Historische Vereniging Arnemuiden

De kohieren v/d 100e penning - 5.0 out of 5 based on 1 review

Gebruikerswaardering: 5 / 5

Ster actiefSter actiefSter actiefSter actiefSter actief
 

Arneklanken: Maart 1999

Naar aanleiding van mijn publicaties van de kohieren van de 100e penning van Arnemuiden over de jaren 1579,1580 1584 en 1586-1599, is er van diverse kanten het verzoek gerezen wat meer achtergrondinformatie te willen verstrekken over deze kohieren. Om een goed inzicht te krijgen van de plaats welke de 100e penning in De Nederlanden innam, moet eerst een kort historisch overzicht worden gegeven.

Tot het jaar 1543 werd in De Nederlanden belasting geheven door middel van "beden" . De bede was een middeleeuwse vorm van belasting, gevraagd door de vorst aan de onder zijn jurisdictie vallende onderdanen. De vorst was verplicht voor elke belastingheffing een verzoek (bede) te richten tot de Staten. Het systeem van de beden ontstond reeds in de 12e eeuw en ze werden aanvankelijk alleen gevraagd in tijden van geldbehoefte. In de loop van de 13e eeuw werden de beden jaarlijks geheven. Feitelijk kwam het er op neer dat de Staten gezamenlijk het bedrag van de beden moesten opbrengen via een bepaalde verdeelsleutel. Vervolgens verhaalden de Staten dit bedrag weer op de steden en heerlijkheden, eveneens via een bepaalde verdeelsleutel. Tenslotte werden de inwoners aangeslagen door de lagere overheden, waarbij de adel en de geestelijkheid buiten schot bleven.

Karel V probeerde in 1542 het systeem van de beden om te zetten in een moderner stelsel van belastingheffing. Philips II probeerde dit ook in 1556. Beide keren mislukte dit door tegenwerking van de Staten. In 1569 poogde Philips II dit opnieuw met de 100e penning (1% van het vermogen), de 20e penning (5% van verkochte onroerende goederen) en de 10e penning (10% van verkochte roerende goederen). De oplettende lezer herkent in dit systeem respectievelijk de vermogensbelasting (thans 0,7%), de overdrachtsbelasting (thans 6%) en de BTW (thans 17,5%). Waren deze belastingen in 1568 mede aanleiding tot de opstand tegen het Spaanse gezag, tegenwoordig is de belastingdruk heel wat hoger (met name de BTW=10e penning).

Toen in 1579 de Unie van Utrecht werd opgericht betaalden de Noord-Nederlandse Staten niet meer aan de Spaanse koning maar verdwenen deze belastingen in de kas van de Republiek. Het systeem van de penningen is in zoverre nieuw omdat deze penningen bij de Wet werden opgelegd. Het systeem van de beden had geen wettelijke grondslag.

De oude kohieren bestaan voornamelijk uit lijsten van huizen met hun bewoners en de huur of de getaxeerde huurwaarde. Ze vormen daarom een goed hulpmiddel bij geschiedkundig onderzoek, om een beeld te vormen van de economische toestand van die tijd. In de kohieren is in het algemeen een tweedeling aangebracht: huizen die wel door de eigenaars bewoond worden en huizen die niet door de eigenaars bewoond worden. De reden hiervoor is niet geheel duidelijk. Wel was wettelijk voorgeschreven dat de aangeslagen huurders 2/3 van de belasting met de huurpenningen mochten verrekenen. Ook in Arnemuiden was dit het geval.

In Arnemuiden werd niet echt een 100e penning geheven maar een dubbele 100e of 200e penning. Dit zal ongetwijfeld te maken hebben gehad met de voortdurende geldnood van het stadsbestuur. Overigens mochten de belastingbetalers de kosten van (gedwongen) inkwartiering van soldaten op de belasting in mindering brengen. Mede daardoor maken de kohieren een nogal onoverzichtelijke indruk. De indeling van de kohieren is erg summier: De naam van het huis of de naam van de eigenaar, eventueel de naam van de huurder, de getaxeerde huurwaarde in guldens, stuivers en penningen. Daar tussendoor worden vaak nog allerlei aantekeningen aangetroffen betreffende de eigendomsoverdracht of verrekening van vorderingen op het stadsbestuur. In mijn publicatie heb ik afgezien van het vermelden van bedragen om de overzichtelijkheid niet al te veel geweld aan te doen Het doel was immers niet om een economisch onderzoek te verrichten maar om de bewoningsgeschiedenis van de huizen van Arnemuiden in kaart te brengen. Dat hierdoor ook nog een geweldig genealogisch belang gediend wordt zal duidelijk zijn.

De kohieren zijn alle volgens een vast stratenpatroon opgesteld. Zij volgden de looproute van de ontvanger. Niet in elk kohier wordt dezelfde looproute aangehouden. Dit komt omdat de ene ontvanger er een andere looproute op na hield dan zijn opvolger. Om het probleem van de verschillende looproutes te ondervangen heb ik de huizen in het kohier van 1584, toen Arnemuiden zijn grootste uitbreiding had bereikt, genummerd van 1 tot en met 280. Wanneer in enig jaar een huis werd gesloopt heb ik dat aangegeven met de mededeling dat het huis niet meer op de lijst voorkomt Wanneer er nieuwe huizen werden gebouwd, heb ik dit aangegeven met een letter achter het nummer. Door de huizennummers van de achtereenvolgende kohieren met elkaar te vergelijken ontstaat er een mooi overzicht van de bewoningsgeschiedenis van een huis. In ongeveer de helft van de wijzigingen blijkt er sprake te zijn van erfopvolging (zodat er een redelijk betrouwbaar overlijdenstijdstip van de vorige eigenaar bekend is), in de overige gevallen is er sprake van verkoop . In de loop van de eeuwen kwam het steeds meer voor dat meerdere huizen werden samengevoegd tot een groter geheel. Ook dat wordt dan weer aangegeven met de mededeling dat er sprake is van samenvoeging. Het komt verschillende malen voor dat de namen van huizen plotseling veranderen. Ook daar is dan melding van gemaakt.

Een uitvloeisel van dit project is geweest, dat een aantal enthousiastelingen is begonnen met het maken van een maquette waarop alle 280 huizen uit het jaar 1584 voorkomen. De nummering van de maquette zal dezelfde zijn als die van het kohier. Daardoor wordt het mogelijk op de maquette exact te bepalen waar iemand precies gewoond heeft gedurende een bepaalde periode. In de toekomst zullen alle kohieren vanaf 1600 tot 1805 worden gepubliceerd Dit betekent dat er nog zo\rquote n 18 kohieren zullen volgen. Helaas zitten er wel een paar grote hiaten tussen (bijvoorbeeld 1618-1673 en 1681-1737). Maar omdat de onderliggende rekeningen, welke bij de kohieren behoren, wel meer volledig bewaard zijn gebleven, zal die schade wel meevallen. Overigens is via de (directe voorlopers van de) bevolkingsregisters over de periode 1806-heden vrij gemakkelijk na te gaan, wie er in een bepaald huis in die tijd heeft gewoond.

Het sluitstuk van dit project zal een kaartsysteem zijn waarvan op elke kaart nauwkeurig zal zijn te volgen wie de opeenvolgende bewoners van een bepaald huis zijn geweest gedurende de periode 1579 tot heden. Het zal duidelijk zijn dat er nog veel werk verzet zal moeten worden. Maar als deze taak is volbracht zal er een uniek stuk bewoningsgeschiedenis van onze stad heel gemakkelijk voor iedereen te raadplegen zijn.

In de rubriek Onderzoek --> Belastingen  zijn een aantal kohieren gepubliceerd.

 

 

 

 

You have no rights to post comments

Ga naar boven