Arneklanken: December 1996
M.L. van der Moer werd 3 februari 1914 te Colijnsplaat geboren in een Hervormd gezin. Hij studeerde medicijnen te Utrecht en liep stage in de wijk Rotterdam-Katendrecht, een wijk van Bootwerkers. Tijdens zijn stage kreeg van der Moer veel te maken met bevallingen. Dit is hem in zijn latere dokterspraktijk goed van pas gekomen. Januari 1942 studeerde hij af. Daarna werkte hij als waarnemer in Middelburg, Nunspeet, Brouwershaven en zelfs in het buitenland.
September 1945 begon van der Moer zijn werk als arts te Arnemuiden. Daar maakte hij nog het einde van een tyfusepidemie mee. Tegenover het vroegere verenigingsgebouw in de oude kern stonden er destijds barakken aan de Spoorstraat voor tyfuspatienten; ook lagen er Arnemuidse patienten in het gasthuis te Middelburg. Tevens was er een epedemie van open tuberculose. Ongunstige factor was in dit verband de kleine behuizing van vele gezinnen. In het consultatiebureau werden vele patienten onderzocht. Circa 1945 waren er in Arnemuiden zo'n twintig tentje voor tb-lijders; later werden de tentjes verkocht.
Van kerkelijke zijde werd er aan meegewerkt dat vele inwoners zich lieten doorlichten. Dokter Schuling was als arts van het consultatiebureau ook bij het doorlichten betrokken. In de raadzaal van het gemeentehuis werd een rontgenapparaat geplaatst en vond het doorlichten dagenlang plaats. Nadien schafte van der Moer voor zijn praktijk zelf een rontgenapparaat aan. Met het draagbare apparaat kon men zelfs een foto in een bedstee maken. Assistent Cas van Hemert ging dan mee.
Opmerkelijk is dat dokter van der Moer destijds gevraagd werd burgemeester van Arnemuiden te worden. Hij meende echter dit niet te kunnen combineren met zijn praktijk als arts. Als burgemeester werd toen Joos Langebeeke benoemd.
Dokter van der Moer vestigde zich vanaf het begin aan het Stationsplein. Het pand was toen beschadigd door de oorlog. Na enkele jaren kocht van der Moer het doktershuis met toebehoren van dokter Frowein. Deze was in de oorlog ongeveer een jaar arts te Arnemuiden geweest, maar hij vertrok omdat het niet klikte met de plaatselijke bevolking. Na dokter Frowein was er circa een jaar een arts uit Westkapelle werkzaam te Arnemuiden, de heer Huigens. Deze woonde in het huis "De Veerse Poort" aan het Schuttershof.
Naast huisarts was van der Moer tevens gemeentelijk lijkschouwer. De laatste vijf jaar was de heer A.G. Bouwmeester als assistent bij hem werkzaam. Deze kocht het pand van dokter van der Moer en volgde hem op als huisarts. De dokter is 38 jaar huisarts te Arnemuiden geweest. Hij vestigde zich daarna, in 1983, te Vlissingen.
De eerste jaren van zijn praktijk werkte hij veel samen met nu wijlen zuster van der Klooster, wijkverpleegster te Arnemuiden van circa 1925 tot omstreeks 1953. Haar opvolgster was zuster N. van Donk. Met haar heeft de dokter vele jaren nauw samengewerkt. Vanaf circa 1948 had de dokter aan huis een consultatiebureau voor zuigenlingen; vanaf omstreeks 1952 ook voor kleuters en aanstaande moeders. Het bureau werd later ondergebracht in het vroegere Groene Kruisgebouw aan de Zuidwal.
Februari 1947 brak er op een ochten brand uit in de dokterswoning. Inwoners van Arnemuiden hielpen met het in veiligheid brengen van de inboedel. Het zwartgeblakerde instrumentarium werd later gepoetst door collega-artsen.
Aanvankelijk was de oude Piet de Nooijer knecht van de dokter. Hij werd in 1946 opgevolgd door Cas van Hemert, die 27 jaar in dienst van de dokter zou blijven. In zijn militaire diensttijd was van Hemert werkzaam geweest op het gebied van de gezondheidszorg. Later haalde hij zijn diploma doktersassisten. Van Hemert was een manusje van alles.. Hij regelde de apotheek, schreef rekeningen en verzorgde de tuin. Van Hemert was tevens werkzaam voor het Rode Kruis.
Tijdens de watersnood in 1953 besloot van der Moer, met een groep van 15 mensen, meestal leden van het Rode Kruis, te gaan helpen in Schouwen-Duiveland. De groep voer binnendijks naar de Kop van Schouwen. In verband met motorpech werd de actie afgelast. De groep landde in Zierikzee en ging aan boord van de "Ameland", die naar Ouwerkerk voer. Daar werden mensen aan boord genomen. Een vrouw op een brancard ging kopje onder tijdens het transport naar de boot. Na een verblijf op een andere boot, om gewonden te verzorgen, ging de groep Arnemuidenaren weer naar huis.
Als bijzonderheid vertelde van der Moer, dat hij in Arnemuiden betrokken was bij meer dan 3000 bevallingen; met andere plaatsen erbij liep het aantal op tot bijna 3400.
Het is te begrijpen dat de arts in verband met zijn vele werk geen bestuurlijke functies ambieerde. Wij willen niet nalaten te vermelden dat dokter van der Moer wegens zijn vele verdiensten voor de gemeenschap van Arnemuiden benoemd werd tot ereburger van de gemeente Arnemuiden.