen voor de nationale Militie voor 1818 zal houden op Dingsdag den 7. April en hare Derde Zitting ter aanneming van Plaatsvervangers en die van Nummer willen verwisselen op Vrijdag den 17. daaraanvolgende beide ’s morgens om negen uueren in de Abtdij te Middelburg.

De Militie Kommissaris
In de Provincie Zeeland
H. Keijl

Middelburg den 25 Februarij 1818
Ontvangen 2 maart 1818
Onderwerp: Beschrijving der Patentpligtigen
En opmaking der Patentleggers over 1818.

De beschrijving der Patentpligtige Ingezetenen moet met de meest mogelijke spoed tot stand gebragt; uitnodiging daarvan aan de ingezetenen kennis te geven tot een voorspoedige voortgang en een aansporing tot het doen der aangiften.
De Controleur der Directe Belastingen zal in overleg met de zetters tot de vereiste schikkingen komen etc.
…………..

De Vice-President der G.S. van Zeeland
Gouverneur ad interim
Van Doorn

Middelburg den 2 Maart 1818
Ontvangen: 2 Maart 1818


Een Notificatie van de gedesigneerde Gemeenten, binnen welke, in de loop van dit jaar 1818, de werkzaamheden voor het Kadaster zullen worden voortgezet.
Gaarne Affixie van genoemde notificatie

………….
Van Doorn

Middelburg den 3 Maart 1818
Ontvangen: 5 Maart 1818
Onderwerp: Repartitie
Directe belastingen 1818.

De aanslag van de Gemeente Arnemuiden in de Directe Belastingen voor 1818 is als volgt geregeld:
In de Grondbelasting: Ongebouwde Eigendommen op f. 979
Gebouwde Eigendommen op 593
In de Personele en Mobilaire Belasting op 558
In het regt op Deuren en vensters op 332

……………………………… etc

…………………….
Van Doorn

Middelburg den 2 Maart 1818
Ontvangen: 9 Maart 1818

Extract uit ons Verbaal van 26. Februarij j.l over remissie van pacht aan den pachter van het ponteveer uwer gemeente

G.S. van Zeeland
Van Doorn
t.o.v
Snouck Hurgronje

Donderdag den 26 Februarij 1818

De President overlegd hebbende eene missive van den Burgemeester van Arnemuiden van den 16e Februarij j.j.
Is ingevolge de daarbij gedane kennisgeving goedgevonden de aan den Veerman van het ponteveer dier plaats op het Nieuwland, verleende remissie van een gedeelte van deszelfs uit dien hoofde over de maand December j.l. verschuldigde pacht ter somma van f. 12.—te approberen zoo als geschied bij deze, en daarvan bij Extract dezes en geleijdende missive aan den Burgemeester voornoemd tot deszelfs informatie kennis te geven met aanschrijving evenwel dat diergelijke voordragten in het vervolg door den Gemeente Raad geschieden moeten

Accordeert met het voorschreve Verbaal voor zoo veel het
Geextraheerde aangaat
De Griffier der Staten

J. Hurgronje.

Middelburg den 9 Maart 1818
Ontvangen: 16 Maart 1818
Wij zenden hiernevens Extract uit ons Verbaal van den 6. Maart j.l, betrekkelijk de verpachting van het Ponteveer uwer Gemeente
…………………….
Van Doorn
t.o.v.
Snouck Hurgronje

Extract uit het verbaal van Hun Edele Groot Achtbare de Heeren Gedeputeerde
Staten der Provincie Zeeland

Vrijdag den 6 Maart 1818

Gehoord zijnde het rapport van etc. op de in deszelfs handen gestelde missive van den Burgemeester van Arnemuiden van den 30. December l.l., waarbij den zelven ter approbatie inzond de Conditien en voorwaarden waarop het ponteveer van die plaats op het Nieuwland voor den tijd van zeven jaren uit de hand is verpagt.
En in aanmerking genomen zijnde dat aan de eene zijde de bedonge pagtsom zeer laag is voorgekomen, doch dat het aan den anderen kant onzeker is in hoeverre dit veer, naar de Vereeniging van dit Eiland met dat van Nieuw en St. Joosland zal kunnen blijven bestaan; en het uit hoofde van deze omzekerheid niet raadzaam schijnt het voorschreve veer voor een zoo lange termijn te verpagten.
Is goedgevonden de gemelde verpagting voor den tijd van drie jaren te approberen, zoals geschied bij deze, en daarvan bij Extract dezes en geleijdende missive onder terugzending der voorschreve Conditien, met en in dier voege ingerigte approbatoire apostille, aan het plaatselijk bestuur van Arnemuijden ter informatie en naricht kennis te geven.

Accordeert met het Voorschreve Verbaal voor zooveel het Geëxtraheerde aangaat.
De Griffier der Staten
J. Hurgronje.

Middelburg den 9 Maart 1818
Ontvangen 16 Maart 1818

Wij zenden UW Ed hier nevens Extract uit ons verbaal van den 6. Maart j.j. met autorisatie van f. 28.16 c uit de onvoorziene uitgaven van 1817 te voldoen.

De G.S. van Zeeland

Van Doorn Vt.
t.o.v
J. Snouch Hurgronje

Extract uit het verbaal van hun Edele Groot Achtbare de
Heeren G.S. der Provincie Zeeland

Vrijdag den 6e Maart 1818

Gehoord zijnde het rapport van etc. op de in deszelfs handen gestelde missives van den Burgemeester van Arnemuijden, en van etc, verzoekende geautoriseerd te worden om de som van f. 28.16 C wegens het op derzelver respective begrootingen over 1817 te kort komende, op de post van kosten voor het huishoudelijk bestuur, uit de onvoorziene uitgaven van gemelden jare te mogen voldoen.
Is besloten de verzochte autorisatien te verleenen, en daarvan bij Extract dezes en geleijdende missives aan de plaatselijk besturen van Arnemuiden etc. tot informatie en naricht kennis te geven

Accordeert met het Voorschreve verbaal voor zooveel
Het geëxtraheerde aangaat.
De Griffier der Staten
J. Hurgronje

Middelburg den13e Maart 1818
Ontvangen: 16 Maart 1818

Ik heb de eer UE. Hier nevens toe te zenden een afschrift van Z.M. Besluit van 7e dezer maand no 58, ten einden de onderscheidenen kerkgenootschappen in hare gebeden, den gezegenden Staat van H.K. H mevrouw de Princes van Oranje indachtig zouden zijn
Ten fine om hetzelve aan den hervormden Leeraar uwer gemeente ter hand te stellen

De Gouverneur der Provincie Zeeland ad interim
Van Doorn

Middelburg den 16 Maart 1818
Ontvangen: 16 Maart 1818
Onderwerp: Contingent Nationale Militie

Het onderzoek der Manschappen met welke zich den Militie Raad in deze Provincie in desselfs Eerste Zitting heeft onledig gehouden, geene designatieve ten gevolge hebbende gehad, voor Lotelingen tot UWE: Gemeente behoorende, heb ik de Eer uw Ed: hier van bij deze ten gevolge art: 126 der Wet van 8 Januarij 1817 kennis te geven, zijnde er diensvolgens in het Cotingent uwer Gemeente voor het Jaar 1818. geene vermindering gekomen.
De vice President der G.S.
Gouverneur ad interim

Van Doorn


Middelburg den 14 Maart 1818
Ontvangen den 14 Maart 1818
Onderwerp: Kiezers en Stemgeregtigden
Voor de Staten

Het gaat om de aanvulling van leden der Provinciale Staten.
Enkele instructies:
De Staten der bevoegden tot Kiezers en Stemgeregtigden zullen U voor de 29e door de Ontvangers der Directe belastingen worden ter hand gesteld
Deze worden in alfabetische volgorde gebracht op5 april
In de week van 6 t/m13 april zullen de genoemde lijsten ter visie worden gesteld
Hierbij behoort de notificatie van de belanghebbenden
Op 15 april worden de lijsten vastgesteld
Op 16 april wordt de lijst van kiezers met de opgave der Stemgeregtigden van de gemeenten aan mij (vice-president ) wat betreft district 1 en 3 worden opgezonden en 2 en 5 aan de Districts-commissaris
Hieruit wordt een algemeene Lijst van kiezers samengesteld.
De stembiljetten worden 8 mei met een exemplaar van de Kiezerslijst aan de huizen der Stemgeregtigden rondgebracht
Op 11 Mei zal de ophaling geschieden.
Op 13 Mei zal de Bus geopend behooren te worden
Op de zelfde dag zal het proces-verbaal van de benoemde Kiezers door U worden ingezonden..

De Vice-president der gedeputeerde Staten van Zeeland
Gouverneur ad interim
Van Doorn

Middelburg den 9 maart 1818
Ontvangen: 19 Maart 1818

Wij zenden UWEd: hier nevens Extract uit ons Verbaal den 5e Maart j.l. betrekkelijk de wijze waar op de Gemeente Ontvangers de restitutie nummers? Cautionnementen verkrijgen kunnen
DE G.S. van Zeeland

Van Doorn
Ter ordonnantie van Dezelve
J. SNOUCK HURGRONJE

In het Extract staat dat de Gemeente Ontvangers nog onbekend schijnen te zijn met de wijze,waarop de restitutie der doorhun gestorte cautionementen in geval van overlijden, demissie of verlies hunner functie, kan worden geobtineerd.
De voorscheven restitutie kan niet anders worden geobtineerd dan op vertoon van eene generale decharge af te geven door de Gedeputeerde Staten der Provincie, na aanzuivering der rekeningen van de comptabelen en op bewijs dat hij, aan de daarop regt hebbende , alle penningen en waardijen, waar voor hij als schuldenaar bekend stond,alsmede alle bewijzen en documenten onder hem gedeponeerd, heeft afgegeven.

Accoord met het geëxtraheerde
De Griffier der Staten

J.Hurgronje

Middelburg den 20 Maart 1818
Ontvangen: 23 Maart 1818
Onderwerp: Bepalingen nopens Strandgoederen
Met opzicht tot de indirecte belastingen en
Convoijen en Licenten

De Gouverneur van Zeeland de bijgaande ministeriële instructie ter uwer kennisse brengende,verlangt daarbij tevens dat de voorschriften derzelve , voor zoo ver die de Plaatselijke Besturen kunnen betreffen,bij voorkomende gelegenheden stiptelijk door UE worden geobserveerd.

De Vice President der Gedeputeerde Staten van Zeeland
Gouverneur ad interim

Van Doorn

Hieronder:
Stuk:Behoort bij de Missive van den Gouverneur van Zeeland van 20 Maart 1818

Strandvonders dienen aangespoelde goederen waarop invoerrechten geheven worden, aangeven aan het dichtstbijzijnde kantoor of ambtenaar van Convoijen en Licenten of Indirecte Belastingen op het onvrije territoir.
De Strand vonders moeten in afwachting van de “ambtenaar”er voor zorgen dat de goederen niet wegspoelen of onbruikbaar worden etc. en ze daarom in veiligheid brengen. Etc

N.B.Het stuk betreft meer dan 10 artikelen die volgens mij nauwelijks aandacht hebben gekregen, omdat de pagina’s niet van elkaar gescheiden zijn
Dat is geen wonder want het wordt de “eerlijke vinder/strandvonder “wel erg moeilijk gemaakt om eerlijk te blijven, na lezing van de genoemde artikelen


Middelburg den 22e Maart 1818
Ontvangen: 23 Maart 1818
Onderwerp: Kadaster

Ik heb de eer UEd: te informeren dat de werkzaamheden van het Kadaster,tot en nieuwe grensopneming in UE: gemeente zullen aanvangen op den 28e Maart, overigens mij refererende tot mijne nader aanschrijving welke UEd: door den Landmeter Hansum zal worden overhandigd
De Vice President der Gedeputeerde Staten van Zeeland
Gouverneur ad interim.

Van Doorn

Middelburg den 26 Maart 1818
Ontvangen: 26 Maart 1818

Ingevolge eene bij mij ontvangene aanschrijving van den Heer Ingenieur verificateur bij het Kadaster over deze Provincie in dato 26 Januarij l.l. no 29 heb ik de Eer UWEd: Achtb: te informeren dat ik daar bij gelast ben de Gemeente van Kleverskerk te delimiteren en daar deze gemeente aan de uwe grensende is zoo neme ik de vrijheid UWEd: Achtb; te inviteren op aanstaande vrijdag den 27 dezer maand ’s morgens om negen Uren verzeld van twee à drie aanwijzers uit uwe Gemeente op het Raadhuis van genoemde gemeente Kleverskercke bevinden ten einde deze wekzaamheden waaraan het Gouvernement zoo veel gewigt toekent met den meesten spoed en juistheid te kunnen volbrengen.

De Landmeter Delimitateur.
A. Hansum

Middelburg den 26 Maart 1818
Ontvangen: 2 April 1818

Wij zenden P.V. van den 16 Maart j.l.houdende autorisatie tot het verpagten van 2 Gemeten 70 Roeden lands genaamd het Kerkhof

De G.S. van Zeeland
Van Doorn
Ter Ordonn.
J,Snouck Hurgronje.

Extract uit het Verbaal van G.S.

Maandag den 16e Maart 1818

Gelezen zijnde een Missive van het plaatselijk Bestuur van Arnemuiden van den 11 Maart j.l. daarbij om aangevoerde redenen de autorisatie dezer vergadering verzoekende tot het verpagten van de in Eigendom aan die Gemeente behoorende 2 Gemeten 70 Roeden genaamd het Kerkhof gelegen in Kraaijenhol in Nieuwerkerken zijnde met else en willige kaphout beplant en zulks op den voet en wijze als bij de gemelde missive wordt opgegeven.
Is goedgevonden het plaatselijk bestuur voornoemd bij Extract dezes en geleijdende de missive daartoe te magtigen
Accordeert met het Voorschreven Verbaal voor zooveel het geëxtraheerde aangaat.

De Griffier der Staten

J.Hurgronje

Memorie tot inlichting voor de Hoofden der Plaatselijke Besturen nopens het geen dezelve, overeenkomstig de voorschriften der methodieke verzameling van wetten op het Kadaster te observeren en na te komen etc.

Hieronder: Informatie over de werkzaamheden die zullen plaatshebben.

Bij meting dienen tegenwoordigers van het plaatselijk bestuur en ook de eigenaren of wettige plaatsvervangers aanwezig te zijn.

Etc etc.
Aldus gearresteerd bij den Gouverneur van Zeeland,te Middelburg den 26 Maart 1818
De Griffier der Staten
J. Snouck Hurgronje.

Middelburg den 30 Maart 1818
Ontvangen den 6 April1818
Alle belemmeringen voor schippers van elders wat inladen en uitladen betreft dienen te worden opgeheven.
De verordeningen die daar mee in strijd zijn, dienen te worden afgeschaft. En de bepalingen van het bovengenoemde Koninklijk Besluit dienen stiptelijk te worden nageleefd
De G.S. van Zeeland
T.o.van deze
J.Snouck Hurgronje

Middelburg den 3 April 1818
Ontvangen 6 April 1818

De Gouverneur zend de volgende ordonnantie geslagen door Z.E. de Heere Minister van Justitie den 10 Maart 1818 ter name G. Meerman f. 5.10
De Vice president der G.S. van Zeeland
Gouverneur ad interim
Van Doorn

Middelburg den 3e April 18118
Ontvangen: 6 April 18181
Onderwerp:niet betaling van
Lantaarn en baken gelden te
Arnemuiden.

Uit eene bij mij ingekomene klagte van den directeur der bakens en lichten op de Zeeuwsche Stroomen in dato 28 Maart 1818, word ik onderrigt van de weerspannigheid der schipperij uwer Stad in de betaling der door haar verschuldigde baken en lantaarn regten.
Het spreekt van zelve dat eene degelijke berispelijke nalatigheid om der gevolgen wille, en als strijdig met de reglementen op dit stuk behoort te worden tegengegaan, en ik zoude ook reeds de aanwending der vereischte middelne ter bekoming dier regten hebben doen aanwenden, ware het niet dat ik mij voorstelde door UEd: tusschenkomst dit uiterste te kunnen vermijden; en het is alzoo dat ik, onderkennisgeving dier klagte UWEd bij deze te verzoeken, aan de nalatigen het onbestaanbare hunner handelwijze naar vereijsch voor oogen te stellen, en hen aan te manen om door eene rigtige betaling van hun verschuldigde , de dwangmiddelen te ontgaan welke eene verdere nalatigheid onvermijdelijk zoude maken.
Mij vleijende dat UEd’s goede pogingen in het belang uwer onderhoorigen met den besten uitslag zullen achtervolgd worden, zal ik de eer hebben UWEd’s rapport ten dezen aanzien nader in te wachten.
De Heer President der G.S.
Gouverneur ad interim

Van Doorn

Middelburg den 4e April 1818
Ontvangen: 6 April 1818

Volgens art: 12 van het Besluit van ZKH: van 18 Februarij 1814/ Staatsblad no 27.1 enart: 58 van het Regelement van Bestuur ten Plattenlande , moeten de ontvangers, uiterlijk in den loop vande maand Meij, hunne Rekening van het afgelopen Jaar, aan het Plaatselijk bestuur overbrengen, en dit Bestuur de voorschreve rekening niet later dan ultimo Junij aan Heeren Gedeputeerde Staten inzenden.
D menigvuldige werkzaamheden, welke de Plaatselijke Comptabiliteit alhier veroorzaakt, maken het van belang dat deze rekeningen zoo spoedig mogelijk worden ingezonden, en dat men daar mede , zonder noodzaak niet vertoeve tot dat de uiteindelijke termijn, bij de wet bepaald verstreke zij.
Daar ik nu geene redenen zie, waarom de Plaatselijke Comptabiliteit van 1817 niet thans reeds zoude kunnen worden gesloten , neem ik de vrijheid UwEd: te verzoeken om, voor zoo verre daar tegen geen afdoende redenen bestaan, den Plaatselijken ontvanger van UWEd: Gemeente te willen aanschrijven, zich met het opmaken zijner Rekening over 1817 onverwijld te willen bezighouden, en die , zoo dra mogelijk aan UED: over te brengen, ten einde dezelve, na door den Gemeenteraad behoorlijk te zijn geëxamineerd , zoo veel tijdiger door UEd: aan Heeren Gedeputeerde Staten zoude kunnen worden ingezonden, als zonder ongerief voor de Plaatselijke Comptabiliteit mogeljk zal bevonden worden.

De Griffier der Staten van Zeeland.

J. Hurgronje

Middelburg den 30. Maart 1818
Ontvangen: 9 April 1818.
Informatie/Enquête

1. Is het wenselijk aan de keuze der Ingezetenen over te laten om het Maalloon in Graan of in geld te betalen.
2. Welk Maalloon of gedeelte van Meel er thans bij de Molenaars van Uw Stad of Plaats, voor het malen of breken der onderscheideneGraanspecien genooten wordt.
3. Welk Maalloon er volgens U of in Geld of in Meel zou moeten worden bepaald.
4. Welke verhoging /verlaging , naar mate de prijzen van het Graan zouden klimmen of dalen.

De Gedeputeerde Staten van Zeeland
Van Doorn Vt
T.O.V
J.Snouck Hurgronje

Regel: zij die zelf graan brengen naar de molenaar geven deze het recht van het scheppen of molsteren van een gedeelte der granen.
Maalloon mag zowel in de vorm van geld als graan geschieden.

De G.S.
Van Doorn Vt

t.o.
J. Snouck Hurgronje.

Middelburg den 9 April 1818
Ontvangen 13April 1818
Onderwerp: Schuldvorderingen op den Staat

Ten overvloede word door Zijne Majesteit bekend gemaakt dat er gelegenheid is geweest en zal zijn dat Ingezetenen hun “pretensiën “kunnen indienen.
De Besturen binnen deze Provincie mogen niet nalaten “hunne Ingezetenen aan te sporen en zoo nodig de noodige indicatien te geven.

De Vice-President der G.S. van Zeeland
Gouverneur ad interim
Van Doorn.

Middelburg den 18 April 1818
Ontvangen: 20 Novb. 1818

Belooning der Zetters voor 1817.

Volgens de Verdeelings-staat bij de Resolutie gevoegd, is aan de Zetters uwer Stad voor dezelve belooning toegelegd eene som van f. 4. waarvan de vereischte Ordonnantie spoedig zal worden opgemaakt en aan den Ontvanger der Directe Belastingen over uwe Gemeente ter uitbetaling toegezonden.
De Vice-President der G.S.van Zeeland
Gouverneur ad interim
A. van Doorn.

Middelburg den 20 April 1818.
Ontvangen 23 April 1818
Onderwerp: IJking Maten
En Gewigten

Informatie ten spoedigste te leveren over:
1. Op welk een wijze de verificatie of ijking der Maten en Gewigten in Uwe Gemeente geschiedt, en welke retributie daarvoor betaald wordt?
2. Welke Personen daarmede zijn belast, door wien die worden aangesteld, hunne namen en kwaliteiten, het bedrag hunner tractementen en emolumenten? En eindelijk
3. of er van de voorschreve Ambtenaren , en zoo ja, welke bij uitnemendheid geverseerd zijn in de kennis van het metriek stelsel, en als zoodanig met het meeste succes bij de invoering der nieuwe Maten en gewigten geëmploijeerd zouden kunnen worden.

DE G.S. van Zeeland
F. Ermerins, Vt
Ter Ordonnantie van Dezelve
J. Snouck Hurgronje

Middelburg den 24e April 1818

Ontvangen 25 April 1818
Onderwerp: 2e Verzameling der manschappen op den 1e Meij 1818.
De Tweed verzameling en afgifte der manschappen, welke in dit Jaar bij de Nationale Militie voor deze Provincie moeten worden ingelijfd door mij op den 1e Meij aanstaande ’s morgens ten negen Uure bepaald zijnde, heb ik de eer UEd: bij deze te doen toekomen den nominativen Staat der vrijgestelde Lotelingen Uwer Gemeente welke ik UEd: verzoek ingevolge Art.150 der Wet van 8 Januarij 1817, door opentlijke aflezing en aanplakking ter kennisse Uwer Ingezetenen te willen brengen, mitsgaders de hiernevens gaande orders voor de Lotelingen Uwer Gemeente, welke gedesigneerd zijnde in dienst moeten treden, zoo spoedig mogelijk met kennisgeving de plaats waar UEd de verzameling verlangt te doen, aan dezelve ter hand te stellen, nadat door UEd: het uur waarop UEd: Uwe manschappen zal willen verzamelen, op dezelve zal zijn ingevuld.
Etc Etc.
De Gouverneur van Zeeland ad interim
Bij deszelfs afwezigheid
F.Ermerins
Lid der Gedeputeerde Staten

Middelburg den 28e April 1818
Ontvangen: 28 April 1818
Afschrift Besluit van heden, houdende autorisatie tot het vervoeren van Buskruid.
De Gouverneur der Provincie Zeeland ad interim.
F. Ermerins
Lid der Gedeputeerde Staten

Extract uit het Register der Besluiten
Van den Gouverneur van Zeeland

D E G O U V E R N E U R

Gezien het verzoekschrift van den Heer Mr. I.C. de Bruijn voor den Buskruidmolen den Gouden Draak, tot bekoming van autorisatie om op woensdag den 29e dezer per wagen te vervoeren een quantiteit van 400 lb Buskruid in negen vaatjes waaronder zeven elk van 50 lb. En twee elk van 25 lb. Van het magazijn bij Vlissingen naar den Wilhelmina Polder en verder naar het schip Middelburg, liggende voor de Stad Veere, langs de Zuidwatering Rammekens & Arnemuiden begeleid door M. Baak
Herlezen de wet van 23 Januarij 1815 no 57 StaatsBlad no 7

B E S L U I T

Aan den Heer Mr. I.C. de Bruijn, wordt bij deze autorisatie verleend om op de bovengemelde dag uit voorz; Magazijn te vervoeren de vierhonderd ponden Buskruid in de negen vaatjes hier bovengemeld, met last, om den vervoer van het voorz: Buskruid te effectueeren van het meergemelde Magazijn, naar den Wilhelmina Polder en verder naar het genoemde Schip Middelburg langs de zuidwatering, voorbij Rammekens en langs Arnemuiden, onder behoorlijke assistentie van eenen Militairen Conducteur en met de precautie bij de wet van den 27e Januarij 1815 voorschreven.
Zullende de Gouverneur van den Conducteur ingevolge art 19 der voorz: wet door middel van den Requestrant een schriftelijk rapport zijner zending dadelijk na deszelfs volbrenging inwachten.
En zal afschrift dezes aan den belanghebbenden worden ter hand gesteld & een gelijk afschrift bij gewone conductoire missive aan den Burgemeester van Arnemuiden worden gedepêcheerd, beide tot informatie en narigt.
Gedaan te Middelburg den 28 April 1818
De Gouverneur van Zeeland ad interim
Bij deszelfs afwezigheid
F. Ermerins
Lid der Gedeputeerde Staten.
Voor Eensluidend Afschrift
De Griffier der Staten van Zeeland
Hurgronje

Middelburg den 20 April 1818
Ontvangen: 20 April 1818

Wij zenden UEd hiernevens de door ons geapprobeerde conditiën en voorwaarden waarop het Gemeente bestuur van Arnemuijden 2 Gemeten 70 Roeden lands voor den tijd van vijf jaren verlangd te verpagten.

De Gedeputeerde Staten van Zeeland
F. Ermerins vt

Ter
Ordonnantie van Dezelve

J. Hurgronje

Middelburg den 23April 1818
Ontvangen: 29 April 1818
Onderwerp: Verminkte Militairen

Achtervolgens de bij mij ingekomenen Missive van het Departement van Binnenlandsche Zaken van den 3 dezer, heb ik de eer UE:
1e Kennis te geven, dat Z I J N E M A J E S T E I T het Hoofdbestuur ter aanmoediging en ondersteuning van den gewapende dienst in de Nederlanden heeft geautoriseerd, om ook aan Verminkten in vroeger Oorlogen dan van den jare 1815 uitdeelingen te doen, of wel dezelve in het Invalide Huis op te nemen.
2e Te herinneren aan de bepalingen van art. 11 van het besluit van den 9 November 1815 no 96, en mitsdien uit te noodigen om te waken, dat de Militairen die deel geregtigden zijn in het voornoemde Fonds, zich niet aan Bedelarij overgeven.

De Gouverneur van Zeeland ad interim
Bij deszelfs afwezigheid.
F. E R M E R I N S
Lid der Gedeputeerde Staten

Middelburg den 25 April 1818
Ontvangen: 29 april 1818

Onderwerp: Kiezers en Stemgeregtigden
Tot aanvulling der aftredende Leden
derProvinciale Staten, wegens den
Landelijken Stand

Er word een genoegzaam aantal exemplaren verstrekt, mitsgaders de benoodigde Stembiljetten.
Verzoek om de distributie stiptelijk na te komen

De Gouverneur van Zeeland ad interim
Bij deszelfs afwezigheid
F. Ermerins
Lid der G.S.

Middelburg den 29 April 1818
Ontvangen: 1 Meij 1818

De Gouverneur van Zeeland heeft de eer,aan den Heer Burgemeester van Arnemuiden
Bij deze te doen toekomen het nevensgaande rekwest van Maris Vermeulen, huisvrouw van Jacob Soeters gewezen kustbewaarder van Arnemuiden, omtrent de voldoening van de aan haren man ???? competerende gelden
Met verzoek, om, met terugzending, daarop te dienen van berigt om als nu ten spoedigste de bij missive van 3 februarij j.l. 268 gerequireerde voordragt te doen

F. Ermerins etc.

Middelburg den 23 April 1818
Ontvangen: 5. Meij 1818

Op 3 Januarij is bij K.B. bepaald dat vrijdom van port zal worden verleend aan de Steden en Gemeentens voor de correspondentien, welke zij verpligt zijn onderling te voeren over zaken de Nationale Militie, Burgerlijken Stand en de Acten van Indemniteit betreffende, onder de uitdrukkelijke verpligting van zich te bedienen van kruisbanden en geconstrasigneerd door de Burgemeester / secretaris. De Directeur der Postkantoren moet nauwlettend eventuele fraude controleren. Eventueel met opening der brieven of paketten in tegenwoordigheid van den afzender of van den genen aan wie het adres luidt etc etc
De G.S. van Zeeland
F. Ermerins
Ter ordonnantie van deze
J. S N O U C K H U R G R O N J E

Middelburg den 2. Meij 1818
Ontvangen: 5 Meij 1818
Onderwerp: Inspectie Verlofgangers

Ten gevolge van de deswegens geopperde bedenkingen, de , bij mijne missive van 14 November 1817 no 2713,bepaalde dagen en uuren voor de Inspectie der Verlofgangers in de maand September 1818, door mij veranderd en vastgesteld zijnde voor het 3e Kanton op den 10 September 1818 te Veere des morgens 10 uuren; heb ik de eer UEd hiervan bij deze kennis te geven, met verzoek om UEd dienovereenkomstig bij de oproeping der Verlofgangers tot de Inspectie in de maand September aanstaande, te willen gedragen : Terwijl er verder door deze bepaling geene de minste verandering is gekomen en de Inspectiedagen voor de maanden Meeij, Julij en November , bij mijne voormelde Missive van 14 November 1817 geregeld.
De Gouverneur van Zeeland ad interim
Bij deszelfs afwezigheid
F. Ermerins
Lid derG.S.

Middelburg den 4 Mei 1818
Ontvangen: 5 Meij 1818

Bij K.B. van 19 Maart j.l.is Van Doorn benoemd tot Gouverneur van de Provincie Zeeland

Middelburg den 11 Meij 1818
Ontvangen: 11 Meij 1818
Onderwerp: Toezending Staten
Van ingelijfde Lotelingen, en opgaven der korpsen waar bij dezelve zijn ingelijfd.
De Gouverneur van Zeeland,

Van Doorn

Middelburg den 9 Meij 1818

Over het SAS in het Arnemuidse Canaal:

N.B. Het Sas : schutsluis of Kolk ervan
Sassen: schutten of sluizen
Sasgeld: sluis-, haven- of schutgeld.




Wanneer de Sas in ’t Arnemuidsche Canaal voltooid is, zal er over hetzelve eene vaste Directie moeten wezen.
Het is voor UEd: Stad welligt van belang om zeker te zijn van deze of gene bepalingen, welke betrekking hebben tot de wijze van gebruik, onderhoud, en beheer en zoo voorts, van het gemelde Sas:
Maar ook kunnen de bepalingen, door UEd: verlangd, wel eens strijdig zijn met die van andere belanghebbenden, en het is daarom, dat wij de kennis en onderzoek van die differente belangens, noodzakelijk oordeelen, om bij tijds, voor zooveel nood, onze gedachten te kunnen bepalen over hetgeen voor eene eventuele Directie, tenrigtsnoer van derzelver werkzaamheid zoude kunnen strekken.
Het zoude ons diensvolgens aangenaam zijn van UEd: te worden geïnformeerd omtrend zodanige pointen, welke voor UEd van belang mogten worden geoordeeld, omend het gebruik, onderhoud beheer, of wat anders het zoude mogen wezen, het opgemelde Sas aangaande, opdat alzoo de combinatie van de bijzondere verlangens der onderscheidene belanghebbenden, ons zouden in staat stellen, om voor allen gelijkelijk te zorgen, en alle botsingen zooveel doenlijk in tijds voor te komen.
Wij zullen hierop UED: antwoord spoedig te gemoet zien.
De Commissie tot de Havenwerken der Stad Middelburg.

Handtekening van de pres.

Extract uit het Verbaal van G.S. van Zeeland
Maandag den 4 Mei 1818

Over de benoeming van Gemeente Ontvangers
De Gemeenten zijn vrij om bij de benoeming van Gemeente Ontvangers, hare keuze al, of niet, op de Ontvangers der Directe belastingen te vestigen.
Het Gouvernement verwacht verder dat zo veel mogelijk , bij de keuze de voorkeur zal gegeven worden aan de oude Ontvangers, die zich “in hunne posten naar behooren gekweten hebben, en daarin verlangen te continueren
Accordeert met het geëxtraheerde.

J. Hurgronje griffier

Middelburg den 15e Meij 1818
Ontvangen: 18 Meij 1818
Onderwerp: verzoekende aanspoelende
Berigten der Engelsche schepen naar de Noordpool
Uitgerust aan den Minister van Marine op te zenden.

De Engelsche schepen uitgerust om eenen doortocht aan de Noordpool te zoeken, hebben van de Leden der Admiraliteit van dat Rijk bevel ontvangen, om van tijd tot tijd door middel van in zee geworpenen Flesschen tijding van hunne reis te geven, terwijl teneinde deze berigten derzelver bestemming zouden berieken de Gezanten van eenigen Mogendheden zijn uitgenodigd, in hunne taal een verzoek af te geeven, waardoor hunne Landgenoten zouden kunnen weten hoedanig bij het vinden der voornoemde Flesschen te handelen.
Het daar toe afgegeven verzoek van Zijne Majesteits Ambassadeur te Londen is van den volgende inhoud:

“Een ieder die dit Papier mogt vinden , wordt hier mede verzogt, om het zelve ten spoedigste te willen zenden aan den Heer Minister van de Marine der Nederlanden in ‘s- Gravenhage, of wel aan den Secretaris der Britsche Admiraliteit , en daar bij te voegen eene nota inhoudende de tijd en de plaats alwaar dit Papier is gevonden geworden”

Door het Departement van Binnenlandsche zaken verzogt zijnde , om voor zoo veel mijne Provincie aanbelangd mede te werken, dat de voormelde maatregel eventueel een gewenscht effect sorteeren.

Heb de Eer onder kennisgeving hiervan UEd: aan te schrijven om op de hier boven bedoelde flesschen een naauwkeurig agt te doen slaan, en om bij aanspoelingderzelve de daarin gevondene wordende stukken dadelijk aan mij op te zenden.

De Gouverneur van Zeeland

Steenhove 18 meij 1818
Ontvangen: 20 Meij 1818
Ter voorkoming van ongelukken, moet ik UE versoeken Uwe In- en opgezetenen te willen aanmanen om zig van den grond, behorende tot den Buskruidmolen te onthouden en alleen den dijk langs het Arnemuijdsche vaarwater voor hunnen nodige passage te bepalen. Ik zal tot dat einde ook de nodige borden laten aanslaan, en twijfele niet of UWE zult in dedze, overeenkomstig den geest van het gouvernement, om alle mogelijke voorzorgen te nemen, ook wel de meest geschikte maatregelen gelieven te nemen welker daarstelling ik de vrijheid neem, om voor de fabriek ook ten voordele van Uwe plaats aan uwe wijsheid aan te bevelen.
J.C. de Bruijn

Middelburg den 25. Meij 1818
Ontvangen: 28 Meij 1818
Onderwerp: Ophef
Van quarantaine

Ingevolge bij het Departement van Marine ingekomen berigten is met betrekking van vorige deswege gegeven orders bepaald geworden, dat geene in de havens van dit Rijk binnenvallende schepen onverschillig van waar dezelve komen( met uitzondering alleen van afkomende van Algiers en de verder barbarijsche kusten) voortaan aan visitatie of het houden van quarantaine zullen worden onderworpen en dat aandezelve schepen diensvolgens zal worden vrijgelaten om dadelijk naar derzelver bestemming op te zeilen.
Z:Excell: de Minister voor de Marine mij van deze bepaling bij missive in dato 14 Meij 1818 no 12/452 informerende heb ik gemeend UEd: die mede bij deze te moeten doen kennen tot UE’s informatie en narigt.

De Gouverneur van Zeeland

Van Doorn

Extract uit het Verbaal van G.S. der Provincie Zeeland
Vrijdag den 22 Meij 1818.

Gelezen zijnde eene missive van het plaatselijk bestuur van Arnemuiden van den 18 Meij j.l. daarbij onder kennisgeving van het bezwaar hetwelk voor hunne Gemeente gelegen is in den opbrengst van den hoofdelijken omslag over dezen jare verzoekende dat aan hun mogt worden toegestaan om ter voorziening in de behoeften over het volgend jaar eene voordragt tot het belasten van het een en ander voorwerp van consumptie te doen.
Is goedgevonden op die bezwaren bij het arresteren der begrooting voor Arnemuiden over den jare 1819 te attenderen; En voorts het Bestuur dierplaats bij Extract dezes en geleidende Missive daarvan kennis te geven, met aanschrijving om bij aldien zij in hun gevoelen bij het formeren der Begroting voor 1819 mogten blijven volharden, de bedoelde voordragt gemotiveerd te doen, en dezelve alsdan tijdig aan deze Vergadering in te zenden.
Accordeert met het geëxtraheerde
De griffier der Staten
J. Hurgronje

Middelburg den 3 Junij 1818
Ontvangen: 4 Junij 1818
De Gouverneur van Zeeland heeft de eer, aan den heer Burgemeester der stad Arnemuiden vroedvouw aldaar verzoekende dat hare jaarwedde op den ouden voet mogt worden geregeld.

De Gouverneur voornoemd
Van Doorn

Ontvangen : 8 Junij 1818

Daar op de aanstaande Vergadering der Heeren Provintiale Staten het belangrijk stuk der broodzetting over de geheele Provintie waarschijnlijk definitivelijk zal geregeld worden, heb ik deswegens voor zooveel dit District betreft nog eenige inlichtingen nodig, waarover ik met sommige der voornaamste Schouten van dit Eiland gaarne eens zoude spreeken.
Zij betreffen:
1e de onkosten welke de bakker voor iedere zak meel moet aanwenden, om dezelve tot brood te bakken & wel voor ieder soort afzonderlijk; welke onkosten bestaan in die van het patent en slijtage,
van het Maalloon
de Melk
de Gist
het Zout
de Brand
en 2e de winst welke de Bakker hebben moet om zich een ordentelijk bestaan te verzekeren.
Deze objecten zijn in de nevens gaande Pro Memorie voor de Stad Middelburg gegeven; doch ik behoeve dezelve voor het District en dit zijn de zettingen ?? welke ik van U verzoeke met Uw mondeling verlange te ??? delen
Welligt zal het verschil tusschen de onkosten van den Bakkersstijl in de steden en het platte Land niet veel verschillen; want zoo al het patent ten platte Lande minder mogt zijn dan in de Steden, moet daarentegen ook de som daarvoor zoo wel als de kosten van slijtage over eene mindere hoeveelheid brooden of gebakken graan worden omgeslagen terwijl indien sommige artikelen ten platten Lande goedkooper zijn andere daar en tegen aldaar niet dan met meerdere kosten kunnen bekomen worden.

Een tweede object waaromtrend ik bij die zelve gelegenheid van Uw Ed almede nadere inligtingen zoude verlangen bestaat in de navolgende door de Commissie van repartitie over de grondlasten nader gedane vragen
“of het binnen eenen zekeren bepaalden tijd mogelijk zoude zijn met eenigen graad van zekerheid den Staat van den zuiveren opbrengst der vaste panden in iedere gemeente dezer Provintie te kennen”
“Zoo ja welken tijd hiertoe kan gerekend worden nodig te zijn, en welke middelen daartoe zouden behoren te worden aangewend en zoo neen welke redenen er voor die onmogelijkheid bestaan ?
In de veronderstelling dat UWEd: gaarne de verlangde inligtingen zoo veel mogelijk zult opzamelen & aan mij willen meededeelen, verzoek ik UwEd; zich daartoe op Donderdag aanstaande den 11 dezer des morgens ten 10 uren in het locaal der State kamer te willen laten vinden of bij verhindering mij UwEd: gevoelen over de bovengenoemde objecten vóór die tijd in geschrifte te willen meededeelen

De Griffier der Staten

J. Hurgronje

n.b. Het autoritaire regiem van die tijd kan niet veel beginnen als er te veel dwang wordt gebruikt; daarom doet het alsof het afhankelijk is van de goodwill en welwillende medewerking van de lagere overheden en de inwoonders

Hierna volgt een P.M. (een Pro Memorie)
Over het invoeren van een BROODPAS in de Provincie Zeeland
Dit stuk wordt in dit inventarisnummer niet in extenso weergegeven.en
Omdat het een officieel stuk is voor de Provincie Zeeland en niet specifiek voor Arnemuiden wordt het hier daarom niet opgenomen.


Middelburg den 11e Junij 1818
Ontvangen: 11 Junij 1818

Ik heb de eer UE. Hier nevens toe te zenden een genoegzaam aantal exemplaren van de door Z.E. den Directeur generaal voor de zaken der hervormde kerk gearresteerde uitschrijvingsbrief voor den algemeenen Dienst en Bededag volgens Z.M. besluit van den 28 Meij j.l op den 18e Junij eertskomende bepaald , zoo tot uwe informatie als om daarvan aan de zich in uwe gemeente bevindende Protestantsche Christelijke gemeente de nodige uitreiking te doen

De Gouverneur der Provincie Zeeland
Van Doorn

Tot hiertoe gecorrigeerd

Middelburg den 9 Junij 1818
Ontvangen: 15 Junij 1818
Onderwerp: Verlofgangers der Nationale Militie.

De Manschappen welke in den hier achtergevoegden Staat zijn vermeld, op den daarbij gestelden dag hunne verlofpassen van mij hebbende bekomen, met order om dezelve aan UE over te brengen, noodig ik UE uit , om, wanneer zij zich aanbieden, dezelve op het Register der verlofgangers uwer Gemeente te brengen, en mij, ingevolge art. 178 der Wet van 8 Januarij 1817 no. 1 te willen opgeven, alle de genen welke binnen de vier weken, na het ontvangen van hun verlofpas, zich aan UE niet hebben aangeboden, en mij in ’t vervolg, tekens wanneer er in UE Gemeente verlofgangers mogten aankomen, waarvan UE door mij geene kennis heeft bekomen, hunne namen en alle verdere renseignementen ten hunnen aanzien te willen opgeven.

De Gouverneur van Zeeland

Van Doorn


Provincie
Zeeland Nationale Militie

N O M I N A T I V E S T A A T
Van Manschappen der Nationale Militie, welke van de Gouverneur der Provincie, hunne Verlofpassen hebben bekomen, om zich te begeven naar de gemeente van Arnemuiden

1. Schroevers A. Meij 1818 2Bat. Art. N.M. no 3

Middelburg den 26 Junij 1818
Ontvangen: 29 Junij 1818

Vanwege Zijner Majesteits Besluit van den 27 Februarij l.l.: Er worden Modellen toegezonden om te komen tot een overzicht en inlichtingen met betrekking tot het Armwezen.
Wilt U de desbetreffende Staat nauwkeurig invullen.
Wij vertrouwen dat de toezending voor half Julij zal geschieden.
Wilt U ook een omstandig verslag van den Staat der Armen in uwe gemeente toevoegen:
De behoeften, de oorzaken hunner armoede, en de middelen welke hun nog overblijven om in hunne behoeften te voorzien; terwijl het ons aangenaam zijn zal al verder in dit zelfde verslag, zoodanige nadere onderrigtingen nopens de armen-instellingen binnen uwe Gemeente aan te treffen, welke, ofschoon niet bij den toegezondenen Staat gevraagd, niettemin hoogst dienstig kunnen zijn om den aard dier instellingen meer volledig te doen kennen en tot nadere opheldering van de in den Staat vermelde inlichtingen, nuttig kunnen geacht worden. Etc. etc.

De Gedeputeerde Staten van Zeeland

Van Doorn
t.o.v. Dezelve
J. Hurgronje.

Middelburg den 24 Junij 1818
Ontvangen: 1 Julij 1818
Onderwerp: Oproeping der
Verlofgangers van 1818.

In Julij a.s. worden de Lotelingen van de Ligting van 1818 die zich in uw gemeente met verlof bevinden opgeroepen zich gereed te houden om op de desbetreffende dag/datum geinspecteerd te worden, en dadelijk na afloop van die inspectie door de Militie-Commissaris te mijner dispositie te worden gesteld, om weer naar hun Korps te vertrekken.
De Lotelingen moeten aan U hun verlofpassen overbrengen; bij nalatigheid opvorderen.
Daarna naar mij een nominatieve Lijst opzenden samen met de verkregen verlofpassen door middel van den Onder-Officier, welke de Manschappen herwaarts geleiden zal, en om op het gelijke tijdstip van de vreemde Verlofgangers in uwe gemeente verblijf houdende, dat is die welke niet tot uwe gemeente behooren, de Attesten af te nemen, hen door hunne Besturen verstrekt, welke alsmede op de voorz. Wijze aan mij zullen diene te worden overgemaakt.
Etc.etc.
De Gouverneur van Zeeland.

Van Doorn.

Middelburg den 14 Julij 1818
Ontvangen: 20 Julij 1818
Onderwerp: Terugzending van executoir
Verklaarde Kohieren

De Gouverneur van Zeeland retourneert hier nevens aan het plaatselijk bestuur van Arnemuiden
Het door hem executoir verklaarde Kohier van den Hoofdelijken Omslag dier Plaats over 1818 etc.

De Gouverneur voornoemd
Van Doorn.

Middelburg den 22 Julij 1818
Ontvangen: 23 Julij 1818

De Gouverneur van Zeeland heeft de eer UEd: hier nevens toe te zenden, de navolgende bij hem ontfangene Ordonnantien, te weten:
1 Ord: geslagen door Zijne Exc: den Heere Secretaris van Staat voor de zaken van Oorlog den 11e Junij 181 No 1958 ten name van den Ontvanger der gemeente Arnemuiden vt. F. 6,01
Etc. Etc,
De Gouverneur voornoemd
Van Doorn

Middelburg den 27 Julij 1818
Ontvangen: 30 Julij.
Onderwerp : Verlofgangers der
Nationale Militie.

Alle verlofgangers die op de lijst staan dienen zich binnen 4 weken aan U gemeld te hebben dat zij een verlofpas hebben verkregen. Zo niet: geeft u mij hun namen op

De Gouverneur van Zeeland
Van Doorn

Op de Nominative Staat van Manschappen der Nationale Militie, welke van den Gouverneur der Provincie Zeeland, hunne Verlofpassen hebben bekomen, om zich te begeven naar de gemeente van Arnemuiden, staat vermeld

1. Schroevers Robert 21 Junij 1818 3 Bat Art. N.M.

Middelburg den 3 Aug 1818
Ontvangen: 3 Augustus 1818


De Gouverneur van Zeeland, heeft de eer aan den Heer Burgemeester der Stede Arnemuijden hier nevens toe te zenden de ordonnantien hier onder vermeld, met verzoek dezelve aan de belanghebbende te doen toekomen.
Het zal hem aangenaam zijn van de ontvangst derzelve te worden geinformeerd.
No 361 10 Julij G. Meerman f. 4,90

De Gouverneur voornoemd
Van Doorn

Middelburg den 4e Augustus 1818
Ontvangen: 6 augustus 1818
Onderwerp: Visitatie: quarantaine
Van schepen komende van de
Marokkaanse Plaatsen.

Bij mijne missive van den 21 meij j.l. no 1295 is UE onderrigt geworden van den ophef van quarantaine en visitatie ten aanzien van alle schepen onverschillig van waar zij komen, met uitzondering alleen van zoodanige schepen komende van Algiers en de verder Barbarijsche kusten, zoo als dit bij eene resolutie van den Minister voor de Marine in dato 14 Maij l.l no 12 was bepaald geworden.
Thans berigten ingekomen zijnde van het ontstaan der pest in de Staten van Marokko en wel bepaaldelijk te Tanger heeft gemelde Minister goedgevonden bij dispositie in dato 22 Julij 1818 no ?/ onder inhaesie ? zijner eerstgemelde Resolutie, te bepalen, dat de in dezelve resolutie vervatte orders wel voornamelijk toepasselijk zullen gemaakt worden op die schepen welke van Tanger, Magador en de verdere Marokkaansche plaatsen mogten komen, als welke schepen aan eene strikte visitatie zullen moeten worden onderworpen.
UEd: van deze nieuwe bepaling kennisgevende, verzoek ik UE dientengevolge de noodige waakzaamheid en voorzorgen in acht te nemen.
De Gouverneur van Zeeland

Van Doorn

Middelburg den 10e Augustus 1816 ??
Ontvangen:13 Augustus 1818

Ik heb de eer UE. Hier nevens toe te zenden een Exemplaar Z.M. besluit van den 2e dezer bepalende eene dankzegging wegens de gelukkige verlossing van H.K.H, de Prinses van Oranje – zoo tot uwe informatie, als om daarvan aan de zich in uwe gemeente bevindende Protestantsche Christelijke gemeente, de nodige uitreiking te doen.

De Gouverneur der Provincie Zeeland

Van Doorn

Middelburg den 10 Augustus 1818
Ontvangen: 13 Augustus 1818
Onderwerp: Opgave van Trekpaarden en voertuigen

Naar aanleiding van een Missive van Zijne Excellentie den Minister van Binnenlandsche Zaken van den 6 dezer, verzoek ik UE, om vóór of uiterlijk den 31 Augustus eerstkomende, voor zoo veel betreft het2,4 en 5 District aan de respective Commissarissen in dezelve, en voor zoo veel aangaat het 1 en 3 District aam mij opgave te doen.
1. Van het getal Trekpaarden ( de Paarden van vermaak en gemak uitgezonderd).
2. Van het getal Wagens of Karren(Voertuigen) voor twee Paarden.
3. van het getal Wagens of Karren( Voertuigen) voor één Paard.
Welke zich respectivelijk in uwe Gemeente bevinden.
Ik verwacht van uwe gewone naauwkeurigheid, dat deze opgave met alle juistheid zal opgemaakt worden.

De Gouverneur van Zeeland.

Van Doorn
Onder categorie 1 onder categorie 2 onder categorie 3
Joos Adriaanse 3 2
Wed.Marteijn 4 3 1
G.Meerman 5 2
L. v.Eenennaam 2 1
Wed.P.v.d. Kreke 1 1 1
C. Vinke 2 1
Dhr: van Citters 5 3 1
A.L. Wisse 4 2 1 drie wielskar
I.L. de Rijke 2 1 1
A. Koets 2 1 1
L.Wisse 4 1 1
I. Schoonenboom 3 1 1
Jan Gilde 1 1
A. Adriaanse 1 1

42 21 8


Middelburg den 25 Junij 1818
Ontvangen: 14. Augustus 1818

Wij zenden UEd: hier nevens Extract uit ons verbaal van den 19de dezer Maand No 11 etc

De Gedeputeerde Staten van Zeeland
Van Doorn
t.o.v. dezelve
J. Snouck Hurgronje

Extract uit het Verbaal van Hun Edele Groot Achtbare de Heeren Gedeputeerde Staten der Provincie Zeeland

Vrijdag den 19de Junij 1818

De president overgelegd hebbende het door ZHEG op den 3. Junij gerequireerde berigt van den Burgemeester van Arnemuiden, van den 8e daaraanvolgende op het request van Maria Vermeulen, vroedvrouw aldaar verzoekende dat hare Jaarwedde van f. 100== worde gebragt op f. 104,== als mede jaarlijksch te mogen genieten ¼ last turf, als daarop aangesteld zijnde.
En in aanmerking genomen zijnde dat ofschoon het eene waarheid is dat de Requestrante op den voorschreve voet als Vroedvrouw te Arnemuiden is aangesteld, zij daarentegen in de verhooging van haar primitief bepaald salaris, en andere daarbij vermelde voordeelen rijkelijk wordt vergoed voor het gering verlies in haar Tractement geleden.
Is goedgevonden in het gedane verzoek te difficulteren en daarvan bij Extract dezes aan het plaatselijk bestuur van Arnemuiden en aan de Requestrante kennis te geven eerstgemelde met eene missive ten geleide.

Accordeert met voorschreve Verbaal etc etc

De Griffier der Staten
J.Hurgronje

Middelburg den 13. Augustus 1818
Ontvangen: 14 Augustus 1818
Onderwerp: voldoening kustbewaarders

Bij Uwe missive van den 2e Meij j.j. bekend geworden zijnde met den uitslag uwer pogingen tot voldoening der pretensien, van de voormalige kustbewaarders uwer stad, maak ik geen zwarigheid de door UE. Met hen getroffen overeenkomsten goed te keuren, te weten die van Johannis Wezel voor f.60
Die van Gerrit Dorias voor f. 60
Die van P.Elbers voor f.80
UWEd: zal als nu op behoorlijke verklaringen van die lieden, dat zij mits de betaling dier somme nu en in ’t vervolg van alle verdere vorderingen tot voldoening wegens agterstallige kustbewaardersgelden afzien, aan dezelve die gelden kunnen uitreiken, waartoe ik UWE zal in staat stellen, door de afgifte der f. 300== welke door Z.M. zo goedgunstig zijn verleend en die bij mij ter uwer beschikking zijn.
Van die Somme zal alsnog f. 100== overschieten, welke gevoegd met de f.21== van den hoofdelijken omslag geint f. 121== uitmaken, die bestemd zullen worden, tot geheele of gedeeltelijke voldoening der verdere pretensien, zonder dat het ingevorderde van den gem: omslag zal mogen strekken tot betaling, van de door den ontvanger gemaakte vervolgingskosten, welke de belastingschuldigen zal moeten worden verhaald.
Ik heb uit Uwe genoemde missive al verder gezien dat UWE: in geene schikking met de vrouw van Jacob Zoeter ter zake voors: is kunnen komen, daar zij zich met de door UWE: aangebodene f.80== niet konde tevreden houden. Ik verzoek UWE: andermaal met haar eene schikking te tenteeren en mij daarvan den uitslag te melden, welke door UWEd: finaal zal moeten worden bepaald, daar het mijne begeerte is, dat er aangemelde zaak een einde kome.
Is de resterende som som van f.121== daartoe onvoldoende dan zal het te kortkomende uit de verder invordering van den hoofdelijken omslag gevonden worden; welke wel verre van vernietigd te zijn, steeds zal in wezen blijven, ( behoudens de nodige vermindering door de overeenkomsten ontstaan) om de voldoening zo wel van het mogelijk te kort komende op de vordering van de huisvrouw van Jacob Zoeter, als van de pretensien van de andere kustbewaarders, indien zij, of hunne regtverkrijgende daartoe ter eeniger tijd mogte opkomen te kunnen presteeren.

De Gouverneur van Zeeland
Van Doorn

Middelburg den 15 Augustus 1818
Ontvangen: 16 Augustus 1818

Ik heb de eer UWE hiernevens te doen toekomen, een genoegzaam aantal exemplaren mijner Notificatie van heden betrekkelijk de sluiting der Visscherij in het Eerste District der Provincie.
Ter notificatie, publicatie en affictie
Verzoek , om aan de daarin vervatte bepalingen, voor zoo veel UEd: betreft, de hand te houden

De Gouverneur van Zeeland
Van Doorn

N O T I F I C A T I E

De Gouverneur van Zeeland brengt bij deze ter kennis der belanghebbenden, dat, uit aanmerking van de aanhoudende droogte en van de daaruit te vreezen nadeelige gevolgen, welke de beroering van het weinige nog overig zijnde water voor het vee zoude kunnen hebben, Zijne Excellentie de Opperhoutvester, met overleg van Hun Ed. Groot Achtbare de Gedeputeerde Staten, heeft bepaald: dat provisioneel en tot nadere dispositie, te rekenen van de publicatie dezer, de Visscherij in de Eilanden Walcheren, Nieuw-en St. Joosland, uitmakende het 1e District dezer Provincie, zal gerekend worden te zijn gesloten, met uizondering alleen van de Vesten der Steden, zullende diensvolgens een ieder, welke zich in dat District, mogt veroorlo ven eenige Visch, behalven in de voornoemde vesten, te vangen, worden vervolgd tot de straffen bij de Wet bepaald.
Zullende , ten einde niemand hiervan onwetendheid voorwende, deze worden afgekondigd en aangeplakt waar zulks gewoon is te geschieden.
Middelburg, den 15 Augustus 1818

Van Doorn
Te Middelburg, gedrukt bij A.P. de Winter, Staten Drukker, in den Langendelft B 140

Middelburg den 13 Augustus 1818
Ontvangen: 17 Augustus 1818
Onderwerp: Om van overledene Verlofgangers
Dadelijk kennis te geven.
Dat behoort te geschieden aan de Gouverneur( dus tusschenkomst der Heeren Commissarissen in de Districten alwaar die fungeren) als aan den kommanderenden Officier van het Korps waarbij de overledene Persoon is ingelijfd geweest.
Om tevens aan gezegden Officier opgave te doen van de kleeding en equipementstukken, door de overledene verlofgangers nagelaten, welke door UE dadelijk te worden ingetrokken en bewaard, tot dat de kommanderende Officier aan UE zal hebben opgegeven, op welke wijze die goedren aan het Korps dienen te worden verzonden.

De Gouverneur van Zeeland

Van Doorn

Middelburg den 19 Augustus 1818

Opgave van de Korpsen, in welke de Manschappen van het Kontingent
In de Nationale Militie der Gemeente tot de Ligting van 1817 en 1818, behoorende, zijn ingelijfd.

1 Lotingnummer 1: Marinus de Nooijer : ligt: 1817 16 Bat. Inf. N.M.
2 1.2fl Adriaan Schroevers ligt: 1817 3 Bat. Art. N.M
3 3 H.I. van Heijl ligt: 1818 16 Bat.Inf. N.M.= plaatsverv. Van P.I. Crucq
4 Robbert Schroevers 1 ligt: 1818 3 Bat. Art N.M

Middelburg den 21 Augustus 1818
Ontvangen: 24 augustus 1818
Onderwerp: toezending instructie
Comm.Landbouw.

Ik heb de eer UWE: bij deze tot Uwe informatie te doen toekomen een Exemplaar van Z.M. besluit van den 28e Junij no99,houdende instructien voor de onderscheidenen bestaande en nog, zo binnen het Rijk, als in het Groot-Hertogdom Luxemburg op te rigten kommissien van Landbouw.
De Gouverneur van Zeeland

Van Doorn
Deze Instructie gaat hierbij

Middelburg den 25 Augustus 1818
Ontvangen: 27 Aug: 1818
Oproeping der Verlofgangers van de
Nationale Militie
Tot de Exercitie

He tijdstip nadert, waarop de Verlofgangers der Nationale Militie, volgens K.B. van 11 Julij 1816, naar hunne Korpsen zullen moeten vertrekken, om gedurende eene maand, in den Wapenhandel geoefend te worden etc etc.
De Gouverneur van Zeeland
Van Doorn
.

P.S. Het heeft er de schijn van dat er op organisatorisch gebied en ook wat de motivatie betreft, er heel wat aan schort.

Middelburg den 29 Augustus 1818
Ontvangen: 27 augustus 1818
Onderwerp: benoeming Zetters 1819

De Burgemeesters/ schouten dienen een voordracht van vijf bekwame en geschikte Lieden, waarvan, zoo mogelijk, twee buiten de Gemeente doch in de nabuurschap woonachtig, om deze belangrijke functie van Zetter naar vereisch te kunnen uitoefenen. Deze voordracht vóór 10 September aanstaande in te zenden.
Die voor de gemeenten in het 1 en 3 District of de Eilanden Walcheren, Nieuw-en St. Joosland, Zuid-en Noordbeveland aan mij, de Gouverneur ; die van de gemeenten in de overige Districten aan de Heeren Kommissarissen van het District waaronder zij behooren etc
De Gouverneur van Zeeland
Van Doorn

Middelburg den 29e Augustus 1818
Ontvangen: 31 Augustus 1818

Het gaat over verschuldigde Zegelgelden voor de Registers van den Burgelijken Stand over 1818.
Te gelijkertijd zijn er ook oeders op de inning der Druk-Bind-en Transportkosten, die verschuldigd zijn voor evengemelde Registers.
Het bedrag van deze Kosten voor Uw Gemeente is:
Voor Zegel………………………………………….. f.26.25
Voor Druk-, Bind- en Transportkosten…………. 9.15

Etc etc

Middelburg den 27 Augustus 1818
Ontvangen: 2 September 1818

Ter vermijding van noodelooze werkzaamheid is het dienstig alle aanvragen om autorisatien tot betaling uit het Fonds van onvoorziene Uitgaven, behalve als er haast bij is, te colligeren op een staat volgens bijgaand model., dat slechts per kwartaal dienst kan doen.
Etc.
De G.S. van Zeeland
Van Doorn Vt.
t.o.v. dezelve
J.Hurgronje

Middelburg den 9 September 1818
Ontvangen: 10 September 1818
Onderwerp Oprigting van Fabrieken

Op de vrage: “Of en in hoe verre, bij de oprigting van Fabrieken, eene ongezonde of onaangename reuk van zich gevende, het Decreet van den 15 October 1810 B no 323, verpligtend moet geacht worden te zijn” heeft Zijne EXc: de Minister van Binnenlandsche Zaken, bij Missive van 13Augustus j.l. no 27 B2126 te kennen gegeven dat het voorz; Decreet , nimmer herroepen zijnde ,bij gevolg van kracht blijft”
De eindbeslissing blijft aan de Koning onderworpen. Nadat deze geïnformeerd is door de desbetreffende Districts-Commissarissen.

Middelburg den 4 September 1818
Ontvangen: 17 September
Onderwerp : een getrouwe invulling van de bijgaande tabel met betrekking tot het “inkomen der Landen van elken Polder binnen uwe Gemeente gelegen,daar toe aannemende een gemiddelden prijs volgens de locale huren..
Wij verwachten een spoedige rescriptie ter zake etc.

DeG.S. van Zeeland
Van Doorn
Ter ordonnanie van Dezelve
M:I: De Jonge

Middelburg den 16 September 1818
Ontvangen: 17 September 1818
Onderwerp: verzoek om spoedig rapport
Op missive 2197.

Tot heden van UWEd: geen berigt ontvangen hebbende, van het geen door UEd: ten gevolge van mijne missive van den 13e Augustus l.l.no 2197 betrekkelijk de voldoening der pretensien van de voormalige Kustbewaarders Uwer Stad is verrigt, bijzonder nopens de uitslag der door UED andermaal te tenteeren schikking ter zake voorschr: met de vrouw van zekeren Kustbewaarder Jacob Zoeter, zoo verzoeke ik UEd: mij dienaangaande als nog uw rapport zoo spoedig mogelijk te doen toekomen.
De Gouverneur van Zeeland
Van Doorn.

Middelburg den 17 September 1818
Ontvangen: 19 september 1818
Onderwerp: Installatie leden
Bestuur Arnemuiden
Verzoek om ten spoedigste uwen Raad bij een te roepen, ten einde de Heeren C. Kramer, A. van Eenennaam en L. Wisse bij besluit van hun EdGrootAchtbare de Gedeputeerde Staten van 25 Meij j.l. no 2 benoemd tot Raden uwer Stad in die betrekkingen welke zij nader verklaard hebben te zullen aanvaarden te beëedigen en te installeren etc etc.
De Gouverneur van Zeeland
Van Doorn

Middelburg den 24 September 1818.
Verzoek om de binnen Uw Gemeente aanwezige en in werking zijnde keuren, reglementen en ordonnancien op de van daar af varende beurt,markt en veerschepen-- te willen opzenden—ten einde het onderzoek vervat naar aanleiding ivan art, 3 van ZM Besluit van de den 21 Augustus j.l. (Staatsblad no 33) te kunnen aanvangen.
De G.S. van Zeeland
Van Doorn
Ter ordonnantie van dezelve
M.I. De Jonge

Middelburg den 25 September 1818
Ontvangen: 28 Sept: 1818
Naspeuring van Russische deserteurs

Als Russische Onder-Officicieren en Militairen van minderen rang zich in uw gemeente ophouden, wier uiterlijk voorkomen, gepaard met het gebrek aan behoorlijk pas, doet vermoeden dat er van desertie sprake is. Deze dadelijk aanhouden en aan de Militaire Autoriteiten overgeven. Die zullen uitlevering overwegen aan de Russische Militaire Autoriteit.

De Gouverneur van Zeeland
Van Doorn.

Middelburg den 3 October 1818
Ontvangen: 5 October 1818

Ten spoedigste opgave te doen van het aantal Geborenen en Gestorvenen gedurende de jaren 1815 t/m/1817. Dit op verlangen van het Gouvernement.
De Gouverneur van Zeeland
Van Doorn
Hierbij zijn aanwezig de ingevulde Tabellen van bovengenoemde 2 categoriëen
158 geboortes; 99 sterfgevallen.

Middelburg den 2e October 1818
Ontvangen: 5 October 1818
Besluit (afschrift) van de benoeming van zetters in UEd: Gemeente voor den dienst van 1819
In het District Walcheren
Voor de Gemeente Arnemuiden
De Heeren Jannis de Marre
Johannes Crucq
Paulus Meulmeester
Jan Bernard Joosse
Pieter Bogaert

Middelburg den 4e October 1818
Ontvangen: 7 October 1818

Bij de indicatien welke de Commissie tot de Havenwerken belangrijk zijn voorgekomen, bij het indienen van derzelver advis aan het Ministerie van den Waterstaat op de in te voeren Directie over de Keersluis in ‘r Arnemuidsche Kanaal behoort onder andere deze vraag
Welke is het getal van Schepen die van Arnemuiden varen.
Hoe veel Poonschepen en hoe veel Hoogaartsen en op hoe veel Lasten kan ieder derzelve door elkanderen gerekent worden.
Het zal voornoemde Commissie bijzonder aangenaam zijn, op deze vraag spoedig antwoord te mogen ontvangen
De Commissie tot de
Havenwerken voornoemd.
Als President
J.W. Schorer

Middelburg den 7e October 1818
Ontvangen: 8 October 1818
Onderwerp: Om rekening gift f.200==
Behoeftige weduwen

Verlangende van het emploij der Som van f.200==welkedoor ZM ten behoeve der ongelukkige weduwen en kinderen van Jacob van Belsen, Gillis Cornelisse Adriaan Adriaanse de Ridder, ten jare 1817 geschonken en ten gevolge mijner aanschrijving de dato 26 November 1817 no 2790 bij UE: te verzoeken mij uwe Rekening en ter antwoording deswegen met de kwitancien van uitbetaling gemunieerd te doen geworden; zullende het voldoende zijn, bij aldien door UE van de wekelijksche uitkeeringen welke UEd: zich bij missive de dato 1e December 1817 aan die weduwen voorstelde te doen, geene kwitancien mogten zijn ingetrokken, den uitgaaf met eene algemeene kwitancie dier behoeftigen, aantoonende de wijze en dagteekeningen der betaling te justificeren.
De Gouverneur van Zeeland
Van Doorn

Middelburg den 13 October 1818
Ontvangen: 15 October 1818
Onderwerp: Muntspeciën
In de Noordelijke Provincien worden in tegenstelling tot de Zuidelijke geen Fransche Muntspeciën aangenomen evenals andere vreemde muntspeciën.
Etc etc
De Gouverneur van Zeeland

Van Doorn
Middelburg den 1e October 1818
Ontvangen: 19 October 1818

Wij zenden UE hier nevens twee Exemplaren van onze Publicatie de dato heden betrekkelijk het weren van schadelijk gevogelte

De G.S. van Zeeland.
Van Doorn
Ter ord.van. dezelve
J. Hurgronje

Publicatie (samenvatting)

Gedurende twee jaren of zoo veel langer als dit nodig zal bevonden worden, zullen in de Provincie Zeeland, alle Eksters, Kraaijen , Kaauwen , Vlaamsche Gaaijen, Woud-of valduiven en Musschen door de Ingezetenen mogen en moeten worden geweerd.
Dat betekent dat in alle openbare gebouwen, en particuliere gebouwen en tuinen, dakgoten door zowel eigenaars als gebruikers alle aanwezige nesten dienen te worden verstoord.
Ter controle zullen de plaatselijke besturen , daartoe geassisteerd op een door hen tussen den 1e en 10e der maanden Mei, JUnij, Julij en Augustus op een bepaalde dag een Schouwing doen.
De Inwoners zullen hiervan in kennis gesteld worden.
Proces-Verbaal bij overtreding ; de dag daarna kennisgeving, na 3 dagen voldoening van de boete.
De straffen komen geheel ten voordeele van de plaatselijke kassen.
G.S.
Den 1e October 1818

Middelburg den 3 December 1818
Ontvangen: 31 December 1818
Onderwerp: Broodzetting

Wij hebben de eer UE hier nevens ten fine van publicatie en affixie toe te zenden, het door de Heeren Provinciale Staten gearresteerde Reglement op de Zetting van het Brood in deze provincie, hetwelk met de daar toe relative Stukken door Zijne Majesteit, bij besluit van den 15 September l.l, ingevolge de daar toe aan Hoogstdezelve gedane voordagt, is geapprobeerd.
Het gaat niet alleen over de algemeene bemoeienissen, maar ook bepaaldelik die omtrent de verpligtingen der Bakkers en Molenaars, welke laatsten een zeer bijzonder toezigt behoeven, om verzekerd te zijn dat zij op hunne Molens van voldoende Schalen en gewigt zijn voorzien, en de op-en afgaande Granen den Ingezetenen behoorlijk toemeten.
De Broodzetting dient zo vroeg mogelijk te beginnen, in de eerste dagen van Januarij.
Daarvan onverwijld kennisgeven door toezending van het bijgaande Model en telkens om de 3 maanden een model B te sturen
Hierbij een Exemplaar der gearresteerde Pas-tafelen met toelichting etc etc.

De Gedeputeerde Staten van Zeeland

Van Doorn

R E G L E M E N T op de Zetting van het Brood binnen de Provincie Zeeland
De Prijs van het Brood zal door de Plaaselijke Besturen, tweemaal ’s Maands, zoo veel mogelijk van 14 tot 14 dagen, en wel in het begin en het midden van de Maand worden bepaald
Bij de prijsbepaling of zetting van het Brood, zal moeten worden gelet:
1. op de prijs van het Graan
2. op de onkosten van den Bakkers-stijl
3. Op een redelijke winst of belooning voor den Bakker, en eindelijk
3. Op de belastingen, welke op het Gemaal hier en daar geheven worden.

In de Hoofdplaatsen wordt de prijs van het graan bepaald, van 14 tot 14 dagen.
De prijzen zullen moeten worden opgegeven in Guldens en cents, en berekend op den Metrieken Zak of de Mudde,bepaald, bij de Wet van 21 Augustus 1816 en Koninklijk besluit van 29 Maart 1817./

De onkosten op den Bakkers-stijl vallende, het Maallloon daaronder niet gerekend, de winst of belooning van den Bakker en het Maalloon, worden voor de negen Steden en de vijf Districten bepaald als in de Bijlagen A,B, en C is vermeld.

Alle deze sommen, met bijvoeging van de belasting op het Gemaal, waar die geheven wordt, maken te zamen den prijs uit van een Mudde gebakken Meel en leveren de slotsom op, waar de zetting of prijsbepaling van het Brood moet geregeld worden.
Daarbij behoren “gearresteerde Pastafelen “

De zetting van het Brood kan door het Plaatselijk bestuur aangepast worden bij verandering van het gewigt

Soorten van het Brood, waarvan de prijs bij de zetting zal worden bepaald.:

Fijn wit Brood
Bestaande uit gebuild Tarwen-Meel of fijne Bloem, Melk en Gist

Grof wit en zogenaamd Fransch Brood
Bestaande uit grove Tarwen-Bloem. Met Water en Gist of Zuurdeesem

Grof Tarwen Brood
Bestaande uit Krop-Meel, Water en Gist

Roggen Brood
Bestaande uit Roggen-Krop-meel, Water en Gist

Masteluine Brood
Bestaande de helft uit Tarwen, de helft uit Roggen Krop-Meel, met Water en Gist gebakken.

De Bakkers moeten zich stipt naar de zetting van het brood of naar het Broodpas door de autoriteiten bepaald houden, zonder het Brood zwaarder of ligter te mogen bakken, of hetzelve voor meerdern of minderen prijs te verkoopen dan bij het Pas of de zetting is voorgeschreven

De Bakkers zijn verpligt hun Brood te merken, hetzij met de voor-of hoofdletters hunner namen, of met zoodanig ander merk als zij, met voorkennis en goedvinden van het bestuur hunnen Woonplaats etc.
Ook de Wagentjes, Manden en soortgelijk Voertuig, waarin het Brood wordt rondgebragt, moeten met de namen der bakkers gemerkt zijn.

De Bakkers mogen geen ander Brood bakken dan de bovengenoemde soorten.
Bij overtreding wordt het brood verbeurd verklaard ten gunste van de Armen-of Godshuizen, die door de Plaatselijke besturen worden opgegeven.
Van deze bepaling zijn uitgezonderd: Koekjes en Brooden met Krenten, of Specerijen en dergelijke Gebakken, welke meer als lekkernijen dan als gewoon voedsel moeten worden aangemerkt.

Besteld ander brood, mag wel gebakken en verkocht worden na berekening met de bestaande broodpas in overleg met het plaatselijk bestuur. Dat mag niet in de winkel verkocht worden.

De Bakkers zijn mede verpligt het Meel van Particulieren tot Brood te bakken, voor een door de Plaatselijke besturen te bepalen loon

Toezigt op de broodzetting

De Burgemeesters en Schouten uit het platteland zullen met hunne Assessoren of twee Leden uit den Raad, zelf of door een benoemde Commissie het noodige toezigt houden of alle bepalingen worden nageleefd.

Het betreft toezigt over de soorten als het gewigt van het Brood. Met weegschaal en geijkt gewicht moeten de toezichthouders rondgaan. Een brood doorsnijden; onderscheidenen broodspecien wegen. Als er brood wordt aangetroffen dat niet beantwoord aan de broodpas ,al zodanige broden in beslag nemen, verbeurd verklaren en doorsnijden en o vergebracht naar de Arm- of Godshuizen.

Mocht er vermoed worden dat er brood verborgen is, dan zal er visitatie(huiszoeking) worden gedaan.
Bij verzet: 35 gulden boete. Er dient altijd iemand van het huis aanwezig te zijn.
Van alle bekeuringen wordt proces-verbaal gemaakt en een register aangelegd. De volgende dag krijgt de bekeurder een schriftelijk document

Binnen 72 uur moet de bekeurde de boete betaald hebben, anders gaat de Officier bij de Regtbank tot vervolging over.

Als een bakker binnen een jaar zich aan dezelfde overtreding schuldig maakt, wordt de boete verdubbeld; en voor de derdemaal, met Gevangenis van 3 tot 7 dagen gestraft worden

Bijlage A

Onkosten op de Bakkers-stijl:
Het Patent, reparatie aan Ovens en slijtage der gereedschappen
Brand, melk, Gist, Strijksel etc
Alles is berekend op den metrieken Zak of Mudde
Etc.etc.

De G.S. van Zeeland
De Gouverneur van Zeeland
Van Doorn

16 October 1818

Middelburg den 15 October 1818
Ontvangen: 19 October 1818

DE Minister van Binnenlandsche Zaken verlangt een precieze opgave van de tegenwoordige Bevolking van elke gemeente. Zie Tabel

Middelburg den 22 October 1818
Ontvangen: 22 October 1818
Onderwerp: Verlofgangers der Nationale Militie

De met verlof terugkerende Manschappen der Nationale Militie moeten om de 2 maanden geinspecteerd worden
De gemeente moet letten of de verlofpassen aan haar wordt ingeleverd en verlofpassen van andere gemeenten weigeren. De verlofgangers van andere gemeenten moeten toestemming verzoeken als ze van standplaats veranderen.
Er dient van alle verlofgangers een register te worden aangelegd.
Sterfgevallen moeten bericht worden aan de Gouverneur en de kommanderende Officier van het Korps.
Ook wanneer een verlofganger in de gevangenis zit: opgave van de plaats van hechtenis
Voor en tot op dendag van iedere Inspectie opgave van verlofgangers die wettige redenen hebben van noncomparitie.
Er moeten 2 staten aanwezig zijn: een staat met alle verlofgangers en een staat van hen die hun verlofpassen niet hebben overgebracht etc etc

De Gouverneur van Zeeland
Van Doorn

Middelburg den 22 October 1818
Ontvangen: 23 October 1818
Onderwerp: Autorisatie om aan de vrouw
Van J. Soeter tot extinctie zijner
Pretensie als gewezen kustbewaarder
100 gulden uit te betalen.

Ik heb de eer UWE bij deze te informeren, dat ik de door UWE met de vrouw van Jacob Soeter getroffen overeenkomst, wegens voldoening zijner pretensie als gewezen kustbewaarder van Arnemuiden voor eene somme van honderd Guldens goedkeure en UEd mitdien autoriseer om die somme aan gemelde Soeter uit te betalen.
UWE zal van hem, even als UwE dit van de andere voormalige kustbewaarders, ten gevolge van mijne missive van den 13. Augustus j.l.no 2197 heeft moeten doen, de verklaring afvorderen, dat hij mits de betaling van de genoemde f.100- nu en in’vervolg van alle verdere reclames ter voornoemde zaak afziet.
De somme van f.300- door Z.M. zoo goedgunstig toegestaan, zoo door deze, als dorr de vroeger bij UwE gedane betalingen geabsorbeerd zijnde zal ik daarvan van UwEd ten spoedigste de rekening en verantwoording in duplo inwagten, gestaafd door de bij de gewezen kustbewaarders afgegeven quitancien, voor de door hen, overeenkomstig de met dezelve getroffen overeenkomsten genotenen gelden.
De Gouverneur van Zeeland
Van Doorn

Middelburg den 26e October 1818
Ontvangen: 27 October 1818
Onderwerp: berigt van ontvangen Rekening
Wegens Z.M. gift van f.200==

Ontvangen hebbende met UwE missive van den 17e dezer maand uwe Rekening over het emploij der som van f.200== ten jare 1817 door Z.M. den Koning geschonken ten behoeve van de ongelukkige weduwen en kinderen der op den 8e Maart van dat jaar op den Banjart verongelukte persoonen, geef ik U.E bij deze kennis dat ik bij inzage derzelve gemeend heb daarmede genoegen te kunnen nemen, en mij daartegen geene bedenking is voorgekomen.
E Gouverneur van Zeeland
Van Doorn

Middelburg den 28.October 1818
Ontvangen: 29 October 1818
Onderwerp: bevolking

De opgave der bevolking Uwer gemeente, welke ik ten gevolge mijner Circulaire van den 15e dezer no 2767 van UEd: heb ontvangen, niet overeenkomstig de gem: Circulaire ingerigt zijnde; daar dezelve gene afzonderlijke opgave der bevolking van Nieuwerkerk en Mortiere bevat, zoo doe ik UEd: dezelve bij deze teruggeworden, ten einde naar aanleiding der bovengem; aanmerking te redresseren, en mij dezelve daarna ten spoedigsten te doen toekomen.
De Gouverneur van Zeeland.

Van Doorn.

Middelburg den 29 October 1818
Ontvangen: 29e October 1818

Nadat alle de staten der armen van dit District bij resolutie der Heeren Gedeputeerde Staten van 26 Junij j.l. van de plaatselijke besturen gerequireerd op die van Biggenkerke na, welke bij deze daartoe als nog ernstiglijk wordt geadhorteerd waren ingekomen; zijn dezelve nagezien, en bevonden hoe zeer veele belangrijke informatien inhoudende. Niet in allen deele het zij aan het oogmerk het zij aan de gegeven voorschriften te beantwoorden, en ik ben mits dien door de Heeren Gedeputeerde Staten verzogt en gecommitteerd om na de Heeren Schouten van dit District met de algemeene daarop gevallene aanmerkingen te hebben bekend gemaakt Hun Ed te verzoeken om zich bij mij in de Abtdij te Middelburg te willen vervoegen ten einde aldaar op de spoedigste en volledigste wijze de verdere nodige inlichtingen te bekomen om de voorschreve staten door mondelinge informatien verder in te vullen
Ten dien einde zende ik UWEd hiernevens de gemelde Staat uwer gemeente met verzoek om dezelve naar aanleiding der hiernevens gevoegde Algemeene Aanmerkingen of aan te vullen en mij dezelve in persoon of door een deskundig lid van het plaatselijk bestuur op Maandag den 2e November aanstaande in de Abtdij te Middelburg des morgens tusschen 10 en half elf uren te willen overbrengen ten einde het alsnog ontbreekende in behoorlijke orde daarbij zoude kunnen worden gevoegd.
Een tweede rescriptie der gemeente Besturen welke ik ingevolge eene gelijke autorisatie der Heeren Gedeputeerde Staten met de Heeren Schouten van dit district ten platte Lande bij die zelve gelegenheid, en wel in eene algemeene samenkomst ten twaalf uren van dienzelven morgen verlang te behandelen zijn de opgaven van de huurwaarde van het ongebouwde der onderscheidene Gemeenten bij Besluit der gedeputeerde Staten van 4 September j.l. gerequireerd , deze nu leveren ongelijkheden op die ik onderling wenschte te zien weggenomen en hersteld, ten welken einde UWEd: hiernevens eene Nota bekomt van de opgaven door de onderscheidene plaatselijke besturen gedaan, waardoor genoegzame aanleiding zal gegeven worden, om de ongelijkheid derzelve gemakkelijk op te sporen en te doen ophouden, door de inlichtingen die daaromtrend in de voorschreve algemeene samenkomst zullen kunnen worden ingenomen.

De Griffier der Staten

J. Hurgronje

M E M O R I E ter inlichting nopens de invulling der Tabellen van de staat der Huiszittende Armen


1e Geene Kolommen welke kunnen ingevuld worden, mogen eigendunkelijk open gelaten worden.
2e In de eerste Kolom moet niet de naam der Gemeente of die der bedeelden staan, maar die der Arm-administratie, bij voorbeeld:
Diakonie of Kerkelijke Armen
Huiszittende of Buiten-Armen
Grooten-Weezen,Plaatselijken, of Heiligen Geest-Armen en diergelijken.

Voorts wordt ter inlichting van sommige Plaatselijke betsuren, die dit kwalijk begrepen hebben, opgemerkt, dat met het woord “Huiszittende Armen”worden verstaan, Menschen die aan “Huis “bedeeld worden en niet in Gestichten zijn opgenomen, en dat dus ook de door de diakonien aan Huis bedeelden daar onder begrepen zijn; men noemt deze Menschen in sommige Gemeenten Buiten-Armen, in andere Huiszittende Armen en zoo vervolgens.
3e In de tweede en derde kolom moet niet alleen worden opgegeven de soort van Armen, maar ook het getal van ieder soort, bij voorbeeld:
Ouderlooze Weezen
Oude afgeleefde Lieden
Huisgezinnen waar de Ouders, hetzij door het groot getal Kinderen, hetzij door de dood van één der Ouders, moeten worden onderhouden

4e In de vierde Kolom, moeten de Goederen en Renten worden opgegeven, eerst onzuiver: dan de aftrek der lasten, en eindelijk het zuiver overschot

5e en 6e punt niet van toepassing .


T A B E L

Aanwijzende de gemiddelde Huurwaarde der landen in het eerste District, der provincie Zeeland

Die van Arnemuiden , Nieuwerkerk en Mortiere bedraagt f. 11,60
Gemiddeld uit f 10, f8 , f 15, f 13 en f 12.

N.B. De hoogste huurwaarde is te vinden op de lokaties Veere en Zandijk binnen: f.16,70
Middelburg: f.15,72

Middelburg den 29 October 1818
Ontvangen: 2 November 1818
Onderwerp: Verlofgangers der
Nationale Militie.

Wilt U de Manschappen die op de hiernavolgende staat zijn vermeld op het Register der verlofgangers van uw gemeente brengen en degenen die binnen 4 weken na het ontvangen van hun Verlofpas zich niet aan U hebben aangeboden, aan mij bekend maken etc etc,

De Gouverneur van Zeeland
Van Doorn

N O M I N A T I V E S T A A T
Van Manschappen der nationale Militie, welke van den Gouverneur der provincie hunne Verlofpassen hebben bekomen, om zich te begeven naar de Gemeente van Arnemuiden.

Naam Voornaam datum Korps
Van Belzen Jacob 22-10-1818 16 Bat: Inf Nat. Militie
Jansen Willem idem idem
Keur Marinus idem idem
Meulmeester Adriaan idem idem
Nooijer de Gillis idem idem
Nooijer de Marinus idem idem
Schroevers Robbert 19.Oct. 1818 3 Bat: art.


Middelburg den 10 November 1818
Ontvangen: 12 November 1818

De Commissie tot de Havenwerken der Stad Middelburg met de onderscheidenen belanghebbende in het Arnemuidsche Sas, verlangende te confereren, verzoek ik UWED: om zich op Dingsdag den 17e dezer maand des voorde middags ten 10uuren aan het provintiaal Gouvernement in de Abdij alhier, door iemand van UWEd: te doen vertegenwoordigen, ten einde uwe belangens bovengemeld als dan aan dezelve Commissie kenbaar te maken.
De Presdent der Commissie
Bovengemeld
J. W ? Schorer (handtekening)

Middelburg den 10e November 1818
Ontvangen: 16 November 1818
Onderwerp: Ordonnancering van pretensien
Op het Departement van oorlog
Wegens veer-en overvaargelden.

De declaratie wegens veer-en overvaargelden, welke volgens art. 27 van het marsch reglement, telken zes maanden door de plaatselijke besturen aan het Departement van oorlog worden ingezonden, zijn achtervolgens de aanschrijving van de voormalige generale intendance der administratie van oorlog dato 24 januarij 1817 tot dusver, aangezien de namen der veerlieden daarbij niet vermeld werden, welke de gelden te vorderen hebben, onder de zoodanige gerangschikt, welke de gemeenten op de administratie van oorlog hebben, en waarvoor de ordonnantien alzoo ten name van de gemeente Ontvangers worden geslagen.
Daar evenwel de gemeente kassen met deze soort van praetensien niets gemeens hebben, en dezelve diensvolgens geheel buiten de plaatselijke comptabiliteit behooren te blijven, heeft het den heer adjudant generaal adjudant generaal ad interim belast met de portefeuille van oorlog goedgedacht, op mijn voorstel deswege, bij dispositie in dato 27 October l.l no 84 te bepalen: dat voortaan de bedoelde praetensien onder diegenen zullen gerangschikt worden, waarvan de betalingen volgens opgemelde aanschrijving alleen tot meer gerief der particulieren aan de plaatselijke autoriteit wordt opgedragen..
Dien ten gevolge heb ik de eer UWEd bij deze aan te schrijven om van nu af aan bij zoodanige declaratien van veer- en overvaargelden ook een afzonderlijk borderel of staat te voegen, bevattende de namen der veerlieden, ten wier behoeve wordt gedeclareerd , benevens het bedrag van het incasseren der ordonnantien, een afschrift van dit borderel door ieder der belanghebbende veerlieden, bij emargement ? voor voldaan geteekend , door UWEd: aan het Departement van oorlog behooren te worden ingezonden.

De Gouverneur van Zeeland

Van Doorn

Middelburg den 19 November 1818
Ontvangen: 23 November 1818
Onderwerp: rekening goedgekeurd wegens betaalde kustbewaardersgelden.

Ik heb de eer UWE: bij deze tot uwe decharge te doen toekomen eene goedgekeurde expeditie van de rekening en verantwoording der gelden, afkomstig van Z.M. gift ter gemoetkoming in de betaling der agterstallige kustbewaardersgelden van Arnemuiden, die uwe missive van den 26e October j.l. vergezelde.
Ik zal UWE. Al mede eene dergelijke expeditie doen geworden, van de rekening en verantwoording der gifte, aan de weduwen en kinderen van de op den 8e Maart 1817 verdronke visserlieden Uwer Stede verstrekt, zodra UWE mij daartoe, door toezending van een dubbele expeditie van die rekening nevens uwe missive van den 17 der jongstverlopen maand niet gevoegd geweest zal hebben in staat gesteld.
De Gouverneur van Zeeland

Van Doorn


Rekening en Verantwoording door de Burgemeester van de Gemeente van Arnemuiden aan Zijne Excellentie de Heer Gouverneur van Zeeland wegens de gift door Zijne Majesteit aan de Stede verleend ter gemoetkoming van de Schuld aan de gewezen Kustbewaarders.

O N T V A N G

1818
Aug De Gift door Z.M. verleend, aan de Gemeente van Arnemuiden, ter gemoedkoming van de Schuld aan
De gewezen Kustbewaarders , van Zijne Excellentie de heer Gouverneur dezer Provincie, bij de Burgemeester ontvangen bedraagt eene Somma van f. 300


U I T G A A F

1818
Aug, Aan M.I, Dorias voor de gewezen Kustbewaarder Gerrit Dorias ter voldoening zijner
Pretensie bij accoord volgens kwitantie sub no 1 de somma van f. 60

Aan Pieter Elbert als gewezen Kustbewaarder als boven bij kwitantie sub. No 2
De somma van f.80

Aan S.I. Jansen voor Johannis van Wezel ter zelver zaak bij kwitantie
Sub: no 3 de somma van f.60

1818
Oct. Aan Maria Vermeulen voor haar man Jacob Soeter ter zelver zaak
Bij kwitantie sub. No 4 de somma van f. 100

Totaal f. 300

Aldus deze Rekening opgemaakt door de Burgemeester
Van Arnemuiden dezen 26e October 1818
C.Crucq

Gezien en goedgekeurd door ons Gouverneur van Zeeland
Middelburg den 9e November 1818

Middelburg den 23e November 1818
Ontvangen: 26 November 1818

De Kommissie tot vereficatie van den toestand der Pretensien van de onderscheiden gemeenten in Walcheren en Sint Joosland ten laste van het Engelsch Gouvernement, heeft de eer UWEd: hier nevens te doen toekennen eenen Staat, aantoonende de onderscheiden Sommen, welke door Uw Ed Ingezetenen ten jare 1810 zijn gereclameerd, met aanduiding van de Sommen welke daarop ten jare 1813 bij wege van schadeloosstelling zijn betaald, waaruit aan UwEd: zal blijken het totaal bedrag der pretensie van UwEd Gemeente, zoo danig als die thans zoude behooren te worden opgegeven.
Wij verzoeken UwEd: dezen Staat te willen examineren en aan ons binnen acht dagen te willen terugzenden met bijvoeging op eene afzonderlijke Nota van de bedenkingen, welke daarop bij UwEd: zouden mogen gevallen zijn.
Indien ten gevolge van zoodanige bedenkingen naar het oordeel van UwEd eene verandering in de Sommen mogt worden vereischt, zal UwEd: ons verpligten, met ons eenen door UwEd: nader opgemaakten Staat der Pretensien van UwEd: Gemeente, te doen geworden

De Kommissie voornoemd
D. J. Schorer en 2 andere handtekeningen.

Middelburg den 9e December 1818
Ontvangen: 13 Dember 1818
Onderwerp: Retour geapprobeerde Rekening

Ik heb de eer UE: bij deze te retourneren het dubbel uwer door mij goedgekeurde rekening wegens de gift van f. 200.== door Z.M. ten jare 1817 aan eenige ongelukkige Weduwen uwer stad goedgunstiglijk verleend, welk dubbel mij bij UE’s missive van den 30e November l.l. is toegezonden

De Gouverneur van Zeeland

Van Doorn

Rekening en Verantwoording door de Burgemeester van Arnemuiden aan Zijn Excellentie den Heer Gouverneur van Zeeland wegens de Uitdeeling der gift van Zijne Majesteit ten Jare 1817 behoeve de Ongelukkige Weduwen en kinderen geschonen, welker Mans en Vaders op den 8e Maart 1817 aan den bank den Banjaard zijn verongelukt.

O N T V A N G
1817
nov: De gift van Zijne Majesteit behoeve nevenstaande weduwen en kinderen bij den Burgemeester
ontvangen bedraagt f. 200.


U I T G A A F

1817
1818 Betaald aan de weduwe van Jacob van Belsen en hare kinder in
Wekelijkse Paaijen van f.3 van den 29 Novb. 1817 tot 23 meij 1818
Zo mede als dan het resterende van haar aandeel in de nevenstaand gift
Bij quitantie f. 80

Idem aan de weduwe en kinderen van Gillis Cornelisse, mede in
Wekelijksche paaijen van f. 3
Van 29 Novb. 1817 tot 11 April 1818
Per kwitantie f.60

Idem aan de weduwe en kind van Adriaan Adriaanse de Ridder als boven f.60

Conform de dispositie van den Heer Gouverneur in dato 27 Novb. 1817
2e afd. no 2790

Totaal
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------
f.200
Aldus opgemaakt door de Burgemeester van Arnemuiden
Den 16e October 1818
B. Crucq

Gezien en goedgekeurd bij mij Gouverneur der Provincie Zeeland
Middelburg den 27e October 1818

Van Doorn


Middelburg den 11 December 1818
Ontvangen: 13 December 1818

Wij verzoeken UEd: vriendelijk ons binnen14 dagen na dato dezer schriftelijk te willen informeren :
1e of er binnen uwe gemeente ook Lieden aanwezig zijn, die niet gevaccineerd zijn, en zulks zouden begeeren gedaan te worden.
2e Dat uw Heer Schout van den Schoolmeester, Schoolmeesters, of Schoolhouderessen, die in uwe gemeente mogten bestaan, gelieve te informeren, en aan deze Commissie op te geven, of er op die School, of scholen ook kinderen zijn, of schoolgaan, die nimmer de kinderziekte gehad hebben, of aan wien de kunstbewerking der vaccine nimmer is beproefd. En eindelijk:
3e Of er eenige personen zijn, die uit uwe plaatselijke kas gealimenteerd worden, of daaruit eenigen onderstand ontvangen, die nimmer de kinderziekte hebben gehad, of aan wien indgelijks de koepok-inenting niet is verrigt.

De Provinciale Commissie
Van geneeskundig onderzoek
En Toevoorzigt in Zeeland
En uit derzelver naam

M: de Vassij fungerend President
Js. de Man Jz secretaris

Middelburg den 17 December 1818
Ontvangen: 21 Dec: 1818
Onderwerp: Bevolking

De opgave der bevolking Uwer Stad, daar UwEd: in 1815 aan mijn ambtsvoorganger gedaan, vergelijkende met die, welke UWEd: onlangs aan mij heeft ingezonden, blijkt het dat dezelve in vermeerdering een verschil van 98 zielen oplevert.
Het zal mij aangenaam zijn, door UwEd onderrigt te worden, van de redenen waaraan dit meer dan gewoon verschil is toe te schrijven

De Gouverneur van Zeeland

Van Doorn

Middelburg den18e December 1818
Ontvangen: 21 December 1818

Ik heb de eer UEd: hiernevens te doen toekomen. Een genoegzaam aantal exemplaren mijner Notificatie van heden betrekkelijk de sluiting der jagt
Zoo tot UEd: informatie, als om daarvan, door publicatie en affictie binnen uwe gemeente de Inwoners de noodige kennis te doen dragen, terwijl ik UEd: tevens verzoek, om aan de daarin vervatte bepalingen, voor zoo veel UEd: betreft, de hand te houden

De Gouverneur van Zeelnd

N O T I F I C A T I E

De Gouverneur van Zeeland brengt bij deze ter kennisse der belanghebbenden, dat, ingevolge de door Zijne Excellentie den Opperjagermeester van Zijne Majesteit, Opperhoutvester voor de Noordelijke provincien, met overleg van Hun Ed. Gr. Acht. De Gedeputeerde Staten vastgestelde bepaling, de Jagt, met uitzondering van die op Ganzen, Eenden en watersnippen, in deze provincie met den 31 December aanstaande, zal gesloten zijn.

En ten einde niemand hiervan onwetendheid voorwende, zal deze worden afgekondigd en aangeplakt, waar zulks te geschieden, gebruikelijk is.

Middelburg den 18 December 1818.

Van Doorn

Gedrukt bij A.P. de Winter Staten Drukker, in den Langendelft, B 140.

Middelburg den 21 December 1818
Ontvangen: 24 December 1818
Onderwerp: Uitvoering van het
Reglement op de Springstieren

Het is noodzakelijk om te onderzoeken of het Reglement op de Spring-Stieren van den 20 October 1817, behoorlijk wordt uitgevoerd.
Vóór de 5e Januari a.s. moet volgens het achterstaand Model, de daarin vervatte opgaven, Tabelsgewijze ingerigt, medegedeeld worden.
Ik acht het, tenslotte, nier overbodig, UE mijn verlangen te kennen te geven, dat er een aanhoudend en waakzaam toezigt worde gehouden, op de naleving van het voorschreve Reglement, en ik verzoek UE, om aan den veldwachter en andere Policie-bedienden de noodige bevelen hiertoe ernstig te herhalen.

De Gouverneur van Zeeland

Van Doorn.

Middelburg den 22 December 1818
Ontvangen 24 December 1818
Onderwerp: Ligting der Nationale Militie
Voor 1819.

Toezending van de Inschrijvings-Registers en Alphabetische Lijsten voor de Ligting der Nationale Militie van het Jaar 1819 voor alle Jongelingen die in het jaar 1800 zijn geboren.
Deze zaken op tijd terugsturen.
Ook door onderzoek in de Registers van Geboorte of Doopboeken, als door de confrontatie van deze met de Wijkboeken, naauwkeurig trachten na te sporen, of ook eenigen uwer Onderhoorigen, hetzij uit nalatigheid, onkunde van hunnen ouderdom, of kwade trouw, zich niet hebben doen inschrijven; waarvan de ontdekking alle uwe zorgen vordert; daar hier door het belang, zoo wel der reeds ingeschrevene Lotelingen, als der nalatigen , wordt behartigd.
Voorts verwacht ik ten spoedigsten van UE de opgave en handteekeningen der leden van den Raad, welke door UE zijn bestemd , en nu voor alsdan door mij benoemd worden, tot het teekenen der Certificaten; etc etc.

De Gouverneur van Zeeland

Van Doorn



O N G E N U M M E R D E S T U K K E N

Veere den 20 Maart 1818

Ik heb ontvangen een aanschrijving van den Heer Vice President der Gedeputeerde Staten van Zeeland Gouverneur ad interim van Doorn van den 14e deser om UEd voor den 29e der lopende Maand te doen toekomen de Lijst of Lijsten der Personen welke in de Gemeente van Arnemuyden blijkens de belastingsrollen meer als f.50 of 200 Gulden in de beschreeven Middelen betalen om te dienen om daar uit op maken de benoeming van Stemgeregtigden en Kiezers om tot de aanvulling te koomen van de leeden der Provintiale Staten die wegens den Landelijke Stand in dit Jaar moeten aftreeden. Verders verzoeke mij den ontvangst van dit stuk te willen melden.

Den Ontvanger der Directe belastingen Arrondissement Veer
Boddaert

Middelburg den 1 April1818

Bij deze geworden UWelEd de Kohieren voor de Directe belastingen op de gebouwde en ongebouwde Eigendommen , deuren en vensters, en Personeele en Mobiliaire belastingen over dezen Jare 1818; met verzoek om daar mede te handelen als naar gewoonte, en mij op te geven den datum der gedaane publicatie, als mede die der Verzending van de voors: Kohieren aan den heer Ontvanger Boddaert
De Controleur der directe belastingen
District Middelburg

C. I. Ritter.


Middelburg den 6 April 1818

Ingevolge eene bij mij ontvangene aanschrijving van den heere Ingenieur verificateur bij het Kadaster over deze Provincie in dato 31 Maart l.l.no 42, heb ik de Eer UWEdAchtb: te informeren dat ik daarbij gelast ben de jurisdictie van Middelburg te delimiteren, en daar deze gemeente aan de uwe grenzend is zoo neem ik de vrijheid UWEDachtbr: te inviteren op aanstaand donderdag den 9 April ’s morgens om negen uren verzeld van twee à drie aanwijzers uit uwe Gemeente op het Raadhuis van genoemde Stad te bevinden; ten einde deze werkzaamheden waar aan het Gouvernement zoo veel gewigt toe kent met den meesten spoed en juistheid te kunnen volbrengen.
De Landmeter Delimitateur.

Middelburg den 16 April 1818

Wij hebben de eer UED. Te verzoeken aan ons voor of uiterlijk op Donderdag den 25. april eene lijst te willen toezenden van zoodanige personen, als welke UEd: verlangt dat worden begunstigt met een permissie billet tot het weiden van koebeesten , langs de kleiwegen, doch daar het belang dier Kleiwegen vordert dat deze vergunningen zo spaarzaam mogelijk worden verleend, vleijen wij ons dat uwe ons toe te zendene opgaaf het geringst mogelijk getal personen zal bedragen, aan dewelke alsdan op maandag den 27 april daarop volgende de permissien voor dit saisoen zullen worden uitgereikt

De Centrale Directie van Walcheren
Sprenger
Ter Ordonnantie van dezelve
paraaf


WelEdele Heeren!

Vereerd met de collatie van Gellicum en Rhenoij, heb ik het mij tot pligt gerekend aan de Regeering daar van kennis te moeten geven; in bijzonderheden daaromtrent zal ik niet treden, dat laat zich beter doen in een vriendschappelijk verkeer, de zaak heeft mij verrast en de aandrang werd versterkt door bij mij ontvangen brieven, in het vertrouwen,dat deze kennisgeving de goedkeuring uwer vergadering zal wegdragen, heb ik de eer mij met achting te noemen.
UWelEd: DwDienaar
P: Hondius
Arnemuiden 18 April 1818

WelEdele Heeren

Heden 18 april l.l. gaf ik aan uwe vergadering schriftelijk kennis dat ik eene collatie van mijne vorige standplaats ontvangen had gistren avond werd mij de beroeping in orde gezonden, deze mij verrassende gebeurtenis brengt mij in eene moeijlijke omstandigheid ; ik zal moeten kiezen het aanzoek van de Regering en andere inwoonders om hier te blijven, heeft mij getroffen; wij hebben ons in dagen van tegenspoed leeren kennen; zoet en zuur zamen gesmaakt, ik heb achting voor de meesten dezer gemeente en weet door ondervinding , dat ik aan hen niet onverschillig ben,daar ik en enkel voorstel, met dit geval in verband staande te doen heb, zal het mij aangenaam zijn, dat er morgen avond om ses uren een collegium qualificate(um) bijeenkomt, maar gesteld dat de tijd daar toe te kort is, dan op zondag ’s avonds om ses uren, ik weet UEd: zult mij met een inwilligend antwoord vereren; zijt verzekert, dat ik ben
UWelEd: DW Dienaar
P:Hondius
Arnemuiden 1 mei

Morgenavond is het om ses uren kerkenraad.
Om te voldoen aan het verlangen van Uw EErw: bij Missive heden et bestuur te kennen gegevn, zal ik nevens den Secretaris het voorgetelde Coll: Qual: te houden op morgen avond om 6 uuren zonder wettige verhindering bijwonen.
Inmiddels heb ik d ‘Eer met alle hoogachting te zijn
UWED: DW dienaar
1 Meij 1818

Heden den Dertienden Meij Achttien honderd en Achttien, heb ik Christiaan Crucq, Burgemeester der Stede Arnemuiden, geadsisteerd met Jacobus Leunisse de Rijke ,lid van den Raad, nevens den Secretaris, aangezien de overige Leden van het Bestuur, even min als de drie Gecommitteerde uit de Stemgerechtigde dezer Gemeente niet zijn gecompareerd hoewel daar toe behoorlijk zijnde verzogt en gedagvaard geworden met bovenstaande adsistentie mij verpligt gevonden, om de Bus te openen,waarin de Stembilletten zijn opgehaald, waar in wij hebben bevonden Tien Stembilletten , vijf behoorlijk ingevuld en geteekend, en de overige oningevuld zijnde vervolgens ons gebleken, dat tot kiezers benoemd waren te weten:

Piet de Kraker met 5 stemmen
Jacobus Bliek 4 stemmen
Pieter Catsman 4 stemmen
Pieter Polderdijk 4 stemmen
C.G. Bijleveld 3 stemmen
I. Verheije van Citters 3 stemmen
Janis de Hamer 3 stemmen
Pieter Pieterse de Kraker 3 stemmen
I. Snouck Hurgronje 3 stemmen
M.E. Versluijs 3 stemmen
D.I. de Superville 3 stemmen
D.A.Dingemanse 2 stemmen
Paulus Holle 2 stemmen
_______________________________________________________________________________________Transport 42 stemmen
Krijn Poppe 2 stemmen
D.G. Steengracht 2 stemmen
H. van Waarde 2 stemmen
L.C. van Sonsbeeck 2 stemmen
Laurens Verhage 2 stemmen
Willem Wisse 1 stem
Jacob Coré 1 stem
Krijn Huisman 1 stem
I.H.Schorer 1 stem
Jan Samuelse Wisse 1 stem
Willem Pieterse Aarnoutse 1 stem .
Marinus Bakker 1 stem
Pieter Maljaars 1 stem

Te zamen 60 stemmen
Voorts zijn de Stembilletten conform art.20 van het Reglement omtrent de zamenstelling van de Staten van Zeeland in dato 2 April 1817 ter Griffie gedeponeerd, om na verloop van drie maanden daar mede te handelen, als bij dat Reglement is voorgeschreven.
Van al het vorenstaande is door ons dit Verbaal opgemaakt in dubbele Expeditie, en door ons geteekend na gedane voorlezing , zullende en Expeditie overeenkomsig genoemde 28e Articul aan Zijn Excellentie den HeerGouverneur dezer provincie worden opgezonden.
Actum Arnemuiden, dato als boven.
D. Crucq
E. Het Lid van de Raad
F. Jacobus L: de Rijke
G. Corn: Dan: Baars.

WelEdele Heeren

Onlangs gaf ik aan het WelEd en Eerwaardig collegium Qualificatum te kennen dat ik de collatie en het beroep naar Gellicum en Rhenoij ontvangen had, hoe zeer nu reeds mijne keuse daaromtrent rugtbaar is, oordeel ik het nogtans mijnen pligt in dezelve vergadering daar van kennis te geven, en de redenen op et geven, welke mij tot een besluit gebragt hebben, welke ik vertrouw, dat uwe goedkeuring zullen wegdragen , ik verzoek dat UwelEd: tegen zaturdag ’s avonds om ses uren het Collegium Qualificatum zullen doen beleggen en mij in staat stellen om den kerkenraad behoorlijk te verwittigen.
UWelEd: DWDienaar
P: Hondius
Arnemuiden 22 Mei 1818
Ten einde te voldoen aan Uw Eerw verzoek, bij missive van heden aan de Regering gedaan, zo zal ik mij nevens den Secretaris, op morgen avond ten zes uuren, zonder wettige verhindering in de consistorie laten vinden, tot het bijwonen van het Coll: Qual:
Met alle achting , heb ik de Eer te zijn.
UWDW dienaar

22 Meij niet onderteekend

In deze inventaris is in 62 artikelen aanwezig een CAHIER van VOORWAARDEN, op welke de Secretaris van Staat voor de Zaken van Oorlog, krachtens autorisatie van Zijne Majesteit en onder Hoogstderzelver nader goedkeuring, voor ieder provincie in het bijzonder, zal aanbesteden de leverancie van brandstoffen en kaarsen aan de militaire wachten, over het geheele Rijk, van en met den 1sten Julij 1818, tot en met den 30sten Junij 1819.
Het exemplaar is waarschijnlijk niet geraadpleegd, want de pagina’s zijn niet “opengesneden”

N O T I F I C A T I E

Door G.S. is bepaald: dat binnen deze Provincie de groote Jagt op den 15 September en die op Ganzen, Eenden en Watersnippen, op den 15 Julij zullen zijn geopend, met dien verstande echter, dat laatsgemelde, wat de publieke Jagt aanbelangt, op het Water, langs de Stranden en oevers van waterplassen en op lage Moerassige landen alleen geopend wordt, en bepaaldelijk gesloten blijft in en langs Bosschen, alsmede op Bouw-en Weilanden tot het gewone Jagtveld behoorende.
Zullende, ten einde niemand hiervan onwetenheid voorwende,deze worden afgekondigd en aangeplakt waar zulks gewoon is te geschieden.

Middelburg, den 3 Julij 1818

D E G O U V E R N E U R

V AN D O O R N
Te Middelburg, gedrukt bij A.P. De Winter, Staten Drukker, in den Langendelft B 140

Provincie Zeeland
Gemeente van Arnemuiden

S T A A T van de

A D M I N I S T R A T I E N der HUISZITTENDE- ARMEN



Benaming: Arnemuiden
Welke de bedeelde armen zijn: 10 bejaarde; 2 kinders
Getal der Armen in gewone jaren: 12 à 14 in de zomer; 16 à 18 in de winter; door den anderen 14 à 16
Soort van onderstand, die aan hun wordt verleend: Geld en Kleederen
Inkomsten: van collecten f.550; part.ontvangen f.42; de gemeente: f.100; de staat: niets; totaal f.692
Uitgaven: aan kosten van Administratie: f 15; in verleenden onderstand f.910; totaal f.925
Aanmerkingen: Particuliere ontvangsten komen van de doodpelle, , Haar Regenbak etc

Aldus opgemaakt door de Kerkenraad van den Hervormde gemeente der Stede Arnemuiden

C: Mulder
J: Schoonenboom

Middelburg den 25 JUlij 1818

Hier nevens zende ik UWelEd: het Kohier der Patentschuldigen Uwer Gemeente over den Jare 1818, met verzoek om daarmede te handelen als gebruikelijk is, en mij den ontvangst daarvan te accuseeren.

De Controleur der directe belastingen district Middelburg
C.I. Ritter

N O T I F I C A T I E

Met ingang van den 1e October a.s bij K.B. buiten effect te stellen, en diensvolgens te bepalen dat aanvankelijk met dat tijdstip de Fransche Muntspeciën bij ’s Rijks schatkist aldaar niet verder zullen worden aangenomen of uitgegeven; en dat de Abtenaren met betrekking tot alle ontvangsten geen andere Muntspeciën zullen vermogen te ontvangen of in betaling te gevendan die Muntspeciën die voor ’s Rijks Muntspeciën zijn erkend en de zoodanige welke voorheen in de Noordelijke Provincien als Provinciale of Generaliteits Munten zijn vervaardigd; terwijl de bepalingen van het gemeld besluit, van den 11 November 1816 provisioneel en tot nadere voorziening, alleen nog van kracht blijven in dat gedeelte van de provincie Zeeland, uitmakende het Arrondissement van Ontvang Sas van Gend.
Etc etc.
Gedaan te Middelburg den 29 Julij 1818
Van Doorn.

WelEdele Heeren !

De tijd is daar van de gewone jaarlijksche verandering der kerkenraad; wij oordeelden UwEd: hier van te moeten kennis geven; het zoude ons aangenaam zijn, dat er een zoogenaamd Collegium Quaificatum belegt wierd op den volgenden Zaturdag ’s avonds om ses uren; hierop een toestemmend antwoord verwachtende hebben wij de eer met noodige achting ons te noemen
UwwelEd:: DWDienaren
Leden des kerkenraads
P:Hondius scriba
Arnemuiden 28 Julij 1818.

Wel Eerw Heer & Broederen

Om te voldoen aan het verlangen van Uw Eerw bij Missive van den 22e dezer maand ons te kennen gegeven , zullen tot het bijwonen van het Collegium Qualific: op Zaturdag aanstaande de Burgem & secretaris hun op de bepaalde tijd bij Uw Eerw laten vinden.
Wij hebben d’eer van met alle achting te teekenen.

De Burgem& Raden
Van Arnemuiden
Ter ordonn.van deze:

Niet ondertekeend.
Den 30 Julij 1818.

WelEdele Heeren !

Zie hier eene schriftelijke opgaaf van de waarschijnlijke ontvangst en vermoedelijke uitgaaf ten voordeele en behoeve der armen van deze plaats over 1819—het is niet zonder reden, dat wij UEd deze lijst aanbieden, de nood der armen is onze regering bekend, wij hebben jaarlijks bijstand noodig, en verzoeken om hondert gulden op den ouden voet,ons overtuigd houdende dat, indien de armverzorgers meer behoeven, zij op uwe goedwilligheid rekening kunnen maken, zoo hebben wij de eer ons met achting te noemen.
UwelEd: DWDienaren
Arnemuiden 3 Augustus 1818

Middelburg den 20 Aug:1818
Ontvangen: 22 Aug; 1818

Ten einde te kunnen beoordeelen of de uitbetaling der in de rekening van 1817 gebragte som van f.455.4.6 naar de voorschriften van het Besluit van Ged. Staten de dato 2 Dec: 1816 is geschied zoo is mij nodig eene nominative lijst deer minderjarige weezen welke pretensien ten laste uwer stad hebben, vermeldende tevens de dag en het jaar hunner geboorte en het montant hunner schuldvordering, welke lijst ik UE verzoek mij onverwijld te willen doen geworden.
De Griffier der Staten van Zeeland.
J.Hurgronje.

Middelburg den 23e Augustus 1818

Ik heb de Eer UwEd bij deze toe te zenden een reclamatie der Personeele en mobilaire Belasing voorzien met de benodigde bewijsstukken, dewelke ik met uw advis gemunieerd en met uwe handteekening bekrachtigd binnen den tijd van tien dagen zal terug verwagten.
De Controleur der Directe belastingen der1e divisie
Van centrale Middelburg
Bij deszelfs absentie
De surnumeraire Controleur
Derzelve Belastingen
Ermerins.

Middelburg den 9 September 1818
Ontvangen: 10 september 1818
Toezending van ordonnantie 1523 van 10 Augustus 1818 t.b.v. belanghebbende G. Meerman
f. 6,85 zegel en legesgelden f.0,50 ontvangen
De Gouverneur voornoemd
Van Doorn.

Aan het Gemeente Bestuur van Arnemuiden
WelEdele Heeren
Geeve met verschuldigden eerbied te kennen dat den ondergeteekende zig gaarne wilde etabliseren als chirurg: & vroetmeester in uliedens midden, onder overleggng van den ondergeteekende zijn bewijzen, zoo wel van zijn Exsaminatie als van zijn bewijzen van twaalf jaar in de uijtoefening zijner pracktijk, welke in dezen gebeurt in verwagting van met een gunstige dispositie ten spoedigsten vereert te te worden
Teken ik mij
WelEdHeeren
UwelEd: DwDienaar
J.C. Luskus
Colijnsplaat den 12 September 1818.

WelEdel Heer!

Er is iemand in de gemeente welke den regenbak op aannemelijke voorwaarden wil huren, met belofte dat hij alle mogelijke pogingen zal aanwenden op den bak digt te maken; deze aanbieding is ons zoo belangrijk voorgekomen, dat wij bepaald hebben, morgenavond bijeen te komen om daarover te handelen; reeds is de Heer Marré als kerkmeester verzogt om er te verschijnen, en het zal ons aangenaam zijn, indien een der leden uit de regeering die samenkomst bijwoont,zij zal zijn ’s avonds om ses uren; wij noemen ons met achting.
UEd: DW Dienaren de kerkenraad
Op hun last
P:Hondius
Arnemuiden 18 September 1818

Middelburg den 15October 1818

Door Heeren Burgemeesteren der Stad Vere aangezocht zijnde, om concurrentelijk met hun Ed. Achtbare, en de de andere Gemeente-Besturen van Walcheren, een adres aan Z.M. in te dienen, ten einde Hoogstdenzelven te verzoeken , bij het Gouvernement van Grootbrittanie te willen doen aandringen, op de voldoening van de pretentien, welke de ingezetenen dezes Eilands op hetzelve hebben, wegens gedane diensten en leverancien en wegens geledene verliezen, tijdens de landing der Engelschen in 1809: hebben wij de eer, Uwel Ed. te verzoeken om eene conferentie betrekkelijk dit onderwerp te willen bijwonen, ten Raadhuize van deze Stad, o donderdag den 22 dezer, des namiddags ten EEN uur
Burgemeesteren der Stad Middelburg
D.J. Schorer
Ter ordonnantie van Hun Ed. Achtbare.
De Stads Secretaris
Handtekening
Aan de Heeren Burgemeesteren en Schouten
Der onderscheiden Steden en Gemeenten, in de
Eilanden van Walcheren en St. Joosland

Middelburg den 27 October 1818

Ik heb de eer UWEd hiernevens toe te zenden twee certificaten wegens voldoening aan de Nationale Militie ten behoeve van zekere Marinus Grootjans en Klaas Meulmeester, wlke zich daartoe bij zijn Excie den Heer Gouverneur hebben aangemeld met verzoek dezelve na alvorens het daarop opengelatene te hebben ingevuld aan de belanghebbenden te willen uitreiken, die zich daartoe bij UEd zullen aanmelden.
De Referendaris van de tweede classe??
Handtekening.

Middelburg den 5 December 1818
Toezending van no 1750 der ordonnantie d.d. 19 Nov. 1818 t.b.v. Christiaan Crucq; bedrag f. 250; leges f.1.15
Verder no 2684 datum 14 Nov. 1818 t.b.v. G .Meerman f. 2.50
De Gouverneur
Van Doorn.

Middelburg den 9 december 1818

Aanmerkingen op de begrooting der Gem: Arnemuiden voor den dienst van 1819

Men verlangt eene specifieke opgave der reparatien aan het uurwerk en aan de Pont.
En een begrooting van het Arm bestuur in welke gene kerkelijke uitgaven vermeld worde.als mede eene Staat van Baten en Lasten getrokken uit de laatst gedane rekening van dat Bestuur.